Wilhelminakerk te Haarlem Zing, zing, zingen maakt blij! Naar aanleiding van een roep uit de gemeente en in opdracht van de Kerkenraad Wilhelminakerk is met plezier deze Liederenbundel Wilhelminakerk samengesteld. Basis hiervoor was de Pelgrimkerk bundel. Met dank aan de typiste en een trio kerkenraadsleden. Zing, zing, zingen maakt blij! 1. Abba, Vader 1. Abba, Vader, U alleen, U behoor ik toe. U alleen doorgrondt mijn hart, U behoort het toe. Laat mijn hart steeds vurig zijn, U laat nooit alleen Abba, Vader, U alleen U behoor ik toe. 2. Abba, Vader, laat mij zijn slechts van u alleen. Dat mijn wil voor eeuwig zij d'uwe en anders geen. Laat mijn hart nooit koud zijn, Heer. Laat mij nimmer gaan. Abba, Vader, laat mij zijn slechts van U alleen. 3. Abba, Father, let me be Yours and Yours alone. May my will forever be evermore Your own. Never let my heart grow cold. Never let me go. Abba, Father, let me be Yours and Yours alone. Opwekking 136 2. Als g' in nood gezeten Als g’ in nood gezeten, geen uitkomst ziet, wil dan nooit vergeten: God verlaat u niet. Vrees toch geen nood! ‘s Heren trouw is groot, en op ‘t nacht’lijk duister volgt het morgenrood. Schoon stormen woeden, vrees toch geen kwaad; God zal u behoeden, uw Toeverlaat. Joh. de Heer 7 3. Als God zijn stem doet horen 1. Als God zijn stem doet horen in Israël dan zien wij al zijn luister en macht. Kom naar de heilige berg van God. Zing dit feestlied in de nacht. Refrein: Hij’s de Machtige van Israël. De Machtige van Israël. Zijn stem wordt gehoord in de sterkte van zijn woord.. De Machtige van Israël. 2. Dan toont Hij Zijn kracht en de blinden zullen zien. De doven verstaan zijn stem. De tong van de stomme zal zingen in de nacht. De lamme zal dansen voor Hem. Refrein:... 3. De dorre woestijn zal gaan bloeien als een roos. De wildernis jubelt en lacht. Spreek tot het hart van wie moe is en bang: Wees sterk! De Heer vernieuwt uw kracht! Refrein:... Opwekking 367 4. Als ik maar weet 1. Als ik maar weet, dat hier mijn weg door U, Heer, wordt bereid, en dat die weg, hoe moeilijk ook, mij nader tot U leidt. Refrein: Nader tot U, nader tot U, nader, mijn Heiland tot U; als ik maar weet, dat alles hier mij nader brengt tot U. 2. Als ik maar weet, dat ook voor mij, de Heer aan ‘t kruishout stierf; en dat de Heiland ook voor mij, een levenskroon verwierf. Refrein:… 3. Als ik maar weet, Uw liefd’o Heer, vertroost mij dag aan dag; dan juich ik voort, wat ook mijn lot op aarde wezen mag. Refrein:… 4. Als ik maar weet, ook als op aard’ mij droefheid wacht of kruis, dat ieder kruis mij nader brengt bij ’t eeuwig Vaderhuis. Refrein:… Joh. de Heer 17 5. Als een hert dat verlangt naar water Als een hert dat verlangt naar water, zo verlangt mijn ziel naar U. U alleen kunt mijn hart vervullen, mijn aanbidding is voor U. U alleen bent mijn Kracht, mijn Schild. Aan U alleen geef ik mij geheel. U alleen kunt mijn hart vervullen, mijn aanbidding is voor U. Opwekking 281 6. Al de weg leidt mij mijn Heiland 1. Al de weg leidt mij mijn Heiland, wat verlangt mijn ziel dan meer? Zou ik immer aan Hem twijf’len, die mij voortleidt keer op keer? Zoete troost en zaal’ge vrede, heb ik steeds op Zijn bevel. ‘k Weet wat hier mij overkome, Hij maakt alle dingen wel. 2. Al de weg leidt mij mijn Heiland, troost geeft Hij tot in de dood. Als ik zwak ben in beproeving, sterkt Hij mij met ‘t hemels brood. Als mijn schreden soms gaan wank’len en mijn ziel van dorst versmacht, geeft Hij mij het levend water, en vernieuwt mijn levenskracht. 3. Al de weg leidt mij mijn Heiland, door al ’t aardse stormgebruis, en volkomen vreugde wacht mij, in het zalig Vaderhuis. Als ’k mijn kroon, die Hij zal geven, aan Zijn voeten nederleg, zal mijn lied voor eeuwig wezen: ”Jezus leidde m’al de weg.” Joh. de Heer 5 7. Als hier op aarde mijn werk is gedaan 1. Als hier op aarde mijn werk is gedaan, en ik kom veilig aan ’s hemels kust aan, o, dan zal daarin mijn vreugde bestaan., dat ik heel dicht naast mijn Heiland mag gaan. Refrein: O, dat maakt mij zalig en blij. (2x) Als ik het Lam zie, geslacht ook voor mij, dat maakt voor eeuwig mij zalig en blij. 2. Als 'k eens de plaats, in de hemel bereid, en reeds zo lang door mij biddend verbeid, binnentreed, aan Zijne hand voortgeleid, zal ‘k bij Hem wonen, tot in eeuwigheid. Refrein:... 3. Als ’k daar mijn vrienden van vroeger ontmoet, al mijne dierb’ren daar juichend begroet, en ’k hoor de stemmen der Engelenstoet, dan zal ik prijzen de kracht van Zijn bloed. Refrein Joh. de Heer 319 8. ’k Ben zo blij 1 ’k Ben zo blij, ) Jezus redde mij. ) 3x Zing ik glorie halleluja, Jezus redde mij. 2 Toen ik in de put zat, ) trok Hij mij er uit. ) 3x Zing ik glorie halleluja, (3x) Jezus redde mij. Opwekking 449 9. Breng dank aan de eeuwige 1 Breng dank aan de Eeuwige, breng dank aan de Heilige, breng dank aan onze Vader die ons Jezus zond. Breng dank aan de Eeuwige, breng dank aan de Heilige, breng dank aan onze Vader die ons Jezus zond. 2 Want nu zegt de zwakke: ik ben sterk, zegt de arme: ik ben rijk, om wat de Here heeft gedaan voor ons. Want nu zegt de zwakke: ik ben sterk, zegt de arme: ik ben rijk, om wat de Here heeft gedaan voor ons. Breng dank. Opwekking 331 10. Daar is een helper 1. Daar is een Helper groot van kracht, steeds bereid. Hij hoort als Vriend naar elke klacht, steeds bereid. Is ook uw weg soms steil en ruw, roep Hem te hulp. Hij zoekt naar u. Hij was voorheen, ook is Hij nu: steeds bereid. Steeds bereid, steeds bereid: Hij was voorheen, ook is Hij nu steeds bereid. 2. Hij kent de noden van uw hart, Jezus leeft! Hij weet uw wensen, deelt uw smart, Jezus leeft! Werp al uw zorgen op Hem vrij, hoor naar de stem, die nodigt blij: “Komt, gij vermoeiden, komt tot Mij!” Jezus leeft! Jezus leeft, Jezus leeft! Komt, gij vermoeiden, komt tot Mij! Jezus leeft! 3. In alles zult Gij, Jezus mijn, met mij zijn. Gij zult in d’allergrootste pijn met mij zijn. Ik wil u volgen, waar Gij leidt, daar Gij die de liefde zelve zijt, Gij zult tot in der eeuwigheid, met mij zijn. Met mij zijn, met mij zijn, Gij zult tot in der eeuwigheid met mij zijn. Joh. de Heer 584 11. Daar juicht een toon 1. Daar juicht een toon, daar klinkt een stem, die galmt door gans Jeruzalem: een heerlijk morgen licht breekt aan, de Zoon van God is opgestaan. 2. Geen graf hield Davids Zoon omkneld. Hij overwon, die sterke Held! Hij steeg uit ’t graf door ’s Vaders kracht, want Hij is God, bekleed met macht. 3. Nu jaagt de dood geen angst meer aan, want alles, alles is voldaan. Wie in ’t geloof op Jezus ziet, die vreest voor dood en helle niet. 4. Want nu de Heer is opgestaan, nu vangt het nieuwe leven aan. Een leven, door Zijn dood bereid. Een leven in Zijn heerlijkheid. Jeugd in Aktie 22 12. Daar ruist langs de wolken 1. Daar ruist langs de wolken een lief’lijke naam, die hemel en aarde verenigt te zaam. Geen naam is er zoeter en beter voor ’t hart, Hij balsemt de wonden en heelt alle smart. Kent gij, kent gij die naam nog niet? Die naam draagt mijn Heiland, mijn lust en mijn lied! 2. Die naam is naar waarheid mijn Jezus ook waard, want Hij kwam om zalig te maken op aard. Zo lief had Hij zondaars, dat Hij voor hen stierf, genade bij God door zijn zoenbloed verwierf. Kent gij, kent gij die Jezus niet, die, om ons te redden, de hemel verliet? 3. Eens buigt zich ook alles voor Jezus in ’t stof, en d’Engelen zingen voortdurend zijn lof. O mochten w’om Jezus verheerlijkt eens staan, dan hieven wij juichend de jubeltoon aan: Jezus, Jezus, Uw naam zij d’eer, want Gij zijt der mensen en engelen Heer! Joh. de Heer 33 13. Daar zijn geen grenzen 1. Is hier een hart door vrees benard, vermoeid door ‘s levens strijd? Twijfel drukt u neer, gij struikelt telkens weer. O vat weer moed, want God is goed en steeds tot hulp bereid: zo gij slechts kunt geloven, ziet gij zijn heerlijkheid. Refrein: Daar zijn geen grenzen aan Jezus macht, voor elk die wond’ren van Hem verwacht! Ja, wie Hem aanraakt, ervaart zijn kracht. Daar zijn geen grenzen aan Jezus’ macht. 2. Gaat gij gebukt, door zorg gedrukt? Leg dan uw lasten neer! Tob niet langer voort, vertrouw op ’s Heren Woord. Hij hoort uw bee en schenkt u vree. In liefde eind’loos teer. Zo gij slechts kunt geloven, niets is onmoog’lijk meer! Refrein:… Jeugd in Aktie 2 14. Dan zingt mijn ziel 1. O Heer mijn God, wanneer ik in verwondering de wereld zie die U hebt voort gebracht. Het sterrenlicht, het rollen van de donder, heel dit heelal, dat vol is van uw kracht. Refrein: Dan zingt mijn ziel ) tot U, o Heer mijn God: ) 2x hoe groot zijt Gij, ) hoe groot zijt Gij! ) 2. Als ik bedenk, hoe Jezus zonder klagen tot in de dood gegaan is als een Lam. Sta ik verbaasd, dat Hij mijn schuld wou dragen en aan het kruis mijn zonde op zich nam. Refrein:... 3. Als Christus komt met majesteit en luister, brengt Hij mij thuis, hoe heerlijk zal dat zijn. Dan zal ik vol aanbidding voor Hem buigen en zingt mijn ziel: o Heer, hoe groot zijt Gij! Refrein:… Opwekking 407 15. De kerk van alle tijden 1. De kerk van alle tijden kent slechts één vaste grond: ’t is Christus, die door lijden zijn volk aan zich verbond. Om haar als bruid te werven kwam Hij ten hemel af. ’t Was Hij, die door zijn sterven aan haar het leven gaf. 2. Uit ieder volk verkoren, toch in haar Heiland één, is zij door Hem herboren, blijft dit haar kracht alleen: één Geest, één vast vertrouwen, één doop, één heil’ge dis, één Heer, op wie te bouwen haar troost en rijkdom is. 3. God houdt zijn kerk in leven, hoe ook bespot, verdrukt, door dwalingen omgeven, verscheurd, uiteengerukt. Al roepen van de tinnen de wachters nog: hoe lang? Straks gaat de dag beginnen en ’t klagen wordt gezang. 4. In rampspoed, moeit'en zorgen, in ’t heetste van de strijd, wacht zij de grote morgen, de vrede voor altijd. Tot eens haar hunkrend’ogen aanschouwen, blij ontroerd, hoe God haar komt verhogen en tot victorie voert. 5. Nog weet zij zich verbonden in haar drieëen’ge Heer, met wie zijn trouw bevonden: de strijders van weleer. Een wolk van Gods getuigen omringt ons in de strijd, tot wij met hen ons buigen, gekroond met heerlijkheid. Liederen voor de Gemeentezang 449 16. De Heer is mijn Herder 1. De Heer is mijn Herder en geen ding ontbreekt mij naar zijn wil; Hij schenkt mij rust in grazig land, aan waat'ren klaar en stil. 2. Hij is het, die mijn ziel verkwikt en die mijn schreden leidt in rechte sporen om de eer zijns naams in eeuwigheid. 3. Al ga ik door een duister dal, ik vrees geen kwaad, want Gij zijt altijd met mij en uw stok en staf vertroosten mij. 4. Gij zijt het, die mijn dis bereidt voor 't oog van wie mij krenkt; die zalft mijn hoofd en mij een kelk tot overvloeiens schenkt. 5. Zo zullen heil en goedheid groot mij volgen dag aan dag, en ik verkeer in ’s Heren huis, waar ’k eeuwig wonen mag. Opwekking 215 17. Dat ons loflied vrolijk rijze 1. Dat ons loflied vrolijk rijze. dat het klinke tot Uw eer. Dat der kind’ren mond U prijze voor Uw gunst en goedheid Heer. Refrein: Looft de Heer! Looft de Heer! Halleluja! Halleluja! Halleluja! Zingt Zijn eer! 2. Boven bidden, boven denken, hebt Gij aan ons welgedaan; neen, wij kunnen U niets schenken, neem ons staam’lend lied slechts aan. Refrein:… 3. De Eng'len en der zaal'gen koren prijzen U in ’t hemelhof. Ook naar kind’ren wilt Gij horen; uit hun mond bereidt G’U lof. Refr:.. Joh. de Heer 34 18. Dank U voor deze nieuwe morgen 1. Dank U voor deze nieuwe morgen, dank U voor elke nieuwe dag. Dank U dat ik met al mijn zorgen bij U komen mag. 2. Dank U voor alle goede vrienden, dank U, o God voor al wat leeft, dank U voor wat ik niet verdiende: dat U mij vergeeft. 3. Dank U voor alle bloemengeuren, dank U voor ieder klein geluk, dank U voor alle held’re kleuren, dank U voor muziek. 4. Dank U dat U in moeilijkheden, dank U dat U in pijn en strijd, dank U dat U in alle tijden toch steeds bij ons zijt. 5. Dank U dat U hebt willen spreken, dat U, U hoort een ieders taal. Dank U dat U het brood wilt breken met ons allemaal. 6. Dank U dat ons uw woord bewaarde, dank U dat U uw Geest ons geeft. Dank U dat ieder mens op aarde van uw liefde leeft. 7. Dank U, uw liefde kent geen grenzen, dank U dat ik nu weet daarvan. Dank U, o God, ik wil U danken dat ik danken kan. Evang. Liedbundel 168 19. De dierb're Heiland is nabij 1. De dierb're Heiland is nabij, de liefdevolle Jezus. Zijn woorden troosten u en mij. O, hoort de stem van Jezus. Refrein: Eng'lenkoren prijzen Hem, paren wij ook onze stem. Zingen wij ter eer van Hem: Jezus dierb’re Jezus. 2. Uw zonde droeg Hij aan het kruis. O, hoort de stem van Jezus! Een plaats, bereid in ’s Vaders huis: een kroon, bereid door Jezus! 3. Hem zij de lof en heerlijkheid! Gelooft dan nu in Jezus; uw hart zij tot Zijn dienst bereid, verheerlijkt met mij Jezus. 4. Komt, broeders, komt nu al te zaam, en zingt ter eer van Jezus; komt, zusters, looft en prijst Zijn naam, ja, prijst de naam van Jezus! 5. Zijn naam verlost van zond’en schuld, geen and’re naam dan Jezus. Wordt, zondaars, met Zijn Geest vervuld. Neemt aan het heil van Jezus. 6. Gij, kind'ren, beiden groot en klein, bemint de naam van Jezus; ook u maakt Hij het harte rein, dan leeft ook gij voor Jezus. Joh. de Heer 35 20. De Heer is mijn licht 1. De Heer is mijn licht en zijn liefde is mijn steun. ’t Zijn eeuwige armen, waar ‘k veilig op leun. Hij trok m’uit het duister, zijn bloed kocht mij vrij. Mijn ziel rust in Jezus mijn Redder is Hij. Mijn Redder is Hij, mijn Redder is Hij. Mijn ziel rust in Jezus, mijn Redder is Hij. 2. Mijn zonde was groot, maar nog groter zijn gena. Hij troostte mijn ziel, bracht de hemel mij na. Zijn bloed schonk verzoening mijn schuld betaalde Hij. Hij brak al mijn banden, Hij maakte mij vrij. Hij maakte mij vrij, Hij maakte mij vrij. Hij brak al mijn banden, Hij maakte mij vrij. 3. Komt twijfel en vrees, 'k weet de Heer is aan mijn zij, en nadert de vijand, nog nader is Hij. Hij is mijn burcht en tot schuilplaats t’allen tijd. Bij Jezus ben ’k veilig in ’t felst van de strijd. (3x) Bij Jezus ben ’k veilig, in ’t felst van de strijd. 4. Ja, Jezus schenkt vrede, zijn wil doen is genot. ’k Wijd daarom mijn leven in dienst van mijn God. En straks als de wereld verzinkt in de nacht, zal ’k opzien naar boven, daar ’k Jezus verwacht. (3x) zal ’k opzien naar boven, daar ’k Jezus verwacht. 5. De mensheid wordt steeds meer in vrees en angst gehuld, 't profetische Woord wordt steeds trouwer vervuld. Maar wat ook gaat wank’len, mijn Jezus wankelt niet, de Rots aller eeuwen, mijn kracht en mijn Lied. (3x) De Rots aller eeuwen, mijn kracht en mijn lied. Joh. de Heer 784 21. De dorre vlakte der woestijnen 1. De dorre vlakte der woestijnen, zal zich verblijden eindeloos; de zandzee zal herschapen schijnen, want bloeien zal zij als een roos. Van heil’ge vreugde zal zij beven, doortinteld van een heerlijk leven, dat nimmermeer verwelken zal. Zij zal de wonderen des Heren aanschouwen en zijn grootheid eren met jubelend triomfgeschal. 2. Versterkt dan nu de slappe handen, en zet hem vast, de wank'le voet! Zegt tot wie zucht in pijn en banden: ’Wees sterk, vrees niet, heb goede moed!’ De Redder nadert ten gerichte; van zijn aanbidd’lijk aangezichte straalt waarheid en barmhartigheid. Hij zal uw lijden u vergelden, de boeien breken, die u knelden, Hij, die u uit het diensthuis leidt. 3. Dan ziet het oog des blindgeboren' uw schepping in haar zomergloor; dan dringen tot des doven oren uw goddelijke woorden door. De kreup’le zal van vreugde springen, de sprakeloze tong zal zingen, hosanna’s meng’lend tot uw lof; en stromen levend water spreiden hun zilv’ren beekjes door de heiden, zo fris als eens in Edens hof! 4. Waar eens vergeefs verdwaalden zochten is nu een welbereide baan, waarop des Heren vrijgekochten bij duizenden naar Sion gaan. Zij voelen zich van Gods geslachte, verstomd is nu de laatste klachte, en alle kommer weggevloon! Zij jubelen in blijde reien, zij kronen ’t hoofd met groene meien, een eeuw’ge blijdschap is hun kroon. Joh. de Heer 661 22. Dit is mijn gebod Dit is Mijn gebod, dat gij elkander liefhebt, en uw blijdschap wordt vervuld. Dit is mijn gebod, dat gij elkander liefhebt, en uw blijdschap wordt vervuld. (3x) Dit is mijn gebod, dat gij elkander lief hebt, en uw blijdschap wordt vervuld. Opwekking 51 23. Door de wereld gaat een woord 1. Door de wereld gaat een woord en het drijft de mensen voort: ’Breek uw tent op, ga op reis naar het land dat Ik u wijs’. Refrein: Here God, wij zijn vervreemden door te luist’ren naar uw stem. Breng ons saam’ met uw ontheemden naar het nieuw Jeruzalem. 3. Menigeen ging zelf op pad daar hij thuis geen vrede had. Eeuwig heimwee spoort hem aan laat ook hem uw woord verstaan. Refrein:... 4. Door de wereld klinkt een lied tegen angsten en verdriet, tegen onrecht, tegen dwang richten pelgrims hun gezang. Refr.. 5. Velen, die de moed begaf blijven staan of dwalen af. Hunk’rend naar hun oude land. Reisgenoten, grijp hun hand. Refr.. Evang. Liedbundel 263 24. Doorgrond mijn hart 1. Doorgrond mijn hart en ken mijn weg, o Heer. Beproef me en zie wat niet is tot uw eer. Is soms de weg die ’k ga niet goed voor mij; leid me op de eeuw’ge weg, Heer, maak mij vrij! 2. O, Heer, heb dank, ’k mag toch de uwe zijn. Uw dierbaar bloed wast mij van zonden rein. Doop mij met vuur, opdat ’k mij niet meer schaam; ’k wil leven Heer, tot eer van Uwe Naam. 3. Zie Heer, hier ben ik; maak me een vat voor U; woon in mijn hart, vernieuw het, doe het nu! Verbreek mijn wil, maak m'ook van hoogmoed vrij; ’k wil in U blijven, Heer, blijf Gij in mij. 4. O, heil'ge Geest, kom tot uw heerschappij. Schenk een herleving en begin bij mij. Zegen Uw volk, maak ’t als een bruid bereid, wachtend op Jezus’ komst in heerlijkheid. Joh. de Heer 541 25. Er gaat door alle landen 1. Er gaat door alle landen een trouwe Kindervriend. Geen oog kan Hem aan schouwen, maar Hij ziet ieder kind. De hemel is Zijn Vaderland, Hij is des Heren Afgezant. 2. Hij komt in alle huizen, en waar een vrolijk kind zijn vader en zijn moeder en God, de Heer bemint. Daar woont Hij gaarne dag en nacht, en houdt er over ’t kind de wacht. 3. En gaat het kind ter ruste, die Vriend verlaat het niet. Bewaakt getrouw zijn bedje, dat het geen kwaad geschiedt, en wekt het in de morgenstond, en maakt het vrolijk en gezond. Joh. de Heer 462 26. Er is een verlosser 1. Er is een Verlosser, Jezus, Zoon van God. Kostbaar Lam van God, Messias, heilig God is Hij. 2. Jezus, mijn Verlosser, niemand is aan U gelijk. Kostbaar Lam van God, Messias, maakt van zonden vrij. 3. Dank U, o mijn Vader. U gaf Uw eigen Zoon, uw Geest als hulp voor ons totdat het werk op aarde is gedaan. 4. Ja de dag zal komen dat ik Jezus zie. Dan zal ik mijn Koning dienen voor eeuwig en eeuwig. Opwekking 263 27.Er is vreugde, hemelvreugde 1. De nacht vlood heen, ’t is helder dag! Er is blijdschap in mijn ziel! Mijn vrees is weg, Gods vreê woont daar, er is vreugde in mijn ziel! Refrein: Er is vreugde, hemelvreugde, hemelvreugde, hier op aard. Te weten Jezus mint ook mij, is mij meer dan alles waard. 2. Mijn tranen droogde Jezus' hand, er is vreugde in mijn smart. ‘k Ben pelgrim naar het hemels land, doch met blijdschap in mijn hart! Refr.. 3. Eens was mijn hart vol duisternis, maar God sprak eens: "Daar zij licht!" Nu heb ’k een hemel reeds op aard en een hemel nog in ‘t zicht. Refr.. 4. Door Jezus' macht, door Hem alleen, kan ik overwinnaar zijn; en waar ik kom, ik jubel luid: Ja, des Heilands bloed maakt rein. Refr.. 5. En is de weg soms ruw en steil, toch blijft blijdschap in mijn smart, want Jezus Zelf bestuurt mijn weg en houdt blijdschap in mijn hart. Refr.. Joh. de Heer 41 28. Er komen stromen van zegen 1. Er komen stromen van zegen, dat heeft Gods woord ons beloofd; stromen, verkwikkend als regen, vloeien tot elk die gelooft. Refrein: Stromen, stromen van zegen, komen als plasregens neer. Nu vallen drupp’len reeds neder, zend ons die stromen, o Heer. 2. Er komen stromen van zegen, heerlijk verkwikkend zal ’t zijn; op de valleien en bergen zal er nieuw leven dan zijn. Refr. 3. Er komen stromen van zegen, zend ons die Heilstroom nu neer! Geef ons die grote verkwikking, geef z’ons voortdurend, o Heer. Refr. Opwekking 57 29. Ga mij niet voorbij 1. Ga mij niet voorbij, o Heiland! Ga mij niet voorbij! Wijl Gij and’ren zegent, Heiland! Zegen nu ook mij. Refrein: Jezus, Heiland, wees mij nu nabij! Wijl Gij and’ren zegent, Heiland! Ga mij niet voorbij! 2. Voor Uw troon geknield, o Heiland! Bid ik in ’t geloof! Doe mij troost en uitkomst vinden, houdt U niet als doof. Refr.. 3. Op uw zoenbloed pleit ik Heiland! Voor des Vaders troon; daar wilt Gij mijn Midd'laar wezen, hoor mij, Gij, Gods Zoon! Refr.. 4. Gij zijt al mijn troost, o Heiland! Ja, mijn troost geheel; in de hemel en op aarde blijft Gij steeds mijn deel. Refr.. Joh. de Heer 121 30. Ga nu heen in vrede 1. Ga nu heen in vrede, ga en maak het waar, wat wij hier beleden samen met elkaar. Aan uw daag’lijks leven, uw gezin, uw werk, wilt u daaraan geven, ) daar bent u Gods Kerk. ) 2x 2. Ga nu heen in vrede, ga en maak het waar, wat wij hier beleden samen met elkaar. Neem van hieruit vrede, vrede mee naar huis, dan is vanaf heden ) Christus bij u thuis. ) 2x Evang. Liedbundel 270 31. Ga niet alleen door 't leven 1. Ga niet alleen door ’t leven, die last is u te zwaar. Laat Eén u sterkte geven, ga tot uw Middelaar! Daar is zoveel te klagen, daar is zoveel geween. en zoveel leed te dragen, ) ga niet alleen. ) 2x 2. Ga niet alleen; uw Koning wil komen in uw hart. Ach geef het Hem ter woning, hoe stilt Hij dan uw smart! Wie kan er tranen drogen, als Jezus? Immers geen! Richt dan de treurend’ogen, ) naar Jezus heen! (2x) ) 2x 3. O armen, droeven, blinden, de hoofden opgericht! Laat u door Jezus vinden, Zijn last is zacht en licht. Daar is zoveel te dragen, daar is zoveel geween; ach, wilt dan niet vertragen! ) Naar Jezus heen! ) 2x 4. Wat klaagt gij om een wonde, die slechts Erbarming sloeg? Wat zucht gij om de zonde, die Uw Verlosser droeg? Wat staat gij angstig, droevig, als waart gij steeds alleen? Komt, gaat getroost, blijmoedig ) Naar Jezus heen! ) 2x 5. Welzalig, die ’t ervaren, dat Hij hun alles is; dan kennen z’ in gevaren, bezorgdheid noch gemis. Hij draagt dan in Zijn armen, door alle nood hen heen. Wie steunt op Zijn ontfermen. ) Is nooit alleen! ) 2x 6. En dan, als 't leed der aarde voor immer is gedaan; als in des hemels gaarde uw blijde voeten staan; dan ziet g’in ’t zalig Eden slechts zaal’gen om u heen. Dan prijst g’in eeuwigheden ) Uw Heer alleen! ) 2x Joh. de Heer 53 32. Geprezen zij de Heer 1. Geprezen zij de Heer die eeuwig leeft. Die vol ontferming ieder troost en alle schuld vergeeft. Die heel het aards gebeuren vast in handen heeft. Refrein: Hem zij de glorie, want Hij Die overwon, zal nooit verlaten wat zijn hand begon. Halleluja. Geprezen zij het Lam, dat de schuld der wereld op Zich nam. 2. Verdreven is de schaduw, van de nacht. En wie Hem wil aanvaarden wordt eens veilig thuisgebracht. Voor Hem geldt ook dit wonder: alles is volbracht. Refr.. 3. Hij doet ons dankbaar schouwen in het licht, dat uitstraalt van het kruis, dat eens voor ons werd opgericht. En voor ons oog verrijst een heerlijk vergezicht. Refr.. Opwekking 44 33. Glorie aan God 1. Glorie aan God. (4x) Lof zij de Heer, Hem komt toe alle eer. Hij’s het Lam dat regeert tot in de eeuwigheid. Zijn woord is macht, heeft ons vrijheid gebracht. Wij aanbidden, wij knielen voor Jezus. Groot is zijn troon, eeuwig zijn kroon. Overwinnaar zal Hij zijn, over zonde, dood en pijn. Heel het rijk der duisternis weet wie Jezus Christus is: Hij is de hoogste Heer! 2. Glorie aan God. (4x) Kondigt het aan, door de kracht van zijn naam: heel de aard' wordt vervuld van zijn glorie! Satan, hij beeft, want hij weet: Jezus leeft! Hij ’s verslagen, het Lam troont voor eeuwig! Jezus is Heer, Redder en Heer! Overwinnaar zal Hij zijn, over zonde, dood en pijn. Heel het rijk der duisternis weet wie Jezus Christus is: Hij is de hoogste Heer! 3. Glorie aan God. (4x) Heersen met Hem op de troon en zijn stem spreekt van liefde, vervult ons met glorie. Heilig en vrij, alle tranen voorbij. Eeuwig vreugde van God, lof, aanbidding: waardig het Lam, waardig het Lam! Overwinnaar zal Hij zijn, over zonde, dood en pijn. Heel het rijk der duisternis weet wie Jezus Christus is: Hij is de hoogste Heer! Glorie aan God. (4x) Opwekking 354 34. God is getrouw 1. God is getrouw, zijn plannen falen niet. Hij kiest de Zijnen uit, Hij roept die allen. Die ’t heden kent, de toekomst overziet. Laat van zijn woorden geen ter aarde vallen. En ’t werk der eeuwen, dat zijn Geest omspant, volvoert zijn hand. 2. De Heer regeert! Zijn Koninkrijk staat vast. Zijn heerschappij omvat de loop der tijden. Een sterke hand, die nooit heeft misgetast, blijft met het heilig zwaard des Geestes strijden. En d’adem zijner lippen overmant de tegenstand. 3 De Heil’ge Geest, die haar de toekomst spelt, doet aan Gods kerk zijn heilsgeheimen weten. Hij, die haar leidt en in de waarheid stelt, heeft zijn bestek met wijsheid uitgemeten! Hij trekt met heel zijn kerk van land tot land, als Gods gezant. Opwekking 248 35. Gods volk wordt uitgeleid Gods volk wordt uitgeleid, zij gaat met vreugde voort, en de bergen en de heuvels juichen rondom haar. Alles zingt erbij, zelfs de vogels zijn blij en zij klappen voor hun God. En de bomen in het veld ) zullen klappen voor Hem… ) 3x en wij gaan vrolijk voort. Opwekking 148 36. Groot is uw trouw 1. Groot is uw trouw, o Heer, mijn God en Vader. Er is geen schaduw van omkeer bij U. Ben ik ontrouw, Gij blijft immer dezelfde die Gij steeds waart, dat bewijst Gij ook nu. Refrein: Groot is uw trouw, o Heer, (2x) iedere morgen aan mij weer betoond. Al wat ik nodig had, hebt Gij gegeven. Groot is uw trouw, o Heer, aan mij betoond. 2. Gij geeft ons vrede, vergeving van zonden, en uw nabijheid, die sterkt en die leidt: Kracht voor vandaag, blijde hoop voor de toekomst. Gij geeft het leven tot in eeuwigheid. Refrein:.. Opwekking 123 37. Grijp toch de kansen 1. Grijp toch de kansen, door God u gegeven, kort is uw zijn hier, de tijd snelt daarheen. Wat toch blijft over, o zeg, van dit leven? D’arbeid der liefde, gedaan om u heen. Refrein: Niets is hier blijvend, (2x) alles, hoe schoon ook, zal eenmaal vergaan; maar wat gedaan werd uit liefde tot Jezus, dat houdt zijn waard’ en zal blijven bestaan. 2. Geef dan uw tijd niet aan ijdele zorgen, help hen, die vielen, breng troost in hun smart; o, laat uw licht schijnen, blij als de morgen, wijs op de Heiland, die rust geeft voor ’t hart. Refr.. 3. Weet, al uw arbeid, uw lijden voor Jezus, ’t wordt door Hemzelve geschat op zijn waard’ en eens daarboven, daar vinden we weder, vruchten van ’t zaad dat wij strooiden op aard. Refr.. Joh. de Heer 166 38. Halleluja, looft God in zijn heiligdom Halleluja, looft God in zijn heiligdom, looft Hem in zijn machtig uitspansel; looft Hem om zijn machtige daden; looft Hem naar zijn geweldige grootheid. Refrein: Alles wat adem heeft, love de Here. Halleluja, halleluja. Alles wat adem heeft, love de Here. Halleluja. Looft Hem met bazuingeschal, looft Hem, looft Hem met de harp en de citer, looft Hem met de tamboerijn en reidans, looft Hem met het snarenspel en fluit. Refrein:. Looft Hem met de klinkende cimbalen, looft Hem met de schallende cimbalen. Refrein:.... Opwekking 78 39. ’k Heb geloofd en daarom zing ik 1. ’k Heb geloofd en daarom zing ik, daarom zing ik van gena, van ontferming en verlossing, door het bloed van Golgotha. Daarom zing ik U, die stervend alles, alles hebt volbracht, Lam Gods, dat de zonden wegneemt, Lam van God, voor ons geslacht. 2. ’k Heb geloofd in U, wie d’aarde met haar doornen heeft gekroond, maar die nu, gekroond met ere, aan Gods rechterzijde troont. U, aan wiens doorboorde voeten, eenmaal in het gans heelal, hier, daarboven en hieronder, alle knie zich buigen zal. 3. Ja ’k geloof en daarom zing ik, daarom zing ik U ter eer, ’s werelds Heiland, Hogepriester, aller heren Opperheer! Zoon van God en Zoon des mensen, o, kom spoedig in uw kracht, op des hemels wolken weder! Kom, Heer Jezus, kom, ik wacht. Opwekking 311 40. Heer als ik denk ... 1. Heer, als ik denk aan wat U voor mij deed, dan kan ik U alleen maar danken. En als ik denk aan de strijd die U streed, dan kan ik U alleen maar danken. 2. Angst en verdriet in Gethsémané; door uw eigen vrienden verlaten en verraden door een kus, geschopt en geslagen, omdat U zoveel van mij hield. 3. Heer, als ik denk aan wat U voor mij deed, dan kan ik U alleen maar danken. En als ik denk aan de pijn die U leed, dan kan ik U alleen maar danken. 4. Doornen op uw hoofd, een speer in uw zij, spijkers door uw handen en voeten; van het leven beroofd, om te sterven voor mij, omdat U zoveel van mij hield. 5. Heer, als ik denk aan wat U voor mij deed, dan kan ik U alleen maar danken. En als ik denk aan de strijd die U streed, dan kan ik U alleen maar danken. 6. Heer, als ik denk aan wat U voor mij deed, dan kan ik U alleen maar danken. En als ik denk aan de pijn die U leed, dan kan ik U alleen maar danken, (3x) o, Heer. Opwekking 470 41. Heer, God, U loven wij Heer, God, U loven wij. Heer, U belijden wij. Vader in eeuwigheid, zingt ’t gans heelal uw naam. Aarde en hemel, Heer, zingen uwe naam ter eer, heel uw schepping door, eeuwig met ’t engelenkoor. Heilig, heilig, heilig is onze God, de Heer Ze-ebaoth. Hemel en aarde ) zijn van Uw grootheid vol. )2x Halleluja. (4x) Amen. Opwekking 7 42. Heer, ik geef me aan U volkomen 1. Heer, ik geef me aan U volkomen; ’k leg mijn al hier voor U neer, opdat Gij in mij zoudt wonen, met uw Geest, o Heer! Al de liefde van mijn harte, zij voortaan U toegewijd! ’k Vrees geen moeiten meer of smarte, daar Gij met mij zijt. Refrein: Glorie, glorie, Halleluja! ’k Leg mijn al aan Jezus’ voet, en nu is mijn heil volkomen door het dierbaar bloed. 2. Heer, mijn wil leg ’k voor U neder, neem hem aan nu voor altijd; dat niets kwaads hem immer weder van de Uwe scheid! Heer, tot U breng ik mijn leven, hoor nu mijn gelofte aan: ’k heb mijn al aan U gegeven; neem het, Heiland, aan. Refr.. 3. Heer, mijn God, bestuur mijn wegen, strijden wil ik slechts voor U! Jezus’ bloed kocht ook mijn leven, Hem behoor ik nu. Openbaar U zelf aan mij, Heer, als mijn eeuwig trouwe Vrind! Tot in ’t stervensuur bewaar mij, voor altijd uw kind. Refr.. Jeugd in Aktie 59 43. Heer ik hoor van rijke zegen 1. Heer ik hoor van rijke zegen, die Gij uitstort keer op keer; laat ook van die milde regen, dropp’len vallen op mij neer. Ook op mij, ook op mij, dropp’len vallen ook op mij. 2. Ga mij niet voorbij, o Vader, zie, hoe mij mijn zonde smart; trek mij met uw koorden nader, stort uw liefd’ook in mijn hart. Ook in mij, ook in mij, stort uw liefde ook in mij. Jeugd in Aktie 60 44. Heer ik kom tot U 1. Heer, ik kom tot U, hoor naar mijn gebed. Vergeef mijn zonden nu, en reinig mijn hart. 2. Met Uw liefde, Heer, kom mij tegemoet, nu ik mij tot U keer, en maak alles goed. 3. Zie mij voor U staan, zondig en onrein. O, Jezus raak mij aan, van U wil ik zijn. 4. Jezus, op uw woord, vestig ik mijn hoop. U leeft en U verhoort mijn bede tot U. Opwekking 125 45. Heer onze God 1. Heer, onze God, hoe heerlijk is uw naam, die U ons noemt door sterren, zon en maan. Hemel en aarde spreken wijd en zijd, tonen het wonder van uw heerlijkheid. 2. Heer, onze God, die aard’ en hemel schiep, zeeën en land met macht te voorschijn riep. Wat zijn wij, mensen, dat U aan ons denkt en ons uw heerlijkheid en luister schenkt? 3. U komt ons, Heer in Christus tegemoet. U geeft ons, Heer, verlossing door zijn bloed. U roept ons, mensen, in uw heerlijkheid: leven om Jezus' wil in eeuwigheid! 4. Daarom zal, Heer, ons lied een loflied zijn, dat in ons zingt met eindeloos refrein. Prijzend uw liefde, heffen wij het aan: Heer, onze God, hoe heerlijk is uw naam! Opwekking 70 46. Heer, uw licht en uw liefde schijnen 1. Heer, uw licht en uw liefde schijnen waar U bent zal de nacht verdwijnen. Jezus, Licht van de wereld, vernieuw ons. Levend Woord, ja uw waarheid bevrijdt ons. Schijn in mij, schijn door mij. Refrein: Kom, Jezus kom, vul dit land met uw heerlijkheid. Kom Heil’ge Geest, stort op ons uw vuur. Zend uw rivier, laat uw heil heel de aard’ vervullen. Spreek, Heer, uw woord: dat het licht overwint. 2. Heer, ’k wil komen in uw nabijheid. Uit de schaduwen in uw heerlijkheid. Door het bloed mag ik U toebehoren. Leer mij, toets mij, uw stem wil ik horen. Schijn in mij, schijn door mij. Refrein:... 3. Staan wij oog in oog met U Heer. Daalt uw stralende licht op ons neer. Zichtbaar, tastbaar wordt U in ons leven. U volmaakt wie volkomen zich geven. Schijn in mij, schijn door mij. Refrein:... Opwekking 334 47. Heer wat een voorrecht 1. Heer, wat een voorrecht om in liefde te gaan, schouder aan schouder in uw wijngaard te staan, samen te dienen, te zien wie U bent, want uw Woord maakt uw wegen bekend. Refrein: Samen op weg gaan, dat is ons gebed, als een volk, dat juist daarvoor door U apart is gezet. Vol van uw liefde genade en kracht, als een lamp, die nog schijnt in de nacht. 2. Samen te strijden in woord en in werk. Eén zijn in U, dat alleen maakt ons sterk. Delen in vreugde, in zorgen, in pijn, als uw kerk, die waarachtig wil zijn. Opwekking 249 48. Heer wees mijn Gids 1. Heer, wees mijn Gids, op heel mijn levenspad. Wees Gij mijn Gids. Wijs mij de weg naar Sions gouden stad. Wees Gij mijn Gids. Blijf dicht mij bij, ga stap voor stap mij voor. Dan ben ’k gerust en veilig volg ’k Uw spoor. 2. ’k Was vroeger blind en dwaalde van het pad. Want ’k had geen Gids. Ver dwaalde ik af, totdat ik ernstig bad: ”Wees Gij mijn Gids.” Hij heeft ’t verhoord, ’k ben nu verheugd en blij. Want Jezus kwam en nu is ’t licht voor mij. 3. Nu aan Zijn hand, dwaal ’k nimmer van de weg. Hij is mijn Gids. ’t Zij door moeras of wel langs struik of heg. Leidt mij mijn Gids. Licht, vriend’lijk licht stroomt van Zijn aangezicht. ’k Houdt daarom steeds mijn oog op Hem gericht. Joh. de Heer 569 49. Hef je hoofd omhoog Hef je hoofd omhoog, want de Koning komt. Buig nu voor Hem en aanbid Hem, Zing:.. " Hosanna voor de Heer." Vol van heerlijkheid, is zijn majesteit. Breng nu ere aan de Here. Hij, de Koning, komt. Opwekking 288 50. De Heilige stad 1. Terwijl ’k eens lag te slapen, kreeg ik een schone droom: ik was in ’t oud Jeruzalem, ’k stond aan de tempelzoom; ik hoorde kind’ren zingen: een lied vol blijde klank; en ’t was, als paarden engelen zich juichend aan hun zang: Refrein: Jeruzalem, Jeruzalem! Zingt uwen Vorst ter eer! hosanna in den hoge, Hosanna voor uw Heer! 2. Doch eensklaps werd het alles o donker om mij heen; Het kinderkoor verstomde. en d’ eng’lenschaar verdween. Ik zag een kruis verrijzen; toen werd het plots’ling nacht, en klonk van gindse heuveltop een stem: Het is volbracht! en klonk van gindse heuvel top een stem: Het is volbracht! Refr.. Joh. de Heer 1007 51. Hier in uw heiligdom 1. Hier in Uw heiligdom, dichtbij de troon, vraagt Uw aanwezigheid ons stil te zijn. Zo komen wij tot U, met heilig ontzag, als uw Geest ons trekt tot U. 2. Rein door uw zuiver bloed, met zekerheid, dat wij geborgen in Uw liefde zijn. Staan wij vrijmoedig hier en antwoordt ons hart, op de roepstem van uw Geest. 3. Heer, ik wil horen uw zachte stem. Laat and're stemmen in mij zwijgen. Open mijn ogen, Heer, opdat ik het licht van uw aangezicht zal zien. Opwekking 245 52. Hosanna, hosanna, de Koning komt 1. Hosanna, hosanna, de Koning komt,) in de naam van de God van Israël ) 2x Refrein: Hosanna, hosanna, ) de Koning van Israël. ) 2x 2. Wees welkom, wees welkom ) o Vredevorst, ) in de naam van de God van Israël. ) 2x 3. Gij geeft ons het leven en overvloed) in de naam van de God van Israël. ) 2x 4. Gij brengt en verkondigt ) het jubeljaar ) in de naam van de God van Israël. ) 2x 5. Gij zendt van de Vader ) de Heil’ge Geest ) in de naam van de God van Israël. ) 2x Opwekking 240 53. Hij die rustig en stil 1. Hij die rustig en stil, zich steeds voegt naar Gods wil, Hem in alles vertrouwt en gelooft; die slechts hoort naar Zijn stem, zich geheel geeft aan Hem, smaakt een vreugde die nimmer verdooft. Refrein: Zie slechts op Hem, volg gehoorzaam Zijn stem; blijf maar rustig vertrouwen. Altijd ziende op Hem. 2. Loeit de levensorkaan. Komt er zorg op ons aan: ’t is Zijn glimlach, die alles verdrijft. Klagen, zuchten, geween, vrees en twijfel gaan heen; als wij rustig vertrouwen in Hem. Refr.. 3. Wordt u moeite en strijd door de mensen bereid: zie op Hem; slechts Zijn blik schenkt ons moed! Hij draagt u; ook uw kruis, brengt straks veilig u thuis, zorgt dat alles hier meewerkt ten goed’. Refr.. 4. Blijf getrouw tot de dood. zorg in voorspoed of nood, dat toch nimmer het vuur in u doov’! Wat Hij zegt, moet gedaan, waar Hij zendt, moet gij gaan. geen bezwaren; vertrouw en geloof. Refr.. 5. 0, hoe groot is ‘t genot als men wandelt met God, hier door ‘t leven gaat, eerlijk, oprecht; als in droefheid of vreugd men in Hem zich verheugt, en zijn al op ’t altaar heeft gelegd. Refr.. Joh. de Heer 133 54. Hij kwam bij ons heel gewoon 1. Hij kwam bij ons, heel gewoon, de Zoon van God als mensenzoon. Hij diende ons als een knecht en heeft zijn leven afgelegd. Refrein: Zie onze God, de Koning-knecht, Hij heeft zijn leven afgelegd. Zijn voorbeeld roept om te dienen iedere dag, gedragen door zijn liefd’ en kracht. 2. En in de tuin van de pijn verkoos Hij als een Lam te zijn, verscheurd door angst en verdriet maar toch zei Hij: ’Uw wil geschied’. Refr.. 3. Zie je de wonden zo diep. De hand die aard en hemel schiep, vergaf de hand die Hem sloeg. De Man, die onze zonden droeg. Refr:… 4. Wij willen worden als Hij. Elkanders lasten dragen wij. Wie is er need'rig en klein? Die zal bij ons de grootste zijn. Refr:… Opwekking 268 55. Ik aanbid U, met heel mijn hart Ik aanbid U (Ik aanbid U) met heel mijn hart (met heel mijn hart). Ik verhoog U (ik verhoog U) met al mijn kracht (al mijn kracht). Heer, ik zoek U (Heer, ik zoek U), wil zijn waar U bent (wil zijn waar U bent). Heer, ik volg U (Heer, ik volg U), wil gaan waar U zendt (waar U zendt). Refrein: Heer, ik geef U mijn aanbidding, Heer, ik geef U al mijn dank en eer. U alleen wil ik aanbidden, U alleen komt toe mijn dank en eer. Heer, ik dien U (Heer, ik dien U), en buig voor U neer (en buig voor U neer), geef mijn leven (geef mijn leven), want U bent mijn Heer (U bent Heer). Ik vertrouw U (Ik vertrouw U), Vader en Zoon (Vader en Zoon), hef mijn ogen (hef mijn ogen) op naar uw troon (naar uw troon). Opwekking 481 56. Ik bouw op U 1. Ik bouw op U, mijn schild en mijn Verlosser. Niet eenzaam ga ik op de vijand aan. Sterk in uw kracht, ) gerust in uw bescherming. ) 2x Ik bouw op U en ga in uwe naam. ) 2. Gelovend ga ik, eigen zwakheid voelend. En telkens meer moet ik uw kracht verstaan. Toch rijst in mij een lied ) van overwinning. ) 2x Ik bouw op U en ga in uwe naam. ) 3. Ik bouw op U, mijn Schild en mijn verlosser. Gij voert de strijd, de huld' is U gewijd. In ’t laatste uur ) zal ’k zegevierend ingaan ) 2x in rust met U ) die mij hebt voortgeleid. ) Opwekking 124 57. Ik geloof in God de Vader Ik geloof in God de Vader, Schepper die de schepping draagt. In zijn Zoon, in Christus Jezus die, geboren uit een maagd, aan het kruis de wereld redde, onze zonden op zich nam. Opgestaan en opgevaren troont Hij aan Gods rechterhand. Jezus, Hij is Heer, ) Hij is Heer. ) 4x Naam aller namen, naam aller namen. Ik geloof in God de Trooster, gaven van de Heil’ge Geest, die Gods woord aan ons bevestigt: gaat en predikt en geneest. Als Hij komt met macht en luister zal de mensheid voor Hem staan. Dan zal elke knie zich buigen, elke tong belijdt zijn naam: Jezus, U ben Heer, ) U bent Heer. ) 4x Naam aller namen, naam aller namen. Opwekking 347 58. Ik heb een nieuw lied 1. Mijn hart zingt een lief’lijke melodie, een lied van vreugde en kracht. Want Jezus vergaf al mijn zondeschuld. Schonk licht m’in duistere nacht. Refrein: Ik heb een nieuw lied, een wonderbaar lied. Ik heb een nieuw lied in mijn hart, en ’k juich nu zo blij: ”Het oude is voorbij, ik heb een nieuw lied in mijn hart.” 2. Mijn Jezus kwam in en ‘t werd alles licht, de duisternis vlood dra heen. Ik wandel zo stil in de zonneschijn en zie slecht Jezus alleen. Refr:… 3. O, glorie voor Jezus, Hij woont in mij. Gekruist mijn leven voor Hem. Ik voel nu de druk van zijn trouwe hand en luister steeds naar zijn stem. Refrein:... Jeugd in Aktie 105 59. Ik wandel in het licht 1. Ik wandel in het licht met Jezus, het donk’re dal ligt achter mij, en ’k voel mij in zijn trouw geborgen, welk een liefdevolle vriend is Hij. Refrein: Ik wandel in het licht met Jezus, en ik luister naar zijn dierb're Stem, en niets kan mij van Jezus scheiden, sinds ik wandel in het licht met Hem. 2. Ik wandel in het licht met Jezus, geen duist’re wolk bedekt de zon, en ’k kan niet anders ’k moet Hem prijzen, die de zonde in mij overwon. Refrein:… 3. Ik wandel in het licht met Jezus, mijn ziel is Hem gans toegewijd, met Hem verrezen tot nieuw leven, volg ’k mijn Heiland tot in eeuwigheid. Refrein:… 4. Ik wandel in het licht met Jezus, o, mocht ik zelf een lichtje zijn, dat straalt temidden van de wereld, die gebukt gaat onder zorg en pijn. Refrein:... Opwekking 214 60. Ik weet dat mijn verlosser leeft 1. Ik weet, dat mijn Verlosser leeft, dit is het, wat mij troost hier geeft. Hij leeft, die voor mij stierf; Hij leeft! Dit maakt mij altijd blij, Hij leeft! Mijn Heiland, die voor mij een levenskroon verwierf. Refrein: Hij leeft! Hij leeft! Ik weet, dat mijn Verlosser leeft. (2x) 2. Hij leeft in majesteit omhoog; Hij leeft! Op Hem rust steeds mijn oog; mijn Heiland pleit voor mij! Zijn liefde vult mijn kinderhart; Hij leeft! Dit neemt weg al mijn smart. Mijn Heiland leeft voor mij. Refr:… 3. Hij leeft! Verrezen uit het graf! Hij leeft! Die ’t leven voor mij gaf! Ik zing van Hem, die leeft. Hij leeft, die mij zo teer bemint, Hij leeft, die mij, zijn dierbaar kind, het eeuwig leven geeft. Refr:… 4. Hij leeft! Waar Hij ons plaats bereidt; haast komt Hij weer in heerlijkheid, dit geeft tot juichen stof. Wat vreugd’ is die verzeek’ring mij, dat mijn Verlosser leeft voor mij, Zijn naam zij eeuwig lof. Refr:… Joh. de Heer 113 61. Ik wens te zijn als Jezus 1. Ik wens te zijn als Jezus, zo need’rig en zo goed. Zijn woorden waren vriend’lijk. Zijn stem was altijd zoet. Helaas, ’k ben niet als Jezus, dat ziet een elk aan mij. Och, Heiland wil mij helpen, en maak mij zoals Gij. 2. Ik wens te zijn als Jezus, In ’t goeddoen nooit vertraagd. Dat men van mij kan zeggen: hij doet, wat God behaagt. Helaas, ’k ben niet als Jezus, dat ziet een elk aan mij; Och, Heiland, wil mij helpen, en maak mij zo als Gij. 3. Ach neen, ’k ben niet als Jezus, mijn hart is vol van kwaad. Hoe zal ik ooit zo worden, waar vind ik hulp en raad? Mijn Heiland, wil jij helpen, maak mij van zonden vrij; dan zal ’k eens aanschouwen. en worden zoals Gij! Joh. de Heer 52 62. Ik wil leven door uw Geest Ik wil leven door uw Geest en in waarheid, o Heer. Alle liefde die ik heb, leg ik hier voor U neer. Ik geef alles op voor U en houd niets apart. Heer, aanvaard mijn offer nu, mijn gebroken hart. Refrein: Jezus, wat kan ik doen, mijn Koning en Vriend? U gaf alles voor mij, meer dan ik had verdiend. Jezus, wat kan ik doen tot eer van uw naam? Neem dit lied aan als dank voor wat U hebt gedaan. Ieder woord schiet te kort en ik voel me verward, maar ik zing uit liefde voor U uit het diepst van mijn hart. Heer, mijn dankbaarheid is groot om wat U hebt betaald. Door uw lijden en uw dood werd mijn leven bepaald. U nam alle schande weg van mijn zonde en schuld en hebt mij vanaf uw troon met uw liefde vervuld. Refrein: 2x Ieder woord schiet te kort en ik voel me verward, maar ik zing uit liefde voor U, ik zing uit liefde voor U (2x) uit het diepst van mijn hart. Opwekking 497 63. Ik wil zingen van mijn Heiland, 1. Ik wil zingen van mijn Heiland, van zijn liefde, wonder groot, die Zichzelve gaf aan ’t kruishout en mij redde van de dood. Refrein: Zing, o zing van mijn Verlosser, met zijn bloed kocht Hij ook mij. Aan het kruis, schonk Hij genade, droeg mijn schuld en ik was vrij. 2. ’k Wil het wonder gaan verhalen, hoe Hij op zich nam mijn straf; hoe in liefde en genade, Hij ’t rantsoen gewillig gaf. Refr.. 3. ’k Wil mijn dierb’re Heiland prijzen, spreken van zijn grote kracht, Hij kan overwinning geven over zond’ en satans macht. Refr.. 4. Ik wil zingen van mijn Heiland, hoe Hij smarten leed en pijn, om mij ’t leven weer te geven, eeuwig eens bij Hem te zijn. Refr.. Joh. de Heer 657 64. Ik zie een poort 1. Ik zie een poort wijd openstaan, waardoor het licht komt stromen, van ’t kruis, waar ’k vrij’lijk heen mag gaan om vrede te bekomen. Refrein: Genade Gods, zo rijk en vrij! Die poort staat open ook voor mij! Voor mij! Voor mij! Staat open ook voor mij! 2. Die open poort laat d' ingang vrij, aan wie komt binnenvlieden; aan rijk en arm, aan u en mij, komt Jezus vrede bieden. Refr.. 3. Die open poort leidt tot Gods troon: ga door, laat niets u hind’ren; neemt op uw kruis, aanvaardt de kroon, die God biedt aan zijn kind’ren. Refr.. 4. In ’t hemelrijk, voor Jezus’ troon, daar leidt het kruis tot zegen; daar dragen wij voor ’t kruis een kroon, door Jezus’ bloed verkregen. Refr.. Joh. de Heer 140 65. In de stilte van mijn hart In de stilte van mijn hart nader ik tot U, o Heer. In de stilte van mijn hart kniel ik aan uw voeten neer. In de stilte van mijn hart aanbid ik U als Heer, prijs uw Naam, prijs uw Naam, prijs uw Naam steeds weer. Opwekking 175 66. Ik vermag alle dingen Ik vermag alle dingen ) in Hem die mij kracht geeft. )2x Ik vermag alle dingen in Hem. ) Ik vermag alle dingen in Hem, alles in Hem, ja alles in Hem. Ik vermag alle dingen in Hem. Ik vermag alle dingen in Hem. Opwekking 122 67. In een donker graf gevangen 1. In een donker graf gevangen greep de dood Hem aan. Jezus brak de sterkste banden. Hij is opgestaan! Refrein: Overwinnaar, (Overwinnaar). Hij is verrezen, (Hij is verrezen). Overwinnaar, (Overwinnaar). Hij regeert in eeuwigheid. 2. Overweldigd door het duister, leek Hij neergeveld. Door zijn bloed brak Hij de macht van zonde, dood en hel. Refr.. 3. Niemand hoeft de dood te vrezen, Liefde keert het tij. Wie gevangen zit in 't duister, Christus maakt u vrij! Refr.. 4. Naar de hemel opgevaren draagt Hij nu zijn kroon. Laat het door de wereld klinken: ”Glorie voor Gods Zoon!” Refr.. Opwekking 313 68. Ja, ik geloof in Jezus Ja, ik geloof in Jezus. Ik geloof in Hem als Zoon van God. Ik geloof dat Hij gestorven is. Ik geloof dat Hij is opgestaan. (m) Hij is hier in ons midden, (v) Hij is hier in ons midden, (m) zijn armen uitgespreid, (v) zijn armen uitgespreid. (m) Hij geneest als wij bidden, (v) Hij geneest als wij bidden, (a) Hij vergeeft en bevrijdt. Ja, ik geloof in U, Heer. Ik geloof in U als Zoon van God. Ik geloof dat U gestorven bent. Ik geloof dat U bent opgestaan. (m) U bent hier in ons midden, (v) U bent hier in ons midden, (m) uw armen uitgespreid, (v) uw armen uitgespreid. (m) U geneest als wij bidden, (v) U geneest als wij bidden, (a) U vergeeft en bevrijdt. I believe in Jesus. I believe He is the Son of God. I believe He died and rose again. I believe He paid for us all. (m) I believe He 's here now, (v) I believe He 's here now, (m) standing in our midst, (v) standing in our midst. (m) Here with the power to heal now (v) with the power to heal now (a) and the grace to forgive. I believe in You, Lord. I believe You are the Son of God. I believe You died and rose again. I believe You paid for us all. (m) I believe You’re here now. (v) I believe You’re here now, (m) standing in our midst. (v) standing in our midst. (m) Here with the power to heal now, (v) with the power to heal now (a) and the grace to forgive. Opwekking 426 69. Jezus, Hij is Koning 1. Jezus, hij is Koning, (2x) Koning van het gans heelal. Ja, diep in mijn hart leeft dit geloof: Jezus, Hij is Koning! 2. Jezus heeft ons vrijgekocht, (2x) vrijgekocht door 't dierbaar bloed. Ja, diep in mijn hart, leeft dit geloof: Jezus heeft ons vrijgekocht. 3. Wij zullen overwinnen, (2x) wij zullen overwinnaars zijn. Ja, diep in mijn hart leeft dit geloof: Wij zullen overwinnaars zijn. 4. Jezus, Hij zal komen, (2x) komen zal Hij met gejuich. Ja, diep in mijn hart leeft dit geloof: Jezus, Hij zal komen. Opwekking 13 70. Jezus, ik wil heel dicht bij U komen 1. Jezus, ik wil heel dicht bij U komen, in uw nabijheid wil ’k zijn. Zo dicht bij U voel ’k uw liefde stromen, U maakt mij heilig en rein. 2. In de schuilplaats van de Allerhoogste blijf ik onder uw vleugels, o Heer. Uw schaduw beschermt mij, uw troon is mijn toevlucht. U bent mijn leven, mijn eer. Opwekking 502 71. Jezus leeft in eeuwigheid 1. Jezus leeft in eeuwigheid, Zijn sjaloom wordt werkelijkheid. Alle dingen maakt Hij nieuw. Hij is de Heer van mijn leven. 2. Straks als er een nieuwe dag begint, en het licht het van het duister wint, mag ik bij Hem binnengaan, voor zijn troon gaan staan. Hef ik daar mijn loflied aan: 3. Jezus leeft in eeuwigheid, zijn sjaloom wordt werkelijkheid. Alle dingen maakt Hij nieuw. Hij is de Heer van mijn leven. 4. Straks wanneer de grote dag begint, en het licht voor altijd overwint, zal de hemel opengaan, komt de Heer er aan. Heffen wij dit loflied aan: 5. Jezus komt in heerlijkheid, Zijn sjaloom wordt wereldwijd. Alle dingen maakt Hij nieuw. Hij is de Heer van ons leven. Opwekking 71 72. Jezus leven van mijn leven 1. Jezus, leven van mijn leven, Jezus, dood van mijne dood, Gij hebt U voor mij gegeven, Zelf U off’rend voor mijn nood. Opdat ik niet redd’loos sterven, maar Uw heerlijkheid zou erven. Voor dit heil aan mij geschied, prijz’ U eeuwiglijk mijn lied. 2. Hoe U smaad en spot mocht honen, Gij zweegt bij al ’t last'ren stil; liet Uw hoofd met doornen kronen, ’k weet het, Heer, om mijnentwil, om mij, die Gods beeld moest derven, weer Zijn beelt’nis te doen erven. Voor dit heil, aan mij geschied, prijz’ U eeuwiglijk mijn lied. 3. Heer, Verzoener mijner zonden, Heiland, die mij hebt gezocht, die mijn boeien hebt ontbonden, hebt voor God mij vrijgekocht. Ik, onrein, in schuld verloren, ben ik U opnieuw geboren. Voor dit heil, aan mij geschied, prijz’ U eeuwiglijk mijn lied. 4. Heer, ik zal Uw lof verbreiden voor uw weldaân, zonder tal; wil door mij ook and’ren leiden, Goede Herder, tot Uw stal. Voeg, tot eer van Uw genade, onze harten, vroeg en spade. Om Uw weldaân ons geschied, saam in ’t eeuwig vreugdelied. Joh. de Heer 303 73. Jezus, mijn Heiland 1. Jezus, mijn Heiland, groot is Uwe liefde! Gij kwaamt op aarde tot redding der wereld, om haar van zonden eeuwig te bevrijden, dank, Here Jezus! 2. Jezus, mijn Heiland, groot is Uwe liefde! Gij gaaft Uw leven ten prijs onzer zielen: dies is geen vijand nu ooit meer te vrezen voor Uw verlosten. 3. Jezus, mijn Heiland, leer ons U te kennen, leer ons te leven, te lijden, te wachten, om U voor eeuwig lof en eer te geven, U en de Vader. Joh. de Heer 62 74. Jezus sprak hier op aard 1 Jezus sprak hier op aard: mensen, kom tot Mij. dat is Mij alles waard, Ik maak waarlijk vrij. Refrein: Er is een Heer, (4x) alleen Hij wacht, totdat Hij ook voor jou zorgen mag. 2 Stel niet uit. Zeg tot Hem: wees nu ook mijn Heer. Luister steeds naar zijn stem, Hij geeft Leven weer. Refr.. Opwekking 11 75. Jezus vol liefde, U wilt ons leiden Jezus vol liefde, U wilt ons leiden. Wij prijzen U als onze Heer. Kom met uw kracht o Heer. en vul ons tot uw eer, kom tot uw doel met ieder van ons. Maak ons een volk Heer, heilig en rein, dat U Heer, volkomen steeds toegewijd zal zijn. Opwekking 126 76. Jezus wat een heerlijke naam Jezus, wat een heerlijke naam; Mensenzoon, Zoon van God, Lam op de troon. Blijdschap en vrede, genade en hoop, al mijn schuld is weggedaan; Jezus, wat een heerlijke naam. Jezus, wat een heerlijke naam; zekerheid, sterke rots, troost als ik lijd. Vrijheid, geborgenheid, leven en kracht, waarheid die mij sterk doet staan; Jezus, wat een heerlijke naam. Jezus, wat een heerlijke naam; heeft mij bevrijd, mijn vaste burcht, held in de strijd. Vergeving en reiniging, ) warmte en licht, ) liefde die mij op doet staan; ) 2x Jezus, wat een heerlijke naam. ) Jezus, wat een heerlijke naam. Opwekking 493 77. Jezus wij verhogen U Jezus, wij verhogen U, wij erkennen U als Heer. U bent hier, in ons midden, Heer, en onze lofprijs geeft U eer. Als wij aanbidden, bouw uw troon, als wij aanbidden, bouw uw troon, als wij aanbidden, bouw uw troon, Kom, Heer Jezus en neem uw plaats. Opwekking 237 78. Jezus zegt, dat Hij hier.. 1. Jezus zegt, dat Hij hier van ons verwacht, dat wij zijn als kaarsjes, brandend in de nacht. En Hij wenst dat ieder tot zijn ere schijn’, jij in jouw klein hoekje en ik in ’t mijn! 2. Jezus zegt, dat Hij ieders kaarsje ziet, of het helder licht geeft, of ook bijna niet. Hij ziet uit de hemel, of wij lichtjes zijn, jij in jouw klein hoekje, en ik in ’t mijn. 3. Jezus zegt ons ook, dat ’t zo donker is, Overal op aarde zonde en droefenis. Laat ons dan in ’t duister held’re lichtjes zijn, jij in jouw klein hoekje en ik in ’t mijn! Evang. Liedbundel 454 79. Juicht, want Jezus is Heer 1. Juicht, want Jezus is Heer, kinderen Sions, verblijdt u ter ere van Hem die ons liefheeft. Hij is verrezen en leeft, Jezus, de Koning, die mensen het leven weer geeft. 2. Liefde bedekt zijn schepping, de bloemen, de vogels, het gras. Zou Hij dan jou vergeten, Jezus, die blinden genas, verrees. 3. Wees als een boom die vruchtdraagt, ieder seizoen op zijn tijd. Drink van het levend water, Jezus, de bron voor altijd, verrees. Opwekking 174 80. Kom in mijn hart 1. Into my heart, into my heart, come into my heart, Lord Jesus; come in today, come in to stay, come into my heart, Lord Jesus. 2. Kom in mijn hart, kom in mijn hart, O, kom in mijn hart, Heer Jezus; ik geef m’aan U, ’k aanvaard U nu, O, kom in mijn hart, Heer Jezus. Jeugd in Aktie 97 81. Kom in uw heiligdom binnen Ik kom in uw heiligdom binnen, ’t voorhangsel ga ik voorbij. ’k Breng U mijn offer, een zoete geur, vrucht van wat U deed in mij. Mijn mond brengt een offer van lof, Heer. ’t Gaat nu alleen om uw eer. ’t Reukwerk van mijn lofgezang stijgt op in uw woning. Ik kniel voor de troon van mijn Koning. Samen met mijn stem hef ik ook mijn handen op tot U, ’t loflied komt diep uit mijn hart. Lofprijs, aanbidding, glorie en kracht komen U toe, God van ’t heelal voor eeuwig. Lofprijs, aanbidding, glorie en kracht komen U toe, God van ’t heelal. Opwekking 192 82. Kom maar wees blij en verheugd Refrein: Kom maar, wees blij en verheugd, wees blij en verheugd in de Here. (2x) 1. ’t Oude is nu voorbij, het nieuwe is gekomen, Jezus maakt ons vrij, Hij zal als Koning komen. Refrein:… 2. Hij is aan ’t kruis gegaan Hij stierf voor onze zonden. en Hij is opgestaan en heeft de Trooster gezonden. Refrein:… 3. Hij heeft zijn tempel gebouwd, en zal heel spoedig komen. Ieder die op Hem vertrouwt, zal Hij met heerlijkheid kronen. Refrein:… Opwekking 138 83. Kom tot uw Heiland 1. Kom tot uw Heiland, toef langer niet, kom nu tot Hem, die redding u biedt, die ook voor u de hemel verliet, hoor naar Zijn roepstem: Kom! Refrein: Heerlijk, heerlijk klinkt de vreugdetoon, van de zaal’gen, juichend bij Gods Zoon; als zij vergaad’ren rondom de troon, daar, waar de eng’len staan. 2. ”Laat kind’ren komen”, zo klonk Zijn stem; spring op van vreugd, verblijd u in Hem; o, luister naar die lief’lijke stem: toef langer niet, maar kom! Refr… 3. Wil toch bedenken: Hij is nabij; volg dan Zijn stem, ook u maakt Hij vrij. Luister, Hij spreekt tot u en tot mij: ”Komt tot Mij, zondaars, komt!” Refr:... Joh. de Heer 210 84. Kroon Hem met gouden kroon 1. Kroon Hem met gouden kroon, het lam op Zijnen troon! Hoor, hoe het hemels loflied al verwint in heerlijk schoon. Ontwaakt! Mijn ziel en zing van Hem, die voor u stierf, en prijs Hem in all’eeuwigheen die ’t heil voor u verwierf. 2. Kroon Hem, der liefde Heer! Aanschouw Hem, hoe Hij leed. Zijn wonden tonen ’t gans heelal wat Hij voor ’t mensdom deed. De eng’len om Gods troon; al1’ overheid en macht, zij buigen dienend zich terneer voor zulke wond’re pracht; 3. Kroon Hem, de Vredevorst! Wiens macht eens heersen zal van pool tot pool, van zee tot zee; 't klinke over berg en dal. Als alles voor Hem buigt, en vrede heerst alom, wordt d’aarde weer een paradijs. Kom, Here Jezus, kom! Joh. de Heer 722 85. Laat ons met elkander Laat ons met elkander, (2x) zingen, prijzen, loven de Heer. Laat ons dat tezamen doen, zingen, prijzen, loven de Heer. (5x) Opwekking 25 86. Laat heel de wereld het zien 1. Laat heel de wereld het zien, maak de volk’ren weer blij door de klank van zijn stem. Heuvels en dalen breek uit! Kom en juich, zing het luid! Klap je handen voor Hem! Refrein: Liefde en recht zal Hij brengen op aard’, een eeuwige heerschappij. In onze hand ligt een tweesnijdend zwaard. ’t Woord van de waarheid maakt vrij, het maakt vrij. 2. Laat heel de wereld het zien, maak gevangenen vrij, breng de eenzamen thuis. Heel satans bolwerk stort neer, door ’t gebed tot de Heer, door de kracht van het kruis. Refr.. 3. Laat heel de wereld nu staan vol ontzag voor zijn naam, zing het lied dat Hem eert. Wees niet meer stil, zeg het voort, tot de wereld het hoort: Jezus regeert! Refr.. Opwekking 276 87. Leer mij uw weg, o Heer 1. Leer mij uw weg, o Heer; leer mij uw weg. Schenk van uw kracht mij meer, leer mij uw weg. Houd mij in evenwicht, dat ’k voor uw aangezicht, wandel in ’t volle licht, leer mij uw weg. 2. Als vrees soms ’t hart benauwt, leer mij uw weg. Als zorg mijn dank verflauwt, leer mij uw weg. Help mij in vreugd en pijn, noodweer of zonneschijn, steeds blij in U te zijn, leer mij uw weg. 3. Hoe ook mijn toestand wordt, leer mij uw weg. ’t Leven zij lang of kort, leer mij uw weg. Is dan mijn loop volbracht, vrees ik geen dood of macht, daar mijn ziel U verwacht, leer mij uw weg. 4. Wat ook dit leven brengt, Hij is nabij. ’t Zij ’t vreugd of droefheid schenkt, Hij is nabij. Hoe sterk ook Satans macht, Jezus geeft licht en kracht, ieder die Hem verwacht; Hij is nabij. Joh. de Heer 330 88. Leid mij Heer, o machtig Heiland 1. Leid mij Heer, o machtig Heiland door dit leven aan uw hand. Ik ben zwak, maar Gij zijt machtig, wees mijn Gids in ’t barre land. Gij mijn Sterkte, Gij mijn Leider, vul mij met uw Geest steeds meer. (2x) 2. Laat mij zijn een Godsgetuige, sprekend van U meer en meer. Leid mij steeds door uwe liefde, groeiend naar uw beeld, o Heer. Brood des Levens, Brood des Hemels, voed mij dat ik groei naar U. (2x) 3. Laat door mij uw Levend Water vloeien als een klare stroom. O, Heer Jezus, ’t wordt steeds later dat Uw Geest over allen koom’. Machtig Heiland, mijn Verlosser, kom, Heer Jezus, in Uw kracht. (2x) 4 Gij mijn sterkte, Gij mijn Leider, vul mij met uw Geest steeds meer. Vul mij met uw Geest steeds meer. Brood des Levens, Brood des Hemels, voed mij dat ik groei naar U. Voed mij dat ik groei naar U. Machtig Heiland, mijn Verlosser, kom, Heer Jezus, in Uw kracht. (2x) Opwekking 27 89. Lichtstad met uw paarlen poorten 1. Lichtstad met uw paarlen poorten, wond’re stad, zo hoog gebouwd. Nimmer heeft men op de deez’ aarde ooit uw heerlijkheid aanschouwd. Refrein: Daar zal ik mijn Heer ontmoeten, luist’ren naar zijn liefdestem. Daar geen rouw meer en geen tranen in het nieuw Jeruzalem. 2. Heilig oord vol licht en glorie, waar de boom des levens bloeit en de stroom van levend water door de gouden Godsstad vloeit. Refr.. 3. Wat een vreugde zal dat wezen, straks vereend te zijn met Hem in die stad met paarlen poorten in het nieuw Jeruzalem. Refr.. Glorieklokken nr. 52 90. Lofoffers brengen wij aan U Lofoffers brengen wij aan U, in uw huis, o Heer. Lofoffers brengen wij aan U in uw huis, o Heer. En wij brengen aan U een offer van dankzegging. En wij brengen aan U, een offer van vreugd! Opwekking 273 91. Maak mij rein voor U 1. Maak mij rein voor U als gelouterd goud, en zuiver zilver. Laat mij zijn voor U als gelouterd goud; puur goud. 2. Dwars door het vuur maakt U mij rein en puur. Ik strek mij uit, Jezus, naar meer van uw Geest en uw heiligheid. Ja, ik besluit, Jezus, een dienstknecht te zijn van U, mijn Meester, steeds tot uw wil bereid. 3. Maak mij rein voor U. Was mijn leven schoon, vergeef mijn zonden. Laat mij zijn voor U, zuiver als uw Zoon; heilig mij. Opwekking 427 92. Maak ons tot een stralend licht 1. Maak ons tot een stralend licht voor de volken, een stralend licht voor de mensen om ons heen. Tot de wereld ziet wie haar het leven geeft. Laat het schijnen door ons heen. 2. Maak ons tot een woord van hoop voor de volken, een levend woord voor de mensen om ons heen. Tot de wereld weet dat U verlossing geeft. Uw genade door ons heen. 3. Maak ons tot een zegening voor de volken, een zegening voor de mensen om ons heen. Tot de wereld weet wie elke schuld vergeeft. Uw genezing door ons heen. 4. Maak ons tot een vrolijk lied voor de volken, een lied van dank voor de mensen om ons heen. Tot de wereld zingt voor degeen die eeuwig leeft. Laat het klinken door ons heen. 5. En bouw uw koninkrijk in de volken, uw wil geschied’ in de mensen om ons heen. Tot de wereld weet dat Jezus Christus heerst. Bouw uw koninkrijk in ons. Bouw uw koninkrijk op aard’! Opwekking 346 93. Machtig is de naam van de Heer 1. Machtig is de naam van de Heer. Machtig is de naam van de Heer. Machtig is de naam van de Heer, mijn God (2x). Refrein: De naam van de Heer is als een toren. Een veilige schuilplaats voor wie Hem dient (2x) 2. Heilig is de naam van de Heer. Heilig is de naam van de Heer. Heilig is de naam van de Heer, mijn God (2x) Refr.. 3. Ere zij de naam van de Heer. Ere zij de naam van de Heer. Ere zij de naam van de Heer, mijn God (2x) Refr.. Opwekking 439 94. Machtig God, sterke Rots 1. Machtig God, sterke Rots, U alleen bent waardig. Aard’ en hemel prijzen U, glorie voor uw naam. 2. Lam van God, hoogste Heer, heilig en rechtvaardig, stralend Licht, Morgenster, niemand is als U. 3. Prijst de Vader, Prijst de Zoon. Prijst de Geest, die in ons woont. Prijst de Koning der heerlijkheid. Prijst Hem tot in eeuwigheid. Opwekking 277 95. Majesteit Majesteit, groot is zijn majesteit; lof zij Jezus, en glorie, hulde en eer. Majesteit, God die de zijnen leidt. Vanaf zijn troon, vestigt de Zoon zijn heerschappij. Dus verhoog, maak eeuwig groot de naam van Jezus. Volk van God, kom en breng lof, aan Jezus, de Koning. Majesteit, groot is zijn majesteit; dwars door de dood, werd Hij verhoogd; Jezus regeert! Opwekking 181 96. Mijn hart zingt een lieflijke melodie 1. Mijn hart zingt een lief’lijke melodie, een lied van vreugde en kracht, want Jezus vergaf al mijn zondeschuld. Schonk licht m’in duistere nacht. Refrein: Ik heb een nieuw lied, een wonderbaar lied, ik heb een nieuw lied in mijn hart, en ’k juich nu zo blij: ”Het oude’ is voorbij, ik heb een nieuw lied in mijn hart.” 2. Mijn Jezus kwam in en ’t werd alles licht, de duisternis vlood dra heen. Ik wandel zo stil in de zonneschijn, en zie slechts Jezus alleen. Refr.. 3. O, glorie voor Jezus, Hij woont in mij, gekruist mijn leven voor Hem, Ik voel nu de druk van zijn trouwe hand, en luister steeds naar zijn stem. Refr.. Jeugd in Aktie 105 97. Mijn Vader, dank U wel 1. Mijn Vader, dank U wel, dat U steeds bij mij bent, dat U al mijn gedachten en verlangens kent dat U zo stil en rustig en begrijpend bent, mijn Vader, dank U wel. 2. Ik dank U, dat uw hand mij steeds behoedt en leidt, dat U mij wijt bewaren in de felste strijd, voor troost, die Gij mij geeft in all’ onzekerheid, mijn Vader, dank U wel. 3. Ik dank U voor de diepe vrede en de rust, voor vreugde en voor blijdschap en voor levenslust, ik dank U dat Gij zelf mijn hele leven vult, mijn Vader, dank U wel. 4. Mijn woorden schieten vaak zoveel tekort, O Heer, wat U aan mij wilt geven, dat is toch veel meer, ’k ervaar uw grote rijkdom en geluk steeds meer, mijn Vader, dank U wel. 5. Daarom wil ik U danken, dat ik danken kan, dat ik U met mijn stern toch altijd loven kan, dat ik U in dit lied van harte danken kan, mijn Vader, dank U wel. HGJB 281 98. Nader, mijn God, bij U 1. Nader, mijn God, bij U, zij steeds mijn beê; zij ’t levenspad soms ruw, gaat Gij maar mee, dan kent mijn ziele rust; mij van Uw trouw bewust, wacht ik aan blijder kust, Uw sabbatsvree. 2. Al zie ik ’t licht verdoofd, haast voor mijn schreên, en wacht tot rust mijn hoofd. straks slecht een steen, als dan maar in mijn droom Uw licht mij tegenstroom’; wat dan mij overkoom’, ’k ben niet alleen. 3. Wanneer voor mijn gezicht de ladder rijst, die naar U, Bron van licht mijn ziele wijst, ’k zie dan in ’t bangst gevaar Uw heil’ge eng’lenschaar, die U, Alzegenaar, al dienend prijst. 4. En wenkt Uw eng’lenstoet eens opwaarts mij, in ’s hemels zonnegloed, verjongd en vrij, ’k juich dan op hoger toon, bij ’t naad’ren van Uw troon, ’k ben eeuwig nu Uw zoon en U nabij! Joh. de Heer 456 99. O denk aan het huis bij de Heer 1. O denk aan het huis bij de Heer, aan het oord waar geen nacht is of leed, waar Gods heil’gen, hun Koning ter eer, in het smetteloos wit zijn gekleed. Refrein: Bij de Heer, (3x) o denk aan het huis bij de Heer, bij de Heer, (3x) o denk aan het huis bij de Heer, 2. O loof nu uw Heiland en Heer, die ons voor is gegaan tot Gods troon, Waar nu ’t loflied, de Koning ter eer, Jezus dank zegt op juub’lende toon. Refr.. 3. In ’t land onzer rust wacht de Heer, wachten eng’len en Serafs ook mij. Ja, ook ik zing mijn Koning ter eer, eerlang in de zalige rei. Refr.. 4. Hoe goed, o hoe zalig, mijn hart, dat de tijdstroom ten einde haast spoedt, dat ’k onsterf’lijk, ontworsteld aan smart, U dan heilig en zalig ontmoet. Refr.. Joh. de Heer 231 100. O God die mij hebt vrijgekocht 1. O God, die mij hebt vrijgekocht en door uw bloed gered, die, wat de duivel ook vermocht, mij voortleidt, tred voor tred. Die trouw mij voorgaat op de weg, al is mijn pad ook ruw, o wijs mij steeds de rechte weg, maak mij een beeld van U. Refrein: Maak mij een beeld van U, maak mij een beeld van U, zo vol van ootmoed, liefde en trouw, maak mij een beeld van U. 2. Want vol van zwakheid is mijn ziel, och ben ’k door U gered; wanneer de strijd soms zwaar mij viel, Gij hoordet mijn gebed. Sterk, o mijn God, mij meer en meer, ja, help en steun mij nu: Leid aan uw hand mij, trouwe Heer, maak mij een beeld van U. Refr.. 3. Ja, Heer, hervorm mij naar uw beeld, ’t is al wat mij bekoort; gedoog niet, dat de zonde leeft In ’t hart, dat U behoort. Blijf met uw liefde zo nabij, dat ik de zonde schuw’; dat steeds uw wil de mijne zij maak mij een beeld van U. Refr.. Evang. Liedbundel 316 101. Omdat Hij leeft Omdat Hij leeft, ben ik niet bang voor morgen. Omdat Hij leeft, mijn angst is weg. Omdat ik weet, Hij heeft de toekomst. En het leven is het leven waard, omdat Hij leeft. Opwekking 47 102. Onze Vader 1. Onze Vader in de hemel, ) heilig is uw naam. ) Laat uw koninkrijk spoedig komen. ) Laat uw wil worden gedaan. ) 2x In de hemel, ) zo ook hier op aard’. ) Refrein: Want van U is het koninkrijk, ) de kracht en de heerlijkheid, ) 2x tot in eeuwigheid. ) 2. Onze Vader in de hemel, geef ons daaglijks brood. En vergeef ons onze schulden, gelijk ook wij dat doen. Hen vergeven die ons iets schuldig zijn. Refrein:... 3. En leidt ons niet in verzoeking, maar verlos ons van het kwaad. Refrein:… Amen. Amen. Opwekking 436 103. Prijst Hem, prijst Hem 1. Prijst Hem, prijst Hem, Jezus, de machtige Redder. Roemt zijn liefde, eeuwig en wereldwijd. Kroont Hem, kroont Hem, engelen, vol van zijn glorie. Brengt Hem hulde, sterkte en heerlijkheid. 2. Als een herder draagt Hij ons in zijn armen, waar Hij ons barmhartig zijn liefde geeft. Prijst Hem, prijst Hem, om zijn geweldige grootheid. Prijs Hem, prijs Hem, alles wat adem heeft. 3. Prijst Hem, prijst Hem, Jezus, de machtige Redder. Om ons dwalen droeg Hij een doornenkroon. Onze hoop, van wie wij verlossing verwachten. Kroont Hem, kroont Hem, Jezus, de Mensenzoon. 4. Als een offerlam heeft Hij de schuld gedragen. Wat een liefde, dat Hij ons leven geeft. Prijst Hem. prijst Hem om zijn geweldige grootheid. Prijs Hem, prijs Hem, alles wat adem heeft. 5. Prijst Hem, prijst Hem, Jezus, de machtige Redder. Laat de hemel jubelen tot zijn eer. Jezus, Koning, Hij zal voor eeuwig regeren. Kroont Hem, kroont Hem, priester, profeet en Heer. 6. Als Hij wederkomt, schitterend in zijn glorie. Buigt zich voor Hem al wat op aarde leeft. Prijst Hem, prijst Hem ) om zijn geweldige grootheid ) Prijs Hem, prijs Hem, ) 2x alles wat adem heeft. ) 7. Prijs Hem, prijs Hem, alles wat adem heeft. Opwekking 442 104. Roept uit aan alle stranden 1. Roept uit aan alle stranden, verbreidt van oord tot oord, verkondigt alle landen het evangeliewoord, het evangeliewoord. 2. Roept uit de Heer der Heren als aller volken vriend! De volken moeten leren, wat hun tot vrede dient (2x). 3. Verbreekt de wrede altaren en bouwt des Heren huis! De wereld moet zich scharen. zich scharen om zijn kruis. (2x) WZM 139 105. Rust mijn ziel, Uw God is Koning 1. Rust mijn ziel, uw God is Koning, heel de wereld zijn gebied. Alles wisselt op zijn wenken, maar Hijzelf verandert niet. 2. Ieder woelt hier om verand’ring en betreurt ze dag aan dag, hunkert naar hetgeen hij zien zal, wenst terug ’t geen hij eens zag. 3. Rust mijn ziel, uw God is Koning, in zijn handen ligt uw lot. Zie, hoe alles hier verandert, en vertrouw alleen op God. Gezang 90 ??? 106. Rijst op, rijst op voor Jezus 1. Rijst op, rijst op voor Jezus, Gij helden van het kruis! Verhoogt zijn krijgsbanieren, te midden van 't gedruis. Door strijd tot d’overwinning, leidt Jezus keer op keer, tot ied’re vijand valle, voor Zijne voeten neer. 2. Rijst op, rijst op voor Jezus, nu ’t krijgsgeschal gehoord. Begeeft u in het strijdperk, ziet, Jezus leidt u voort. Gij strijders, zijt dan moedig, weerstaat de boze macht; hij kan niet overwinnen, want Jezus geeft u kracht. 3. Rijst op, rijst op voor Jezus, steun op Zijn kracht alleen: uw eigen arm is macht’loos, hoe groot uw kracht ook scheen. Doet aan Gods wapenrusting, en waakt en bidt en strijdt; roept plicht u in gevaren, gehoorzaamt ’t allen tijd. 4. Rijst op, rijst op voor Jezus, de strijd is kort van duur; na al het krijgsgekletter, komt ’t overwinningsuur. Aan hen, die overwinnen, geeft Hij de zegekroon; zij zullen met Hem heersen. voor eeuwig in Zijn troon. Joh. de Heer 205 107. Samen in de naam van Jezus 1. Samen in de naam van Jezus heffen wij een loflied aan, want de Geest spreekt alle talen en doet ons elkaar verstaan. Samen bidden, samen zoeken naar het plan van onze Heer. Samen zingen en getuigen, samen leven tot zijn eer. 2. Heel de wereld moet het weten dat God niet veranderd is. En Zijn liefde als een lichtstraal doordringt in de duisternis. ’t Werk van God is niet te keren omdat Hij erover waakt, en de Geest doorbreekt de grenzen die door mensen zijn gemaakt. 3. Prijs de Heer, de weg is open naar de Vader, naar elkaar. Jezus Christus, Triomfator, mijn Verlosser, Middelaar. Vader, met geheven handen breng ik U mijn dank en eer. 't Is uw Geest die mij doet zeggen: Jezus Christus is de Heer! Opwekking 167 108. ’t Scheepke onder Jezus’ hoede ’t Scheepke onder Jezus' hoede. Met de kruisvlag hoog in top. Neemt als arke der verlossing, allen, die in nood zijn op. Al staat de zee ook hol en hoog, en zweept de storm ons voort, wij hebben ’s Vaders Zoon aan boord, en ’t veilig strand voor oog. Zonne, bied dat scheepje uw glanzen, koeltjes, stuwt het zacht vooruit; golven, steunt gebed en psalmzang met uw zilv’ren maatgeluid. Arme zondaar, zie de kruisvlag. wapp’rend langs de oceaan: weet De Heer is in het scheepje, kom! Neem uw verlossing aan. Dies rijst een lied tot God omhoog, ruist vol een dankakkoord: wij hebben ’s Vaders zoon aan boord. en ’t veilig strand voor oog. Joh. de Heer 213 109. U maakt ons een U maakt ons een, U bracht ons tezamen, wij eren en aanbidden U. U maakt ons een, U bracht ons tezamen, wij eren en aanbidden U. Wordt uw wil gedaan, dan bindt het ons saam, iedereen zal deel zijn van uw gezin. Wordt uw wil gedaan, dan bindt het ons saam, iedereen zal deel zijn van uw gezin. Opwekking 194 110. Vader God, ik vraag me af Vader God, ik vraag me af, hoe ik ooit heb geleefd zonder te weten dat uw vaderhart al zolang om mij geeft. Maar nu ben ik uw kind, nu mag ik wonen in uw huisgezin en ik zal nooit meer eenzaam zijn, want, Vader, U bent altijd bij mij. Heer, ik wil U prijzen. ) Heer, ik wil U prijzen. ) Heer, ik wil U prijzen, ) 2 x zolang ik leef. ) Opwekking 399 111. Vader, vol van vrees en schaamte 1. Vader, vol van vrees en schaamte, buigen wij voor U. Heel uw werk, door ons vertreden, klaagt ons, mensheid aan bij U. 2. Heer ontferm U over ons, die schuldig voor U staan. U bent onze God en Redder, neem ons in uw liefde aan. 3. Vader, in dit uur der waarheid, keren w’ ons tot U. O, vergeef ons, Heer herstel ons, maak ons hart en leven nieuw. 4. Vul ons met uw heil’ge Geest, geef vuur en kracht steeds weer. Ieder zal uw macht aanschouwen, dat wij uw naam verhogen Heer. Opwekking 350 112. Vader, Zoon en Geest, ik prijs U 1. Vader , Zoon en Geest, ik prijs U met heel mijn wezen, Heer. Voor Uw troon geknield, bewijs ik U hulde en eer. 2. Vader, Zoon en Geest, ik eer U ; U bent volkomen één. Al mijn liefde en aanbidding is voor U alleen. 3. U, die een in wezen zijt, is ons leven toegewijd. In Uw liefde zijn wij één; aanbidden wij U alleen. 4 Vader, Zoon en Geest, voor eeuwig bent U volkomen rein. Heilig God, laat heel mijn leven tot eer van U zijn. 5 Vader, Zoon en Geest, ik dank U; buig mij vol eerbied neer. Hoog verheven God, ontvang nu mijn liefde en eer. Opwekking 402 113. Vanwaar de zon opgaat Vanwaar de zon opgaat, ) tot waar zij daalt, ondergaat, ) 2x zij de naam van God geloofd. ) Prijst dan de Heer, allen die Hem echt willen dienen. Looft de naam van onze God, (halleluja) Prijst dan de Heer, van nu af aan tot in eeuwigheid. Opwekking 72 114. Vaste Rots van mijn behoud 1. Vaste Rots van mijn behoud, als de zonde mij benauwt, laat mij steunen op uw trouw, laat mij rusten in uw schaûw, waar het bloed, door U gestort, mij de bron des levens wordt. 2. Jezus, niet mijn eigen kracht, niet het werk, door mij volbracht, niet het offer, dat ik breng, niet de tranen, die ik pleng, schoon ik om mijn zonden ween, kunnen redden, Gij alleen. 3. Zie ik breng voor mijn behoud U geen wierook, mir’ of goud; moede kom ik, arm en naakt, tot de God, die zalig maakt, die de arme kleedt en voedt, die de zondaar leven doet! 4. Eenmaal, als de stonde slaat, dat dit lichaam sterven gaat, als mijn ziel uit d’aardse woon opklimt tot des Rechters troon. Rots der eeuwen, in uw schoot berg mijn ziele voor de dood. Joh. de Heer 283 115. Veilig in Jezus armen 1. Veilig in Jezus’ armen veilig aan Jezus’ hart; dáár in Zijn teer erbarmen. dáár rust mijn ziel van smart. Hoor! ’t Is het lied der eng’len, zingend van liefd’ en vreê, ruisend uit ’s hemels zalen, over de glazen zee. Veilig in Jezus’ armen, Veilig aan Jezus’ hart; daar in zijn teer erbarmen, daar rust mijn ziel van smart. 2. Veilig in Jezus’ armen, vrij bij mijn Heer en Borg, vrij van ’t gewoel der wereld, vrij van verdriet en zorg; vrij van de vrees en twijfel, vrij van der zonden macht; nog slechts een weinig lijden nog slechts een korte nacht. Veilig in Jezus’ armen, vrij bij mijn Heer en Borg, vrij van ’t gewoel der wereld, vrij van verdriet en zorg. 3. Jezus, mijn dierb’re Toevlucht, Jezus, Gij stierf voor mij! Dat op die Rots der eeuwen eeuwig mijn hope zij! Heer, laat mij lijdzaam wachten, totdat het duister vliedt, en ’t oog aan gindse kusten Uw heillicht gloren ziet. Jezus, mijn dierb’re Toevlucht, Jezus, Gij stierf voor mij! Dat op die Rots der eeuwen eeuwig mijn hope zij! Joh. de Heer 523 116. Volle verzekering, Jezus is mijn! 1. Volle verzeek’ring, Jezus is mijn! Wat schenkt dat rust aan ’t volgzaam gemoed. in Hem zal ’k zalig, zalig steeds zijn, wedergeboren door Jezus’ bloed. Refrein: Dit is mijn vreugde, altoos te zijn, in mijne Heiland; Jezus is mijn! Dit is mijn vreugde, altoos te zijn, in mijne Heiland: Jezus is mijn! 2. Voll’ onderwerping, Zijn eigendom, in Hem te rusten, heerlijk genot! ’t Eigen ik doden, Zijn wil alleen; rijk in mijn Heiland, leven voor God. Refr.. 3. Volle verlossing, gans vrij te zijn, ’k mag alles leggen in Zijne hand; ’t harte naar boven, ’t oog hemelwaarts; zo Jezus volgen naar ’t Vaderland. Refr.. 4. Volle bewustheid; Hij leeft voor mij! Dit geeft mij blijvend, heerlijk genot! ’k Mag altijd wand’len aan Jezus' zij, ’k mag nu steeds leven voor mijne God. Refr.. Joh. de Heer 197 117. Voor uw liefde, Heer Jezus, dank U wel 1. Voor uw liefde, Heer Jezus, ) dank U wel. ) 2x Wij aanbidden U, Heer, U komt toe alle lof en eer. O, Heer, wij prijzen uw naam. 2. Voor uw woord van genade, ) dank U wel. ) 2x Heer, U maakte ons vrij, in uw kracht overwinnen wij. O, Heer, wij prijzen uw naam. 3. Wij aanbidden U, Jezus, ) Zoon van God. ) 2x Vul ons hart voor altijd, met uw liefde en heerlijkheid. O, Heer, wij prijzen uw naam. 4. U bent heilig, heilig, ) heilig Heer. ) 2x Machtig God, zie ons staan, neem ons lied als een lofzang aan. O, Heer wij prijzen uw naam. 5. Maranatha, Heer Jezus, ) kom terug. ) 2x Wij verwachten U, Heer. Hoor wij bidden: Kom haastig weer! O, Heer, wij prijzen uw naam. Opwekking 60 118. Voorwaarts, Christenstrijders 1. Voorwaarts, Christenstrijders, drukt uws Konings spoor. Met Zijn heil’ge kruisvaân gaat ons Jezus voor. Weest voor Zijn bevelen, wat u dreigt, nooit doof. Toont, hoe bang ’t u worde, in Zijn woord geloof. Refrein Voorwaarts, Christenstrijders, drukt uws Konings spoor; met Zijn heil’ge kruisvaân gaat ons Jezus voor. 2. ’t Was Zijn woord bij ’t scheiden: volg mij onvervaard. Ook u wordt verdrukking, smaadheid niet gespaard Maar Ik heb verwonnen ’s werelds vorst; Zijn macht zal uw trouw beproeven, waakt! Strijdt in Mijn kracht. Refr:. 3. Voorwaarts, opwaarts, broeders, werpt zijn sterkte neer; velt wie tegenstreven, ’t geldt uws Koning eer. Hij heeft overwonnen, heerst op ’s Vaders troon; strijdt volhardt ten einde, ’t geldt Zijn eer, uw kroon. Refr:.. Joh. de Heer 106 119. Vrede zij U 1. Vrede zij U, vrede zij u, ) gelijk Mij de Vader zond, ) 2x zend ik ook u. ) 2. Blijft in mijn vrede, blijft in Mij, ) Mijn woord moet in u zijn, ) 2x dat maakt u vrij. ) 3. Ontvangt Mijn Geest, Heilige Geest. ) Hij zal u leiden, ) 2x weest niet bevreesd. ) 4. Vrede zij u, vrede zij u, ) gelijk Mij de Vader zond, ) 2x zend Ik ook u. ) Opwekking 58 120. Waarheen pelgrims, waarheen ... 1. Waarheen, pelgrims, waarheen gaat gij, 't oog omhoog en hand in hand? Wij gaan, op des Konings roepstem, naar ons huis en Vaderland! Over bergen en door dalen gaan wij naar die blijde zalen. Gaan wij naar die blijde zalen ) van Gods huis in 't Vaderland. )2x 2. Storm en duisternis bedreigt u; zijt daartegen gij bestand? Waarom zou ons harte vrezen, wand’lend aan des Heren hand? Jezus zelf zal voor ons strijden, en door storm en nacht ons leiden. En door storm en nacht ons leiden ) naar Gods huis in 't Vaderland! )2x 3. Zegt ons, pelgrims, wat verwacht gij als uw deel aan ’t beet’re strand? Koningskroon en priesterkleding wacht ons uit des Heilands hand. God, de Heil'ge, Ongeziene, zullen wij met d’eng’len dienen. Zullen wij met d’eng’len dienen ) in der eng’len huis en land! ) 2x Joh. de Heer 232 121. Wandel maar stillekens ... 1. Wandel maar stillekens achter Hem aan. Achter de Heiland; Hij wijst u de wegen; zijn die niet altoos zo lieflijk gelegen, als gij zoudt wensen, wil ze toch gaan. Hij gaat vooraan! Hij gaat vooraan! 2. Wandel maar stillekens achter Hem aan. Hij kent uw krachten, Hij richt uw schreden; wel moeilijk vaak voor wie ze betreden, toch nooit te moeilijk is er de baan. Hij gaat vooraan! Hij gaat vooraan! 3. Wandel maar stillekens achter Hem aan: is het ook duist’re nacht om u henen, Hij is van hemelse glorie omschenen; veilig is steeds, voor wie Hem volgt, de baan: Hij gaat vooraan! Hij gaat vooraan! 4. Wandel maar stillekens achter Hem aan, volg Hem gewillig, volg onverdroten: weldra ziet gij u de Hemel ontsloten, die gij al jubelend binnen zult gaan. Achter Hem aan! Achter Hem aan! Joh. de Heer 879 122. Wat God in deze tijd zoekt 1. Wat God in deze tijd zoekt, dat is een jeugd die strijdt, die zich met ziel en lichaam, aan Christus heeft gewijd. Maar niet in eigen krachten zich inspant tot het werk, God zoekt in deze dagen een jeugd, in Zijn kracht sterk. 2. Wat God in deze tijd zoekt, dat is een jeugd vol vuur, die aan de Heiland trouw is, die Hem dient ieder uur. Die niet slechts met de lippen Hem Heer en Meester noemt. God zoekt in deze dagen een jeugd die in Hem roemt. 3. Wat God in deze tijd zoekt, dat is een jeugd die blij haar leven aan de Heer geeft, omdat zij wil dat Hij, die het haar heeft gegeven, Zijn koninkrijk slechts bouwt. God zoekt in deze dagen een jeugd die Hem vertrouwt. 4. Wat God in deze tijd zoekt, dat is een jeugd die vraagt: ”Wat wilt Gij dat ik doen zal?” Zodat de rest vervaagt. Heer, neem ons jonge mensen, wij geven ons aan U. Maak uit ons in deez’ dagen een jeugd, die strijdt voor U. Jeugd in Aktie 7 123. Wees stil en weet dat Hij is uw God 1. Wees stil en weet, dat Hij is uw God. Wees stil, weet, dat Hij Koning is. Wees stil, mijn ziel en wacht op uw God. Wees stil en prijs zijn heil’ge naam. 2. Mijn ziel in mij juicht voor U met heilig, heilig. Mijn ziel in mij juicht voor U met heilig. Mijn ziel in mij juicht voor U met heilig, heilig. Heilig is het Lam. Opwekking 305 124. Welk een vriend is onze Jezus 1. Welk een vriend is onze Jezus, die in onze plaats wil staan! Welk een voorrecht, dat ik door Hem altijd vrij tot God mag gaan. Dikwijls derven wij veel vrede, dikwijls drukt ons zonde neêr, juist omdat wij ’t al niet brengen in ’t gebed tot onze Heer. 2. Leidt de weg soms door verzoeking, dat ons hart in ’t strijduur beeft, gaan wij dan met al ons strijden, tot Hem, die verlossing geeft. Kan een vriend ooit trouwer wezen dan Hij, die ons lijden draagt? Jezus biedt ons aan genezing; Hij alleen is ’t, die ons schraagt. 3. Zijn wij zwak, belast, beladen en terneer gedrukt door zorg, dierb’re Heiland! onze Toevlucht! Gij zijt onze Hulp en Borg. (2x) Als soms vrienden ons verlaten, gaan wij biddend tot de Heer; in zijn armen zijn wij veilig, Hij verlaat ons nimmermeer. 4. Moet ik gaan met lege handen, zo mijn Heiland tegemoet? Zonder één verloste zondaar mee te brengen aan zijn voet? Moet ik gaan met lege handen, moet ik zo mijn Heiland zien? En als loon voor al zijn liefde Hem geen dankb’re vruchten biên? Joh. de Heer 150 125. Wij bezitten een woord 1. Wij bezitten een woord voor de wereld, dat kan redden van zond’ en van wee. Een woord van genade en waarheid, een woord van liefd’en vreê. (2x) Refrein: Na donk’re nacht komt schemer, en na schemer ’t morgenrood; als Christus komt in zijn heerlijkheid, zijn liefde oneindig groot. 2. Wij bezitten een lied voor de wereld, dat all’ onrust der mensen bedaart. Een lied dat het kwade ontmantelt, vernietigt geweer en zwaard. (2x) Refr.. 3. Wij bezitten een woord voor de wereld, dat de Heer, die het alles aanschouwt, zijn enige Zoon heeft gezonden, op d’aarde, tot ons behoud.(2x) Refr.. 4. Ja, wij kennen de Redder der wereld. die eens ging op de kruisweg van smart; nu kunnen de volkeren komen, door Hem tot het Vaderhart. (2x) Refr.. Jeugd in Aktie 139 126. Wij gaan door over grenzen 1. Wij gaan door over grenzen, geen deur blijft op slot. Hand in hand door alle landen, roepen wij: Jezus is Heer! 2. Wij komen op voor de zwakken, het licht breekt hun nacht. Het koninkrijk van Jezus Christus kondigt het aan, zie uit en wacht. 3. Wij gaan door zolang het dag is, het werk wordt gedaan. Al zaaien wij vaak onder tranen, wij juichen als wij oogsten gaan. 4. Straks zien wij Hem in zijn glorie. Het Lam dat eeuwig leeft. Hij haalt zijn bruid uit alle landen. Voor Hem de kroon, voor Hem de eer. Wij roepen uit: Jezus is Heer! (3x) Opwekking 455 127. Wij prijzen U, God 1. Wij prijzen U, God, voor de komst van Uw zoon, die de heerlijkheid opgaf voor smaadheid en hoon. Refrein: Halleluja! U zij d’ere, Halleluja! Amen; Halleluja! U zij d’ere, o trek ons tot Hem. 2. Wij prijzen u, God, voor het Lam, ons geslacht, voor het offer op Golgotha’s heuvel gebracht. Refr.. 3. Wij prijzen U, Heer, voor ’t ontdekkende licht, dat het hart heeft geopend, Uw werk, heeft verricht. Refr.. 4. O, reinig Gij ons, ja verlos d’Uwen, Heer; en verheerlijk Uzelve in ons meer en meer. Refr.. 5. Ja, spreek door Uw Geest in Uw kind’ren met kracht, opdat eens het verloor’ne tot U word’ gebracht. Refr.. Joh. de Heer 443 128. ’k Zal eens mijn Heiland… 1. ’k Zal eens mijn Heiland in heerlijkheid zien, schitt’rend in schoonheid en pracht! Hem zal ’k daar dankbaar mijn hulde steeds biên, dat Hij ’t voor mij heeft volbracht. Refrein: Glorie, glorie voor mij, Glorie, glorie voor mij; Jezus te zien en te gaan aan Zijn zij. O, welk een glorie, ja glorie voor mij! 2. Voor mijne schuld, droeg Hij smaadheid en hoon, stierf Hij aan ’t kruis zelfs voor mij; en door genâ wacht mij boven een kroon, dat maakt mij zalig en blij. Refr.. 3. ’k Vind daar mijn dierb’ren voor eeuwig dan weer, juub’lend in d’Engelenrei. O, welk een vreugd’ in die zalige sfeer, ’t is alles glorie voor mij! Refr.. 4. 'k Hoor dan het koor aan de zee van kristal; ’t bloed van het Lam kocht ons vrij. Alles stemt mee in het ganse heelal. O, welk een glorie voor mij! Refr.. Joh. de Heer 568 129. Zie ons wachten aan de stromen 1. Zie ons wachten aan de stromen, aan de oever der rivier. straks zal onze Bootsman komen, en wij varen af van hier. Refrein: Hoe de storm ook moge woeden op de reis naar d’eeuwigheid, Jezus is de trouwe Bootsman, die ons altijd veilig leidt. 2. Door de kille, kille stromen gaan wij naar het Godspaleis. ’t eng’lenlied klinkt uit de verte, en verkwikt ons op de reis. Refr.. 3. Reeds zien wij de gouden straten van de hemelstad, zo schoon; horen wij d’ontelb’re schare, juub’lend juichen voor Gods troon. Refr.. 4. Velen, die wij hier beminden, zijn ons reeds vooruit gegaan. Straks, vereend met hen voor eeuwig, zullen w’ook voor Jezus staan. Refr.. Joh. de Heer 73 130. Zoek eerst het koninkrijk van God 1. Zoekt eerst het Koninkrijk van God en zijn gerechtigheid, en dit alles krijgt u bovendien, Hallelu, halleluja. Refrein: Halleluja, halleluja, halleluja, hallelu, halleluja. 2. Men kan niet leven van brood alleen, maar van ieder woord dat door de Heer gesproken wordt. Hallelu, halleluja. Refr.. 3. Bidt en u zal gegeven zijn, zoekt en gij zult het zien, klopt, en de deur zal voor u opengaan. Hallelu, halleluja. Refr.. Opwekking 40 131. Zo lief had God de Vader ons 1. Zo lief had God de Vader ons, dat Hij zijn eigen Zoon zond tot heil van ons gebroken hart, omdat Hij ons zo kostbaar vond. Hoe diep en schrijnend was Gods pijn toen Hij zijn Zoon zo lijden zag; toch is het Jezus’ bloed dat ons weer dicht in zijn nabijheid bracht. 2. O, zie de mens daar aan het kruis, met al mijn schuld beladen; beschaamd hoor ik mijn eigen stem Hem loochenen en smaden. Het was mijn zonde die Hij droeg, totdat Hij riep: ”Het is volbracht!”; zijn laatste adem bracht mij hoop, zijn sterven werd mijn levenskracht. 3. Ik roem niet meer in eigen kracht, in gaven, in wat wijsheid is; ik roem alleen nog in de Heer, zijn dood en zijn verrijzenis. Hoe zou ik delen in zijn loon, de zege die Hij heeft behaald? Maar dit weet ik met heel mijn hart: zijn offer heeft mijn schuld betaald. Opwekking 509 132. Zouden wij ook eenmaal komen 1. Zouden wij ook eenmaal komen, waar de levensstroom ontspringt. en aan d’altijd groene zomen, Christus Kerk Zijn lof steeds zingt? Refrein: Laat ons streven eens te komen, aan de zilv’ren zilv’ren stromen, waar aan d’altijd groene zomen, Christus Kerk ’t Hosanna zingt. 2. Zalig, heerlijk zal ’t ons wezen, daar, verlost van zonde en pijn, rein van alle smet genezen, meer dan d’eng’len Gods te zijn. Refr.. 3. Laat ons in die hope leven; God, die ons haar vreugde biedt, wil Zijn Geest als pand ons geven, dat genade ons is geschied. Refr.. 4. Haastig spoedt ons leven henen, maar het uur breekt spoedig aan, dat, van hemelglans omschenen, saam voor Jezus’ troon wij staan. Refr.. Joh. de Heer 82 Kinderliederen 133. ABC ABCDEFG, Halleluja HIJKLMN, O Heer Jezus OPQRSTU, U zij alle glorie, UVWXYZ, ’k Ben gered. Timotheüs nr. 3 134. Als ik U aanbid Als ik U aanbid en lekker bij U zit, dan dank ik U, Heer, dat ik altijd weer zo heerlijk welkom bij U ben. Wat een voorrecht dat ik U toch ken. (2 x) Refrein: En ik vergeet even alles om me heen, want ik ben nu lekker samen met U alleen, en U omringt mij met Uw liefde, Heer. Hoe heerlijk is dat telkens weer. Soms denk ik, Heer, dat ik er niks van bak, maar altijd weer stelt U mij op m’n gemak, en geeft U mij Uw vrede weer. Wat bent U toch een lieverd, Heer. Refrein (2x) Vrij Zijn nr. 6 135. Als je geen liefde hebt voor elkaar 1. Als je geen liefde hebt voor elkaar, vallen de dromen in duigen. Dromen van vrede worden niet waar, kwaad is niet om te buigen. Refrein: Als je geen liefde hebt voor elkaar leef je buiten Gods gloria. Als je geen liefde hebt voor elkaar leef je buiten Gods gloria. 2. Als je geen antwoord geeft op verdriet, zullen de tranen niet drogen. Als je het leed in de wereld niet ziet, worden Gods woorden verbogen. Refr.. 3. Als je geen oog hebt voor het gemis, als je geen brood weet te delen, denk dan aan Jezus die brood en die vis uit liefde deelde met velen. Refr.. 4. Als je geen liefde hebt voor elkaar, is er geen hoop meer op zegen. Kinderen, maak de liefde toch waar; schrijf het op alle wegen: Refr.. Evang. Liedbundel 422 136. Ben je groot of ben je klein Ben je groot of ben je klein of ergens tussen in: God houdt van jou. Ben je dik of ben je dun of ben blank of bruin: God houdt van jou. Hij kent je als je blij bent, Hij kent je als je baalt. Hij kent je als je droevig bent, Hij kent je als je straalt. Het geeft niet of je knap bent, het geeft niet wat je doet: God houdt van jou. Hij is vol liefde. God houdt van jou. Evang. Liedbundel 421 137. Bewaar het in je hart Refrein: Bewaar het in je hart, bewaar het in je hoofd, de Heer zal altijd doen, wat Hij je heeft beloofd. Bewaar het in je hart, bewaar het in je hoofd, de Heer zal doen, wat Hij je heeft beloofd. 1. Als Hij je heeft geroepen mag je meegaan, dan heeft Hij weer iets moois voor jou bedacht. De Heer wil graag met kinderen in zee gaan, Als Hij iets van je vraagt geeft Hij je kracht. Refr:… 2. Het duurt niet lang meer tot Hij terug zal komen dan zul je zien dat Hij je heeft gespaard. De Heer wil graag dat jij bij Hem zult wonen, omdat je al Zijn woorden hebt bewaard. Refr:… E+R deel 5 - 32 138. David met zijn slinger David met zijn slinger, die was voor niemand bang. Hij bad tot God, Zijn Vader. en zong een lofgezang. Klein, veracht door mensen, vertrouwde hij op God. Hij nam vijf gladde stenen, en luisterde niet naar spot. En in de slinger zat een steen, en de steen vloog rond en rond. En in de slinger zat een steen, en de steen vloog rond en rond. En rond en rond en rond en rond en rond en rond en rond. De kleine steen vloog door de lucht, en de reus viel op de grond. Opwekking 103 139. De Heer is mijn Herder De Heer is mijn Herder Hij is alles wat ik nodig heb. Hij brengt mij tot rust en Hij geeft nieuwe kracht. Hij leidt mij steeds verder op de juiste weg die ik moet gaan. De Heer is mijn Herder. Al ga ik door een donker dal, ik hoef niet bang te zijn, ik weet dat U mij bij zult staan. U bent heel dichtbij. De Heer is mijn Herder. Want wat mij ook wordt aangedaan, U helpt mij telkens weer. U geeft mij wat ik nodig heb en nog zoveel meer. Uw goedheid en Uw liefde, Heer volgen mij altijd. En ik mag heel dicht bij U zijn tot in eeuwigheid. De Heer is mijn Herder. HGJB 394 140. De Heer is waarlijk opgestaan 1. Jezus deed de dood teniet. Zing daarom het hoogste lied. De Heer is waarlijk opgestaan, halleluja! 2. Vrouwen uit Jeruzalem, kwamen vroeg en zochten Hem. De Heer is waarlijk opgestaan, halleluja! 3. En hoe groot was hun verdriet, want zij vonden Jezus niet. De Heer is waarlijk opgestaan, halleluja! 4. Maar een engel sprak hen aan: Die gij zoekt is opgestaan. De Heer is waarlijk opgestaan, halleluja! Hanna Lam deel 1 - 27 141. De Here zegent jou 1. De Here zegent jou en Hij beschermt jou. Hij schijnt Zijn licht over jouw leven. Hij zal genadig zijn en heel dicht bij je zijn. Hij zal Zijn vrede aan je geven. Opwekking voor kinderen 185 142. De muren van Jericho Jericho had muren van meters dikke steen. Maar God zei tegen Israel: ’Je komt er wel doorheen.’ Ze bliezen op de hoorns en sloegen op de trom. Ze juichten voor de Here in Zijn heiligdom. En de muren van Jericho, de muren van Jericho, de muren van Jericho vielen om. Soms heb jij zo’n Jericho, een levensgroot probleem, het lijkt alsof het muren heeft, je komt er niet doorheen. Dan kun je Jezus danken dat Hij het overwon, en juichen voor de Here in Zijn heiligdom. En de muren van Jericho, de muren van Jericho, de muren van Jericho vallen om. Timotheüs nr 141 143. Dit is de dag Dit is de dag, (2x) die de HEER ons geeft, (2x) Weest daarom blij, (2x) en zingt verheugd. (2x) Dit is de dag die de HEER ons geeft. Weest daarom blij en zingt verheugd. Dit is de dag, dit is de dag, die de HEER ons geeft. Evang. Liedbundel 425 144. Dit is mijn hand en dat mijn voet 1. Dit is mijn hand en dat mijn voet. ’k Heb ze allebei nodig; waar moet ik heen als één het niet doet? Niets is er overbodig. ’k Heb mijn voeten nodig om te lopen en mijn handen om mijn schoenen vast te knopen. Hand, voet, knie, oog, oor, neus, keel. Alles is nodig, niets te veel. (2x) 2. Mijn hand kan niet zeggen tegen mijn voet: ’Ik heb jou niet nodig.’ Stel je eens voor, dan ging het niet goed. Niets is er overbodig. Want al kan ik met mijn handen ballen. zonder m'n voeten zou ik op mijn snufferd vallen. Hand, voet, knie, oog, oor, neus, haar. Alles is nodig voor elkaar. (2x) 3. Ik ben de hand en jij de voet; wij zijn allebei nodig. Wat ik niet kan, kun jij juist goed. Niemand is overbodig. Jij bent gemaakt om mee te spelen, te lachen en te huilen en alles mee te delen. Niemand is minder, niemand is meer. Ieder is nodig bij de Heer. (2x) Evang. Liedbundel 428 145. Door de kracht van de Heilige Geest Refrein: Door de kracht, door de kracht van de Heilige Geest. Door de kracht, door de kracht van de God die geneest, die er is, die zal zijn en die is geweest, vieren wij feest met elkaar. Wij zingen ”Halleluja” ) en prijzen de Heer ) 3x Hij is het waard! Refr. Als ik zing: ”Halleluja” ) dan prijs ik de Heer ) 3x Hij is het waard! Refr. Opwekking voor kinderen 31 146. Een parel in Gods hand Weet je dat de Vader jou kent. Weet je dat je van waarde bent. Weet je dat je een parel bent. Een parel in Gods hand. (2x) Ze zeggen allemaal: ”Je kunt niks doen, Je bent een oen.” Ze trekken altijd aan mijn paardestaart. Ik ben niks waard. Nou heb ik weer de ranja omgegooid. Ik leer het nooit. Mijn moeder luistert nooit als ik wat zeg. ’k Heb altijd pech, ik ga maar weg. Ik weet dat de Vader mij kent. Ik weet dat ik van waarde ben. Ik weet dat ik een parel ben. Een parel in Gods hand. (2x) Ik snap alweer niks van die rare som. Ik ben zo dom. M’n bloes zit onder de spagettimix. Ik kan ook niks. Al noemt de hele klas mij chagrijn. Ik mag er zijn. Al zegt mijn broertje steeds: ”Wat stout ben jij.” God houdt van mij. God houdt van mij. Ik weet dat de Vader mij kent. Ik weet dat ik van waarde ben. Ik weet dat ik een parel ben. Een parel in Gods hand. Een parel in Gods hand. Timotheüs nr. 121 147. Een rivier vol van vrede 1. Een rivier vol van vrede, een rivier vol van vrede, een rivier vol van vrede in mijn hart. Een rivier vol van vrede, een rivier vol van vrede, een rivier vol van vrede in mijn hart. 2. Een fontein vol van blijdschap, een fontein vol van blijdschap, een fontein vol van blijdschap in mijn hart. Een fontein vol van blijdschap, een fontein vol van blijdschap, een fontein vol van blijdschap in mijn hart. 3. Ik heb lief als mijn Jezus, ik heb lief als mijn Jezus, ik heb lief als mijn Jezus in mijn hart. Ik heb lief als mijn Jezus, ik heb lief als mijn Jezus, ik heb lief als mijn Jezus in mijn hart. 4. Een rivier vol van vrede, een fontein vol van blijdschap, ik heb lief als mijn Jezus in mijn hart. Een rivier vol van vrede, een fontein vol van blijdschap, ik heb lief als mijn Jezus in mijn hart. Evang. Liedbundel 429 148. Een wijs man 1. Een wijs man bouwde zijn huis ) op de rots, ) 3x en de regen stroomde neer en de regen stroomde neer ) en de vloed kwam op ) 3x en het huis op de rots stond vast. 2. Een dwaas man bouwde ) zijn huis op het zand, ) 3x en de regen stroomde neer en de regen stroomde neer ) en de vloed kwam op ) 3x en het huis stortte in met een plof. 3. Dus bouw je huis op Jezus, de Rots (3x) en de zegen daalt dan neer en de zegen daalt dan neer ) en 't gebed stijgt op. ) 3x Bouw je levenshuis op Hem. Evang. Liedbundel 430 149. Er is geen plaats 1. Er is geen plaats, er is geen plaats, Zacheüs is te klein. Maar haastig klimt hij in een boom om er toch bij te zijn. 2. Daar zit die kleine tollenaar, daar zit hij, hoog en droog. De mensen kunnen hem niet zien, maar Jezus kijkt omhoog. 3. ”Zacheüs, waarom schuil je weg, zo angstig als een muis? Zacheüs, klom vlug uit je boom en breng Mij in jouw huis.” 4. Zacheüs gaat met Jezus mee, de mensen zijn verrast: Zacheüs is een tollenaar en Jezus is zijn gast. 5. Want Jezus, die de mensen kent, Hij roept ze bij hun naam: De ware Zoon van Abraham laat niemand buiten staan! Evang. Liedbundel 431 150. God die alles maakte 1. God die alles maakte, de lucht en ’t zonlicht blij, de hemel, zee en aarde, zorgt ook voor mij. 2. God die ’t gras gemaakt heeft, de bloemen in de wei, de bomen, vruchten, vogels, zorgt ook voor mij. 3. God die alles maakte, de maan, de sterrenrij, als duist’re wolken komen, zorgt steeds voor mij. Evang. Liedbundel 433 151. Ho! Stop! Sta eens even stil 1. Als je in de trein zou stappen en je zou niet weten waar je heen wou gaan kon je beter in je warme bedje blijven liggen zonder op te staan, Alles gaat uiteindelijk mis als je niet weet wie Jezus is. Refrein: Ho! Stop! Sta eens even stil. Waar wou je heengaan of maakt het geen verschil? Ho! Stop! Ga er niet vandoor. Je bent er toch niet zomaar, je leeft ergens voor. 2. Als je in het donker wandelt kun je niet goed kijken waar je heen wilt gaan. Daarom heb je Jezus nodig, want Hij steekt een lichtje in je leven aan. Reken maar dat jij je vergist als je het Licht van de wereld mist. Refrein:... 3. Als je in de put zou vallen en je zou voor niemand meer te horen zijn, zat je daar te kniezen in de duisternis en alles zou verloren zijn. Weet je als het donker wordt, Jezus’ arm is nooit te kort. Refrein:…. Evang. Liedbundel 438 152. Hoger dan de blauwe luchten 1. Hoger dan de blauwe luchten en de sterretjes van goud woont de Vader in de hemel die van alle kind’ren houdt. 2. Ook voor zieke kind’ren zorgt Hij, kent hun tranen en hun pijn, ja, voor groten en voor kleinen wil de Heer een helper zijn. 3. Daarom vragen wij eerbiedig, vouwen onze handjes saam: Heer die altijd naar ons luistert, neem nu ons gebedje aan. Amen. Evang. Liedbundel 439 153. Ik volg de Heer 1. Ik volg de Heer, want Hij is goed. Hij weet de weg en hoe het moet. Hij houdt van mij Hij is overal, de Herder die mij leiden zal. 2. Soms gaan we door gevaarlijk land. Dan loopt Hij voor en in zijn hand houdt Hij de staf en neemt ons mee. Het is soms zwaar, maar toch okee! 3. Een leeuw die brult of een beer die bromt. De Herder kijkt wat of er komt. Hij is als een muur rondom ons heen. Hij laat ons nooit, nee, nooit alleen! Evang. Liedbundel 443 154. Ik zegen jou in Jezus' naam 1. Ik zegen jou in Jezus’ naam Hij bewijst zijn trouw. Ik zegen jou in Jezus’ naam Hij blijft bij jou. 2. Een bloem die in de schaduw groeit houdt zijn blaadjes dicht. Een bloem bloeit open in de zon, groeit naar het licht. 3. Wanneer het leven tegenvalt mensen doen je zeer bedenk: op wie de regen valt groeit naar de Heer. 4. Ik zegen jou in Jezus’ naam Hij bewijst zijn trouw. Ik zegen jou in Jezus’ naam Hij blijft bij jou. Evang. Liedbundel 444 155. Is je deur nog op slot? Is je deur nog op slot? Is je deur nog op slot? Van je krr krr krr, doe ’m open voor God, want de Heer wil bij je wonen en dan ben je nooit alleen. Je hart is net een huisje waar het gezellig is, maar ’t is er nog zo donker, Er is iets wat ik mis! Is je deur nog op slot? Is je deur nog op slot? Van je krr krr krr, doe ’m open voor God, want de Heer wil bij je wonen en dan ben je nooit alleen. Evang. Liedbundel 447 156. Is wat je zegt wel echt 1. Is wat je zegt wel echt? Is wat je doet wel goed? Laat wat je zegt en doet, echt zijn en goed! 2. Hij die wel ”ja Heer” zegt, maar daarna ”nee Heer” doet, die handelt toch wel echt niet zo het moet. 4. Maar hij die ”ja Heer” zegt, en dan ook ”ja Heer” doet, die spreekt en handelt goed, die is oprecht. Geroepen om te zingen 92 157. Je hoeft niet bang te zijn 1. Je hoeft niet bang te zijn, al gaat de storm tekeer, leg maar gewoon je hand in die van onze Heer. 2. Je hoeft niet bang te zijn, als oorlog komt of pijn. De Heer zal als een muur rondom je leven zijn. 3. Je hoeft niet bang te zijn, al gaan de lichten uit. God is er en Hij blijft, als jij je ogen sluit. Evang. Liedbundel 448 158. Jezus is de goede Herder Refrein: Jezus is de goede Herder. Jezus, Hij is overal. Jezus is de goede Herder, brengt mij veilig naar de stal. 1. Als je ’s avonds niet kunt slapen en je bang in ’t donker bent, denk dan eens aan al die schaapjes, die de Heer bij name kent. Refr:… 2. En wanneer je soms alleen bent en je hart is vol verdriet, denk dan aan de goede Herder, Hij vergeet zijn schaapjes niet. Refr:… Evang. Liedbundel 452 159. Jozef zoekt zijn grote broers 1. Jozef zoekt zijn grote broers, alle tien zijn ze jaloers, op zijn jas en op zijn dromen. Als ze Jozef aan zien komen, wordt zijn mantel afgerukt. Diep zit Jozef in de put. 2. Met een slavenkaravaan moet hij naar Egypte gaan. Alle dromen zijn vergeten, heel veel kwaad wordt hem verweten. Jozef die onschuldig is komt in de gevangenis. 3. Lange jaren gaan voorbij, maar de Heer is hem nabij. Nieuwe dromen worden wakker door de schenker en de bakker. Maar de schenker, hij vergeet al wat Jozef voor hem deed. 4. Farao hoog op zijn troon droomt een wonderlijke droom. Daarom laat hij Jozef komen en dan worden alle dromen van de koe en de korenaar en de maan en sterren waar. 5. God heeft alles omgekeerd, Jozef wordt als vorst vereerd, en het kwade valt in duigen en de broers, ze moeten buigen zo houdt God door Jozefs hand ’t volk van Israël in stand. Evang. Liedbundel 453 160. ’k Heb Jezus nodig heel mijn leven 1. ’k Heb Jezus nodig, heel mijn leven. ’k Heb Jezus nodig, dag aan dag, in m’n handel, in m’n wandel, in m’n slapen en ontwaken, ’k Heb Hem nodig, dag aan dag. 2. ’k Wil Jezus volgen, heel mijn leven. ’k Wil Jezus volgen, dag aan dag, in m’n handel, in m’n wandel, in m’n slapen en ontwaken, ’k wil Hem volgen, dag aan dag. Evang. Liedbundel 435 161. ’k Stel mijn vertrouwen. ’k Stel mijn vertrouwen op de Heer, mijn God. Want in zijn hand ligt heel mijn levenslot. Hem heb ik lief, zijn vrede woont in mij, ’k Zie naar Hem op en ’k weet: Hij is mij steeds nabij. Opwekking 42 162. Ken je dit verhaal God zei : ”Noach, bouw een boot samen met je zonen. Maak hem sterk en maak hem groot. Je moet er straks in wonen. En neem dan heel veel dieren mee wanneer de boot gaat varen. Ik zal ze sturen, twee aan twee. Ik wil hun leven sparen.” De ark was netjes afgebouwd. De intocht kon beginnen. De dieren liepen, twee aan twee, de ark van Noach binnen. Toen deed God de deur op slot en liet de wolken komen. De regen viel met bakken neer en bleef en bleef maar stromen. Ken je dit verhaal, ken je dit verhaal. Zo wordt het nu al eeuwen lang verteld in elke taal. Ken je dit verhaal, ken je dit verhaal. Lees maar in de Bijbel, want daar staat het allemaal. De wereld werd een oceaan waarop de ark bleef drijven. Slechts de dieren in de ark die zouden overblijven. Maar op een dag was het voorbij. Het water ging verdwijnen. De wolken schoven weer opzij. De zon begon te schijnen. De aarde werd weer langzaam groen. De bomen gingen groeien. Er startte weer een nieuw seizoen. En bloemen gingen bloeien. Noach liet de dieren gaan. Ze mochten gaan proberen om elk weer op z’n eigen plek op aarde terug te keren. Ken je dit verhaal … Toen zei God: ”Kijk eens omhoog. Zie daar die boog vol kleuren. Luister Noach, ik beloof dit zal niet meer gebeuren. Ik zal met jullie nog een keer de aarde op gaan bouwen. Ik maak met jou een nieuw begin. Daar mag je op vertrouwen.” Ken je dit verhaal … (2x) Kom aan Boord nr. 1 163. Kijk eens om je heen 1. Kijk eens om je heen, kijk eens om je heen, geef elkaar de hand, je bent niet alleen. Want wij moeten samen delen, samen zingen, samen spelen. Ook al zijn wij nog maar klein: samen spelen is pas fijn. 2. Kijk eens om je heen, kijk eens om je heen, wij zijn in de wereld niet alleen. God kent ieder kind bij name, zeg maar ja en zeg maar amen. Ook al zijn we nog maar klein, God wil onze Vader zijn. Evang. Liedbundel 456 164. King of Kings and Lord of Lords King of kings and Lord of lords ) glory, halleluja. ) 2x Jezus, Prince of Peace ) glory, halleluja. ) 2x Opwekking 137 165. Klein, klein kindje 1. Klein, klein kindje, je leven loopt gevaar. Ik maak een biezen mandje en morgen is het klaar. 2. Klein, klein kindje, dit mandje wordt een boot. Daarmee moet jij gaan varen op leven of op dood. 3. Klein, klein kindje, ik zet je tussen het riet. Wie weet gebeurt het wonder dat de prinses je ziet. 4. Klein, klein kindje, als de prinses jou vindt, dan gaat je boot niet onder: jij bent een koningskind. Evang. Liedbundel 457 166. Kleuren Kleuren, kleuren, allemaal kleuren. Rood, oranje, geel, groen, paars en blauw. God bedacht die prachtige kleuren. Anders was alles zo grijs en grauw. (2x) Rood met geel wordt oranje. Blauw met geel wordt groen. Ja, met kleuren kun je heel veel dingen doen. Kleur een leuke kleurplaat. Maak een schilderij. Kneed een prachtig beeld met mooie kleuren klei. Kleuren, kleuren … Alles wat God gemaakt heeft is door Hem gekleurd. En door al die kleuren word je opgefleurd. Zon en regen samen? Kijk dan eens omhoog. En zie alle kleuren van de regenboog. Kleuren, kleuren … Kom aan Boord nr. 14 167. Kom aan boord Voor de zieken, voor de armen voor de mensen met verdriet voor het kind dat blijft proberen maar toch denkt: ”Het lukt me niet.” Voor de zwerver die moet zwerven en geen plek heeft waar hij hoort is er altijd nog die Ene en die roept: ”Kom maar aan boord.” Kom aan boord. Ook voor jou is er een plekje waar je hoort. Laat de hoop niet langer varen. Kom aan boord. Sta niet doelloos aan de kant. Want er is een hart vol liefde. Pak die uitgestoken hand. Voor het meisje dat blijft denken: ”Alles gaat bij mij steeds mis.” Voor de jongen die al vaker uit de boot gevallen is. Voor het kindje dat nog nooit van trouw of liefde heeft gehoord is er altijd nog die Ene en die roept: ”Kom maar aan boord.” Kom aan boord … (2x) Kom aan Boord nr. 14 168. Komt laat ons zingen vandaag Komt, laat ons zingen vandaag, zingen vandaag, zingen tot de eer van God. Komt, laat ons zingen vandaag, zingen vandaag, zingen tot de eer van God. (klappen, prijzen, juichen etc.) Evang. Liedbundel 460 169. Lees je bijbel, bid elke dag Lees je bijbel, bid elke dag, bid elke dag, bid elke dag. Lees je bijbel, bid elke dag, dat je groeien mag, dat je groeien mag, dat je groeien mag. Lees je bijbel, bid elke dag, dat je groeien mag. Read your bible, pray every day, pray every day, pray every day. Read your bible, pray every day, if you want to grow, if you want to grow, if you want to grow. Read your bible, pray every day, if you want to grow. Lis ta Bible, prie chaque jour, prie chaque jour, prie chaque jour. Lis ta Bible, prie chaque jour, quand tu veux grandir, quand tu veux grandir, quand tu veux grandir. Lis ta Bible, prie chaque jour, quand tu veux grandir. Evang. Liedbundel 459 170. Maak een vrolijk geluid voor de Heer 1. Maak een vrolijk geluid voor de Heer, of je thuis bent of buiten op straat. Maak een vrolijk geluid voor de Heer, met de bel van je fiets op de maat. Want een vrolijk geluid maakt Hem blij. Doe je mee, want ook jij hoort erbij. Zing en fluit! Roep het uit! Maak een vrolijk geluid voor de Heer.(2x) 2. Maak een vrolijk geluid voor de Heer, of je bruin bent of sproetig of blond. Maak een vrolijk geluid voor de Heer, met je hand of je voet of je mond. Want een vrolijk geluid maakt je blij. Ben je ziek of gezond, kom erbij! Ook je stem *** is van Hem *** Maak een vrolijk geluid voor de Heer.(2x) 3. Maak een vrolijk geluid voor de Heer, of je thuis bent of buiten op straat. Maak een vrolijk geluid voor de Heer, met de bel van je fiets op de maat. Want een vrolijk geluid maakt Hem blij, dat Hij jubelt met jou en met mij. Zing en fluit! *** Roep het uit! *** Maak een vrolijk geluid voor de Heer.(2x) Evang. Liedbundel 462 171. Neem je kroon en zet hem op Refrein: Neem je kroon en zet hem op, trek je nieuwe kleren aan, want je bent een kind, zegt God, in Mijn koninkrijk voortaan. Als je in Mij wilt geloven, als je Mij je Vader noemt, dan zal Ik jouw leven maken zoals Ik het heb bedoeld. Refr.. Ik wil samen met jou wonen in Mijn hemels koninkrijk. Wil je Mij je liefde tonen, daarmee maak je Mij zo blij! Refr.. Opwekking voor kinderen ??? 172. Nu gaan de bloemen nog dood 1. Nu gaan de bloemen nog dood, nu gaat de zon nog onder. En geen mens kan zonder Water en zonder brood. Refrein: Stil maar, wacht maar, alles wordt nieuw, de hemel en de aarde. Stil maar, wacht maar, alles wordt nieuw, de hemel en de aarde. 6. Zing voor de eeuwige dag, zing voor zijn komst en zeg amen. Zing voor de Heer die ons samen daar al van eeuwigheid zag. Hanna Lam 1 - 30 173. Omdat de Geest gekomen is Omdat de Geest gekomen is, zingen wij in koor heel de wereld door. Omdat de Geest gekomen is, zingen wij in koor tot de wereld hoort: Dat de Heer verrezen is! Zeg het voort (Zeg het hier) Zeg het voort (Zeg het daar) Want het woord is waar! Zeg het voort (Zeg het hier) Zeg het voort (Zeg het daar) Want het woord is waar! Opwekking voor kinderen 10 174. Soms zou ik willen vliegen Soms zou ik willen vliegen als een vlindertje, een vlindertje, een vlindertje. Soms zou ik willen vliegen als een vlindertje. Ik ben een kind van God. Zo blij, zo blij, want Jezus woont in mij. Zo blij, zo blij, want Jezus woont in mij. Soms zou ik willen fluiten als een vogeltje, een vogeltje, een vogeltje. Soms zou ik willen fluiten als een vogeltje. Ik ben een kind van God. Zo vrij, zo vrij, want Jezus woont in mij. Zo vrij, zo vrij, want Jezus woont in mij. E+R 175. Sta ’s even op 1. Sta ’s even op als je Jezus liefhebt, sta ’s even op als je van Hem houdt. Laat eens merken, laat eens merken, dat je van Hem houdt. 2. Klap eens in je hand, als je Jezus liefhebt, klap eens in je hand, als je van Hem houdt. Laat eens merken, laat eens merken, dat je van Hem houdt. 3. Draai eens even rond, als je Jezus lief hebt, draai eens even rond als je van Hem houdt. Laat eens merken, laat eens merken, dat je van Hem houdt. 4. Spring eens in de lucht als… Geef elkaar de hand… Sta eens op je stoel… Ga eens even zitten… Evang. Liedbundel 468 176. Vertel het aan de mensen Vertel het aan de mensen wie liefde heeft: Jezus! Vertel het aan de mensen wie vrede geeft: Jezus! Vertel het aan de mensen dat Jezus leeft. Vertel het aan de mensen. Want iedereen moet weten wie liefde heeft: Jezus! Want iedereen moet weten wie vrede geeft: Jezus! Want iedereen moet weten dat Jezus leeft. Iedereen moet weten. Timotheüs nr. 87 177. Vlammetjes Een vlammetje hier, een vlammetje daar. Een heleboel vlammetjes bij elkaar. Zeg, weet je het al? Vandaag is het feest. Voor jou en voor mij kwam de Heilige Geest. Een vlammetje hier, een vlammetje daar. We doen onze vlammetjes bij elkaar. Dan is het een vuur. Dan is het een feest. Wij danken de Heer voor de Heilige Geest. Timotheüs nr. 90 178. Weet je dat de lente komt? Weet je dat de lente komt, lente komt, lente komt. Weet je dat de lente komt. Alles loopt weer uit. De eerste zonnestralen, ze tint’len op je huid. De eerste bloemen bloeien, de eerste vogel fluit. Weet je dat de lente komt, lente komt, lente komt. Weet je dat de lente komt. Alles loopt weer uit. Weet je wel dat Jezus leeft, Jezus leeft, Jezus leeft. Weet je wel dat Jezus leeft. Hij is opgestaan. Ze hadden Hem gekruisigd en in een graf gedaan. Maar na drie lange dagen is Hij weer opgestaan. Weet je wel dat Jezus leeft, Jezus leeft, Jezus leeft. Weet je wel dat Jezus leeft. Hij is opgestaan. E+R 179. Who’s the King of the jungle? Who’s the King of the jungle? Who’s the King of the sea? Who’s the King of the universe and who’s the King of me? Well, I say: J, E, S, U, S, Yes! He’s the King of me! He’s the King of the universe, the jungle and the sea! Evang. Liedbundel 473 180. Wij aanbidden Hem Wij zijn de herders. Wij sliepen in ’t veld. Daar heeft een engel het ons verteld. Hij is geboren in Betlehem, en wij aanbidden en wij aanbidden. Hij is geboren in Betlehem, en wij aanbidden Hem. Wij zijn de koningen. Wij komen van ver. Wij hadden een droom en zagen een ster. Hij is geboren in Betlehem, en wij aanbidden en wij aanbidden. Hij is geboren in Betlehem, en wij aanbidden Hem. Timotheüs nr. 105 181. Zie hoe groot Jezus’ liefde is Zie hoe groot Jezus’ liefde is. Zie hoe groot Jezus’ liefde is. Zie hoe groot Jezus’ liefde is. Zijn liefde is groot. Zo hoog, je kunt er niet overheen, zo diep, je kunt er niet onderdoor, zo wijd, je komt er niet omheen. Zijn liefde is groot. Evang. Liedbundel 450 182. Zing, zing, zingen maakt blij Refrein: Zing, zing, zingen maakt blij. Zingen van Jezus, vrolijk en blij. Zing, zing, zingen maakt blij. Zingen van Jezus, vrolijk en blij. 1. God is zo goed voor jou en voor mij. Pieker dus niet, wees dankbaar en blij. God heeft je lief en daarom zegt Hij: Ben je soms moe, kom dan maar bij Mij. 2. Ben je alleen en heb je verdriet, lijkt het soms net of niemand je ziet, kijk dan omhoog, de hemel is blauw. Weet je dat God zijn Zoon gaf voor jou? Refrein:… 3. Zing maar in huis, op school en op straat en je zult zien hoe goed alles gaat. Wees maar niet bang, want Jezus belooft: ’Ik ben bij jou als jij maar gelooft.’ Refrein:… Evang. Liedbundel 478 183. Zoals klei in de hand. 1. ’Zoals klei in de hand van de pottenbakker, zo ben jij in mijn hand’, zegt de Heer. ’Zoals klei in de hand van de pottenbakker, zo maak Ik jou een vat tot mijn eer’. Kneed mij, Here God, ook als het soms wel eens pijn doet. Kneed mij, Here God, U weet precies hoe ik zijn moet. 2. Zoals klei in de hand van de pottenbakker, zo ben ik in uw handen, o Heer. Zoals klei in de hand van de pottenbakker, zo maakt U mij een vat tot uw eer. Kneed mij, Here God, ’k wil mij opnieuw aan U geven. Kneed mij, Here God, U maakt iets moois van mijn leven. Evang. Liedbundel 479 Enkele psalmen (oude berijming) 184. Psalm 19 vers 1, 4, 5 en 6 OB 1. Het ruime hemelrond vertelt met blijde mond Gods eer en heerlijkheid. De held’re lucht en ’t zwerk verkondigen zijn werk en prijzen zijn beleid. Dus kan ons dag bij dag, tot roem van Gods gezag, zijn wonderen verhalen. Dus weet ons nacht bij nacht zijn onbegrensde macht en wijsheid af te malen. 4. Des HEREN wet nochtans verspreidt volmaakter glans, dewijl zij ’t hart bekeert. ’t Is Gods getuigenis, dat eeuwig zeker is en slechten wijsheid leert. Wat Gods bevel ons zegt, vertoont ons ’t heiligst recht en kan geen kwaad gedogen. Zijn wil, die ’t hart verheugt, eist zuiverheid en deugd, verlicht de duist’re ogen. 5. Des HEREN vrees is rein, zij opent een fontein van heil, dat nooit vergaat. Zijn dierb’re leer verspreidt een straal van billijkheid, daar z’ all’ onwaarheid haat. Z’ is ’t mensdom meerder waard, dan ’t fijnste goud op aard’, niets kan haar glans verdoven. Zij streeft in heilzaam zoet, tot streling van ’t gemoed, de honig ver te boven. 6. Dus krijg ik van mijn plicht, o God, een klaar bericht. Wat is ’t vooruitzicht schoon: hij, die op U vertrouwt, Uw wetten onderhoudt, vindt daarin grote loon. Maar, HEER, wie is de man, die op ’t nauwkeurigst kan zijn dwalingen doorgronden? O bron van ’t hoogste goed, was, reinig mijn gemoed, van mijn verborgen zonden! 185. Psalm 42 vers 1 t/m5 en 7 OB 1. ’t Hijgend hert, der jacht ontkomen, schreeuwt niet sterker naar ’t genot van de frisse waterstromen, dan mijn ziel verlangt naar God. Ja, mijn ziel dorst naar den HEER; God des levens, ach, wanneer zal ik naad’ren voor uw ogen, in uw huis uw naam verhogen? 2. ’k Heb mijn tranen onder ’t klagen tot mijn spijze dag en nacht, daar mij spotters durven vragen: ”Waar is God, dien gij verwacht?”' Mijn benauwde ziel versmelt, als zij zich voor ogen stelt, hoe ik onder stem en snaren feest hield met Gods blijde scharen. 3. O mijn ziel, wat buigt g’ u neder, waartoe zijt g’ in mij ontrust? Voed het oud vertrouwen weder; zoek in ’s Hoogsten lof uw lust, want Gods goedheid zal uw druk eens verwiss’len in geluk. Hoop op God, sla ’t oog naar boven, want ik zal zijn naam nog loven. 4. ’k Denk aan U, o God, in ’t klagen uit de landstreek der Jordaan. Van mijn leed doe ’k Hermon wagen, ’k roep van ’t klein gebergt’ U aan. ’k Zucht, daar kolk en afgrond loeit, daar ’t gedruis der waat’ren groeit, daar uw golven, daar uw baren mijn benauwde ziel vervaren. 5. Maar de HEER zal uitkomst geven, Hij, die ’s daags Zijn gunst gebiedt. ’k Zal in dit vertrouwen leven en dat melden in mijn lied; ’k zal zijn lof zelfs in de nacht zingen, daar ik Hem verwacht, en mijn hart, wat mij moog’ treffen, tot den God mijns levens heffen. 7. O mijn ziel, wat buigt g’ u neder, waartoe zijt g’ in mij ontrust? Voed het oud vertrouwen weder, zoek in ’s Hoogsten lof uw lust! Menigwerf heeft Hij uw druk doen verand’ren in geluk. Hoop op Hem, sla ’t oog naar boven, ik zal God, mijn God, nog loven! 186. Psalm 47 vers 1, 3 en 4 OB 1. Juicht, o volken, juicht, handklapt en betuigt onzen God uw vreugd, weest te zaâm verheugd, zingt des Hoogsten eer, buigt u voor Hem neer. Alles ducht zijn kracht, alles vreest zijn macht. Zijne majesteit maakt haar heerlijkheid over ’t rond der aard wijd en zijd vermaard. 3. God vaart voor het oog met gejuich omhoog; ’t schel bazuingeluid galmt Gods glorie uit. Heft de lofzang aan, zingt zijn wonderdaân, zingt de schoonste stof, zingt des Konings lof met een zuiv’re galm, met een blijde psalm: Hij, de Vorst der aard’, is die hulde waard. 4. Zingt des Hoogsten eer, opdat ieder leer’, hoe Hij heerst alom over ’t heidendom, hoe Hij van zijn troon geeft zijn rijksgeboôn, daar het al voor bukt. Eed’len gans verrukt, nu hun ’t Godd’lijk licht straalt in ’t aangezicht, delen in ons lot, eren Abrams God. 187. Psalm 73 vers 1, 12, 13 en 14 OB 1. Ja waarlijk, God is Isrel goed, voor hen, die rein zijn van gemoed. Hoe donker ooit Gods weg moog’ wezen, Hij ziet in gunst op die Hem vrezen. Maar ach, hoewel mijn ziel dit weet, mijn voeten waren in mijn leed schier uitgeweken, en mijn treên van ’t spoor der godsvrucht afgegleên. 12.’k Zal dan gedurig bij U zijn in al mijn noden, angst en pijn, U al mijn liefde waardig schatten, wijl Gij mijn rechterhand woudt vatten! Gij zult mij leiden door Uw raad, o God, mijn heil, mijn Toeverlaat, en mij, hiertoe door U bereid, opnemen in uw heerlijkheid. 13.Wie heb ik nevens U omhoog, wat zou mijn hart, wat zou mijn oog op aarde nevens U toch lusten? Niets is er, waar ik in kan rusten. Bezwijkt dan ooit in bitt’re smart of bange nood mijn vlees en hart, zo zult Gij zijn voor mijn gemoed mijn rots, mijn deel, mijn eeuwig goed. 14.Wie, ver van U de weelde zoekt, vergaat eerlang en wordt vervloekt: Gij roeit hen uit, die afhoereren en U de trotse nek toekeren. Maar ’t is mij goed, mijn zaligst lot, nabij te wezen bij mijn God! ’k Vertrouw op Hem geheel en al, den HEER, wiens werk ik roemen zal. 188. Psalm 75 vers 1 OB 1. U alleen, U loven wij: ja, wij loven U, o HEER, want Uw naam, zo rijk van eer, is tot onze vreugd nabij. Dies vertelt men in ons land al de wond’ren uwer hand. 189. Psalm 84 vers 1 t/m 6 OB 1. Hoe lief’lijk, hoe vol heilgenot, o HEER, der legerscharen God, zijn mij uw huis en tempelzangen! Hoe branden mijn genegenheên om ’s HEREN voorhof in te treên. Mijn ziel bezwijkt van sterk verlangen; mijn hart roept uit tot God, die leeft, en aan mijn ziel het leven geeft! 2. Zelfs vindt de mus een huis, o HEER! De zwaluw legt haar jongskens neer in ’t kunstig nest bij uw altaren. Bij U, mijn Koning en mijn God, verwacht mijn ziel een heilrijk lot, geduchte HEER der legerscharen! Welzalig hij, die bij U woont, gestaâg U prijst en eerbied toont. 3. Welzalig hij, die al zijn kracht en hulp alleen van U verwacht, die kiest de welgebaande wegen. Steekt hen de hete middagzon in ’t moerbeidal, Gij zijt hun bron en stort op hen een milde regen, een regen, die hen overdekt, verkwikt en hun tot zegen strekt. 4. Zij gaan van kracht tot kracht steeds voort, elk hunner zal in ’t zalig oord van Sion haast voor God verschijnen. Let, HEER der legerscharen, let op mijn ootmoedig smeekgebed! Ai, laat mij niet van druk verkwijnen, leen mij een toegenegen oor, o Jakobs God, geef mij gehoor! 5. O God, die ons ten schilde zijt en ons voor alle ramp bevrijdt, aanschouw toch uw gezalfden Koning! Eén dag is in uw huis mij meer, dan duizend, waar ik U ontbeer. ’k Waar liever in mijns Bondsgods woning, een dorpelwachter, dan gewend aan d’ ijd’le vreugd’ in ’s bozen tent. 6. Want God, de HEER, zo goed, zo mild, is ’t allen tijd een zon en schild. Hij zal genaad’ en ere geven. Hij zal hun ’t goede niet in nood onthouden, zelfs niet in de dood, die in oprechtheid voor Hem leven. Welzalig, HEER, die op U bouwt en zich geheel aan U vertrouwt! 190. Psalm 108 vers 1 en 2 OB 1. Mijn hart, o Hemelmajesteit, is tot uw dienst en lof bereid; ’k zal zingen voor den Opperheer, ’k zal psalmen zingen tot zijn eer. Gij zachte harp, gij schelle luit, waakt op, dat niets uw klanken stuit'. ’k Zal in de dageraad ontwaken en met gezang mijn God genaken. 2. Ik zal, o HEER, uw wonderdaân, uw roem de volken doen verstaan, want uwe goedertierenheid is tot de heem’len uitgebreid. Uw waarheid heeft noch paal noch perk, maar streeft tot aan het hoogste zwerk. Verhef U boven 's hemels kringen, en leer al d’ aard uw grootheid zingen! 191. Psalm 116 vers 1 t/m 4, 7, 8, 10 en 11 OB 1. God heb ik lief, want die getrouwe HEER hoort mijne stem, mijn smekingen, mijn klagen. Hij neigt zijn oor, ’k roep tot Hem al mijn dagen. Hij schenkt mij hulp, Hij redt mij keer op keer. 2. Ik lag gekneld in banden van de dood, daar d’ angst der hel mij alle troost deed missen; ik was benauwd, omringd door droefenissen, maar riep den HEER dus aan in al mijn nood. 3. ”Och HEER, och werd mijn ziel door U gered!” Toen hoorde God, Hij is mijn liefde waardig. De HEER is groot, genadig en rechtvaardig, en onze God ontfermt zich op ’t gebed. 4. D’ eenvoudigen wil God steeds gadeslaan. ’k Was uitgeteerd, maar Hij zag op mij neder. Keer, mijne ziel tot uwe ruste weder: gij zijt verlost, God heeft u welgedaan! 7 Wat zal ik, met Gods gunsten overlaân, dien trouwen HEER voor zijn genâ vergelden? ’k Zal bij de kelk des heils zijn naam vermelden en roepen Hem met blijd’ erkent’nis aan. 8 Nu zal ik voor de weldaân, die ’k genoot, aan Hem naar mijn geloften eer bewijzen, Hem onder al zijn gunstgenoten prijzen. Hoe kost'lijk is in ’s HEREN oog hun dood! 10 Ik zal uw naam met dankerkentenis verheffen, U al mijn geloften brengen. ’k Zal liefd’ en lof voor U ten offer mengen in ’t heiligdom, waar ’t volk vergaderd is. 11 Ik zal met vreugd in ’t huis des HEREN gaan, om daar met lof uw grote naam te danken. Jeruzalem, gij hoort die blijde klanken: elk heff’ met mij de lof des HEREN aan! 192. Psalm 121 vers 1 t/m 4 OB 1. ’k Sla d’ ogen naar ’t gebergte heen, van waar ik dag en nacht des Hoogsten bijstand wacht. Mijn hulp is van den HEER alleen, die hemel, zee en aarde eerst schiep en sinds bewaarde. 2. Hij is, al treft u ’t felst verdriet, uw Wachter, die uw voet voor wankelen behoedt. Hij, Isrels Wachter, sluimert niet; geen kwaad zal u genaken: de HEER zal u bewaken. 3. Zijn wacht, waarop men hopen mag, zal, daar zij u bedekt en u ter schaduw strekt, de maan bij nacht, de zon bij dag in koud’ en gloed vermind’ren, opdat zij u niet hind’ren. 4. De HEER zal u steeds gadeslaan, opdat Hij in gevaar uw ziel voor ramp bewaar'. De HEER, ’t zij g’ in of uit moogt gaan, en waar g’ u heen moogt spoeden, zal eeuwig u behoeden. 193. Psalm 133 vers 1, 2 en 3 OB 1. Ai, ziet, hoe goed, hoe lief’lijk is ’t, dat zonen van ’t zelfde huis als broeders samenwonen, daar ’t liefdevuur niet wordt verdoofd. ’t Is als de zalf op ’s hogepriesters hoofd, de zalf, waarmee hij is aan God gewijd, die door haar reuk het hart verblijdt. 2. Die liefdegeur moet elk tot liefde nopen, als d’ olie, die van Arons hoofd gedropen, zijn baard en klederzoom doortrekt. Z’ is als de dauw, die Hermons kruin bedekt, die Sions top met vruchtbaar vocht besproeit en op zijn bergen nedervloeit. 3. Waar liefde woont, gebiedt de HEER de zegen: daar woont Hij zelf, daar wordt zijn heil verkregen en ’t leven tot in eeuwigheid. 194. Psalm 136 vers 1, 3 en 26 OB 1. Looft den HEER, want Hij is goed, looft Hem met een blij gemoed; want zijn gunst, alom verspreid, zal bestaan in eeuwigheid! 3. Looft der heren Opperheer, buigt u need'rig voor Hem neer; want zijn gunst, alom verspreid, zal bestaan in eeuwigheid! 26. Geeft den God des hemels eer, lof zij aller scheps'len HEER; want zijn gunst, alom verspreid, zal bestaan in eeuwigheid! 195. Psalm 138 vers 1, 2, 3 en 4 OB 1. ’k Zal met mijn ganse hart uw eer vermelden, HEER, U dank bewijzen. ’k Zal U in 't midden van de goôn op hoge toon met psalmen prijzen. Ik zal mij buigen op uw eis naar uw paleis, het hof der hoven, en om uw gunst en waarheid saâm, uw grote naam eerbiedig loven. 2. Door al uw deugden aangespoord, hebt Gij uw woord en trouw verheven. Gij hebt mijn ziel op haar gebed verhoord, gered, haar kracht gegeven. Al ’s aardrijks vorsten zullen, HEER, uw lof en eer alom doen horen, wanneer de rede van uw mond op ’t wereldrond hun klinkt in d’ oren. 3. Dan zingen zij, in God verblijd, aan Hem gewijd, van ’s HEREN wegen; want groot is ’s HEREN heerlijkheid, zijn Majesteit ten top gestegen. Hij slaat toch, schoon oneindig hoog, op hen het oog, die need’rig knielen; maar ziet van ver met gramschap aan de ijd’le waan der trotse zielen. 4. Als ik, omringd door tegenspoed, bezwijken moet, schenkt Gij mij leven. Is ’t, dat mijns vijands gramschap brandt, uw rechterhand zal redding geven. De HEER is zo getrouw als sterk, Hij zal zijn werk voor mij volenden. Verlaat niet wat uw hand begon, o Levensbron, wil bijstand zenden. 196. Psalm 139 vers 1, 2 en 14 OB 1. Niets is, o Oppermajesteit, bedekt voor uw alwetendheid. Gij kent mij, Gij doorgrondt mijn daân, Gij weet mijn zitten en mijn staan: wat ik beraad’, of wil betrachten, Gij kent van verre mijn gedachten. 2. G’ omringt mijn gaan en liggen, Gij, o HEER, zijt altoos nevens mij. Uw onbepaalde wetenschap kent mijne weg van stap tot stap. Geen woord is nog mijn tong ontgleden, of Gij, Gij weet alreeds mijn reden. 14.Doorgrond m’ en ken mijn hart, o HEER! Is ’t geen ik denk niet tot uw eer? Beproef m’ en zie of mijn gemoed iets kwaads, iets onbehoorlijks voed’, en doe mij toch met vaste schreden de weg ter zaligheid betreden. 197. Psalm 146 OB 1. Prijs den HEER met blijde galmen; gij, mijn ziel, hebt rijke stof. ’k Zal, zo lang ik leef, mijn psalmen vrolijk wijden aan zijn lof: ’k zal, zo lang ik ’t licht geniet, Hem verhogen in mijn lied. (2x) 2. Vest op prinsen geen betrouwen, waar men nimmer heil bij vindt: zoudt g’ uw hoop op mensen bouwen? Als Gods hand hun geest ontbindt, keren zij tot d’ aarde weer, storten met hun aanslag neer. (2x) 3. Zalig hij, die in dit leven Jakobs God ter hulpe heeft; hij, die door de nood gedreven, zich tot Hem om troost begeeft; die zijn hoop in ’t hach’lijkst lot vestigt op den HEER, zijn God. (2x) 4. ’t Is de HEER, wiens alvermogen ’t groot heelal heeft voortgebracht; die genadig uit den hogen ziet, wie op zijn bijstand wacht, en aan elk, die Hem verbeidt, trouwe houdt in eeuwigheid. (2x) 5. ’t Is de HEER, die ’t recht der armen, der verdrukten gelden doet; die uit liefderijk erbarmen, hongerigen mild’lijk voedt; die gevang’nen vrijheid schenkt en aan hun ellende denkt. (2x) 6. ’t Is de HEER, wiens mededogen blinden schenkt het lief’lijk licht: wie in ’t stof lag neergebogen, wordt door Hem weer opgericht. God, die lust in waarheid heeft, mint hem, die rechtvaardig leeft. (2x) 7. ’t Is de HEER, die vreemdelingen met een wakend oog beschouwt, weêuw en wees in twistgedingen en in kommer staande houdt; maar zijn arm, der vromen hoop, stuit de bozen in hun loop. (2x) 8. ’t Is de HEER van alle heren, Sions God, geducht in macht, die voor eeuwig zal regeren van geslachte tot geslacht. Sion, zing uw God ter eer, prijs zijn grootheid, loof den HEER! (2x) 198. Psalm 150 OB 1. Looft God, looft zijn naam lom, looft Hem in zijn heiligdom, looft des HEREN grote macht in de hemel zijner kracht; looft Hem om zijn mogendheden, looft Hem naar zo menig blijk van zijn heerlijk koninkrijk voor zijn troon en hier beneden! 2. Looft God met bazuingeklank, geeft Hem eer, bewijst Hem dank, looft Hem met de harp en luit, looft Hem met de trom en fluit, looft Hem op uw blijde snaren! Laat zich ’t orgel overal bij het juichend vreugdgeschal tot des HEREN glorie paren! 3. Looft God naar zijn hoog bevel met het klinkend cimbelspel, looft Hem op het schel metaal van de vrolijke cimbaal, looft den HEER, elk moet Hem eren! Al wat geest en adem heeft, looft den HEER, die eeuwig leeft, looft verheugd den HEER der heren! 199. Klein Gloria Ere zij de Vader en de Zoon en de Heilige Geest, als in den beginne, nu en immer, en van eeuwigheid tot eeuwigheid, Amen. 200. Geloofsbelijdenis Ik geloof in God de Vader, de Almachtige, Schepper des hemels en der aarde. En in Jezus Christus, zijn eniggeboren Zoon, onze Here; die ontvangen is van de Heilige Geest, geboren uit de maagd Maria; die geleden heeft onder Pontius Pilatus, is gekruisigd, gestorven en begraven, nedergedaald ter helle; ten derde dage wederom opgestaan van de doden; opgevaren ten hemel, zittende ter rechterhand Gods, des almachtigen Vaders; vanwaar Hij komen zal om te oordelen de levenden en de doden. Ik geloof in de Heilige Geest Ik geloof in een heilige, algemene, Christelijke Kerk, de gemeenschap der heiligen; vergeving der zonden; wederopstanding des vleses; en een eeuwig leven. Amen. (3x) Inhoudsopgave op alfabet A Abba Vader 1 ABC 133 Als de weg leidt mij mijn Heiland 6 Als een hert dat verlangt naar water 5 Als g'in nood gezeten 2 Als God zijn stem doet horen 3 Als hier op aarde mijn werk is gedaan 7 Als ik maar weet 4 Als ik U aanbid 134 Als je geen liefde hebt voor elkaar 135 B Ben je groot of ben je klein 136 Bewaar het in je hart 137 Breng dank aan de eeuwige 9 D Daar is een helper 10 Daar juicht een toon 11 Daar ruist langs de wolken 12 Daar zijn geen grenzen 13 Dan zingt mijn ziel 14 Dank U voor deze nieuwe morgen 18 Dat ons loflied vrolijk rijze 17 David met zijn slinger 138 De dierb're Heiland is nabij 19 De dorre vlakte der woestijnen 21 De Heer is mijn Herder 16 De Heer is mijn Herder 139 De Heer is mijn licht 20 De Heer is waarlijk opgestaan 140 De Heilige Stad 50 De Here zegent jou 141 De kerk van alle tijden 15 De muren van Jericho 142 Dit is de dag 143 Dit is mijn gebod 22 Dit is mijn hand en dat mijn voet 144 Door de kracht van de Heilige Geest 145 Door de wereld gaat een woord 23 Doorgrond mijn hart 24 E Een parel in Gods hand 146 Een rivier vol van vrede 147 Een wijs man 148 Er gaat door alle landen 25 Er is een verlosser 26 Er is geen plaats 149 Er is vreugde, hemelvreugde 27 Er komen stromen van zegen 28 G Ga mij niet voorbij 29 Ga niet alleen door 't leven 31 Ga nu heen in vrede 30 Geloofsbelijdenis 200 Geprezen zij de Heer 32 Glorie aan God 33 God die alles maakte 150 God is getrouw 34 Gods volk wordt uitgeleid 35 Grijp toch de kansen 37 Groot is uw trouw 36 H Halleluja, looft God in zijn heiligdom 38 Heer als ik denk… 40 Heer ik hoor van rijke zegen 43 Heer ik kom tot U 44 Heer onze God 45 Heer wat een voorrecht… 47 Heer wees mijn Gids 48 Heer, God, U loven wij 41 Heer, ik geef me aan U volkomen 42 Heer, uw licht en uw liefde schijnen 46 Hef je hoofd omhoog 49 Hier in uw heiligdom 51 Hij die rustig en stil 53 Ho, stop, sta eens even stil! 151 Hoger dan de blauwe luchten 152 Hosanna, hosanna, de Koning komt 52 I Ik aanbid, met heel mijn hart 55 Ik bouw op U 56 Ik geloof in God de Vader 57 Ik heb een nieuw lied 58 Ik vermag alle dingen 66 Ik volg de Heer 153 Ik wandel in het licht 59 Ik weet dat mijn verlosser leeft 60 Ik wens te zijn als Jezus 61 Ik wil leven door uw Geest 62 Ik wil zingen van mijn Heiland 63 Ik zegen jou in Jezus 'naam 154 Ik zie een poort 64 In de stilte van mijn hart 65 In een donker graf gevangen 67 Is je deur nog op slot 155 Is wat je zegt wel echt? 156 J Ja, ik geloof in Jezus 68 Je hoeft niet bang te zijn 157 Jezus ik wil heel dicht bij U komen 70 Jezus is de goede Herder 158 Jezus leeft in eeuwigheid 71 Jezus leven van mijn leven 72 Jezus sprak hier op aard 74 Jezus vol liefde, U wilt ons leiden 75 Jezus wat een heerlijke naam 76 Jezus wij verhogen U 77 Jezus zegt, dat Hij hier van ons verwacht 78 Jezus, Hij is Koning 69 Jezus, mijn Heiland 73 Jozef zoekt zijn grote broers 159 Juicht, want Jezus is Heer 79 K 'k Ben zo blij 8 'k Heb geloofd en daarom zing ik 39 'k Heb Jezus nodig heel mijn leven 160 'k Stel mijn vertrouwen 161 'k Zal eens mijn Heiland 128 Ken je dit verhaal 162 Kijk eens om je heen 163 King of Kings and Lord of Lords 164 Klein Gloria 199 Klein, klein kindje 165 Kleuren 166 Kom aan boord 167 Kom in mijn hart 80 Kom in uw heiligdom binnen 81 Kom maar wees blij en verheugd 82 Kom tot uw Heiland 83 Komt laat ons zingen vandaag 168 Kroon Hem met gouden kroon 84 L Laat heel de wereld het zien 86 Laat ons met elkander 85 Leer mij uw weg, o Heer 87 Lees je bijbel, bid elke dag 169 Leid mij Heer, o machtig Heiland 88 Lichtstad met uw paarlen poorten 89 Lofoffers brengen wij aan U 90 M Maak een vrolijk geluid voor de Heer 170 Maak mij rein voor U 91 Maak ons tot een stralend licht 92 Machtig God, sterke Rots 94 Machtig is de naam van de Heer 93 Majesteit 95 Mijn hart zingt een lieflijke melodie 96 Mijn Vader, dank U wel 97 N Nader, mijn God, bij U 98 Neem je kroon en zet hem op 171 Nu gaan de bloemen nog dood 172 O O denk aan het huis bij de Heer 99 O God die mij hebt vrijgekocht 100 Omdat de Geest gekomen is 173 Omdat Hij leeft 101 Onze Vader 102 P Prijst Hem, prijst Hem 103 Psalm 19 184 Psalm 42 185 Psalm 47 186 Psalm 73 187 Psalm 75 188 Psalm 84 189 Psalm 108 190 Psalm 116 191 Psalm 121 192 Psalm 133 193 Psalm 136 194 Psalm 138 195 Psalm 139 196 Psalm 146 197 Psalm 150 198 R Rijst op, rijst op voor Jezus 106 Roept uit aan alle stranden 104 Rust mijn ziel, uw God is Koning 105 S Samen in de naam van Jezus 107 Soms zou ik willen vliegen 174 Sta 's even op 175 ’t Scheepke onder Jezus hoede 108 U U maakt ons een 109 Volle verzekering, Jezus is mijn! 116 Voor uw liefde, Heer Jezus, dank U wel 117 Voorwaarts, Christenstrijders 118 Vrede zij U 119 V Vader God, ik vraag me af 110 Vader, vol van vrees en schaamte 111 Vader, Zoon en Geest, ik prijs U 112 Vanwaar de zon opgaat 113 Vaste Rots van mijn behoud 114 Veilig in Jezus armen 115 Vertel het aan de mensen 176 Vlammetjes 177 W Waarheen pelgrims, waarheen gaat gij 120 Wandel maar stillekens achter Hem aan 121 Wat God in deze tijd zoekt 122 Wees stil en weet dat Hij is uw God 123 Weet je dat de lente komt 178 Welk een vriend is onze Jezus 124 Who's the King of the jungle 179 Wij aanbidden Hem 180 Wij bezitten een woord 125 Wij gaan door over grenzen 126 Wij prijzen U, God 127 Z Zie hoe groot Jezus' liefde is 181 Zie ons wachten aan de stromen 129 Zing, zing, zingen maakt blij 182 Zo lief had God de Vader ons 131 Zoals klei in de hand van de pottenbakker 183 Zoek eerst het koninkrijk van God 130 Zouden wij ook eenmaal komen 132 Liederen uit Opwekking, Evangelische Bundel, Johannes de Heer e.d.: Copyright met toestemming van CC Licentie 602500. WZM = Wie Zingt Mee HGJB = Hervormd Gereformeerde Jeugd Bundel (Op Toonhoogte; HGJB+uitg. Boekencentrum)