HOME | STUDIEBIJBEL | BIJBELSTUDIES | BIJBELATLAS | BIJBELSEGESCHIEDENIS | NIEUWS

                                                                                                                                                     

Bijbels Prentenboek - 059 - Herbouw van Jerusalem en de Tempel

Van het boek of de maker van de prenten zijn verder geen gegevens bekend.

Gedrukt in 1672 in Lunenburg. Nu aangevuld met de verhalen uit de Bijbel door s.j.s

   Overzicht van alle platen


Herbouw van Jerusalem en de Tempel

Nehemia II 19-20 - Herbouwing van de stadt Jerusalem en van den Tempel

12 Daarna maakte ik mij des nachts op, ik en weinig mannen met mij, en ik gaf geen mens te kennen, wat mijn God in mijn hart gegeven had, om aan Jeruzalem te doen; en er was geen dier met mij, dan het dier, waarop ik reed.
 
13 En ik trok uit bij nacht door de Dalpoort, en voorbij de Drakenfontein, en naar de Mistpoort, en ik brak aan de muren van Jeruzalem, dewelke verscheurd waren, en haar poorten met vuur verteerd.
 
14 En ik ging voort naar de Fonteinpoort, en naar des konings vijver; doch daar was geen plaats voor het dier, om onder mij voort te gaan.
 
15 Toen ging ik op, des nachts, door de beek, en ik brak aan den muur; en ik keerde weder, en kwam in de Dalpoort; alzo keerde ik wederom.
 
16 En de overheden wisten niet, waar ik heengegaan was, en wat ik deed; want ik had tot nog toe den Joden, en den priesteren, en den edelen, en overheden, en den anderen, die het werk deden, niets te kennen gegeven.
 
17 Toen zeide ik tot hen: Gijlieden ziet de ellende, waarin wij zijn, dat Jeruzalem woest is, en haar poorten met vuur verbrand zijn; komt, en laat ons Jeruzalems muur opbouwen; opdat wij niet meer een versmaadheid zijn.
 
18 En ik gaf hun te kennen de hand mijns Gods, Die goed over mij geweest was, als ook de woorden des konings, die hij tot mij gesproken had. Toen zeiden zij: Laat ons op zijn, dat wij bouwen; en zij sterkten hun handen ten goede.
 
19 Als nu Sanballat, de Horoniet, en Tobía, de Ammonietische knecht, en Gesem, de Arabier, dit hoorden, zo bespotten zij ons, en verachtten ons; en zij zeiden: Wat is dit voor een ding, dat gijlieden doet? Wilt gijlieden tegen den koning rebelleren?
 
20 Toen gaf ik hun tot antwoord, en zeide tot hen: God van den hemel, Die zal het ons doen gelukken, en wij, Zijn knechten, zullen ons opmaken en bouwen; maar gijlieden hebt geen deel, noch gerechtigheid, noch gedachtenis in Jeruzalem. 

Nehemia was schenker aan het hof van koning Ataxerxes; een vertrouwenspersoon van de koning

Hij heeft het ver geschopt zou je kunnen zeggen, maar thuis weet hij zich allerminst. In gedachte is hij bij zijn volk in Jeruzalem. Wanneer zijn broer vertelt over de wanhopige situatie van het volk, is hij er helemaal kapot van. Hij legt het in een prachtig voorbeeldgebed voor aan de Heer. Hij beseft dat hij misschien wel de aangewezen man is om aan de situatie van het volk iets te doen. Hij kiest een geschikt moment uit om het aan de koning van Perzië voor te leggen. Het was een risicovol verzoek. Dezelfde koning heeft eerder het besluit genomen dat de muren van Jeruzalem niet herbouwd mag worden (Ezra 4:21-22), omdat Jeruzalem vanouds bekend zou staan als een opstandige en oproerige stad (Ezra 4:15-16). Maar God verandert harten van machthebbers. Waarschijnlijk speelt daarbij ook een verandering van politiek mee: de Perzen kregen steeds meer last van opstandelingen in Egypte en Griekenland. Jeruzalem kon dienen als sterke garnizoensstad tegenover Egypte en Griekenland.

Nehemia pakt de herbouw van de muren van Jeruzalem voortvarend op. Hij zorgt voor bevoorrading, logistiek, mankracht, goede verdeling van taken. Hij blijkt een uitmuntend leider en manager te zijn. Ondanks felle tegenstand lukt het de joden om de muren binnen 52 dagen af te bouwen.

De tegenstand komt van drie mannen: 

Sanballat uit Bet-Choron, Tobia zijn Ammonitische dienaar en de Arabier Gesem. Zij hoorden alle drie tot de oorspronkelijke bevolking van Juda en Samaria. Sanballat was namens de Perzen stadhouder over het gebied ten noorden van Juda, Samaria. Tobia was waarschijnlijk één van zijn ambtenaren. Zowel Sanballat als Tobia waren goed op de hoogte van de joodse godsdienst en gebruiken. Gesem stond aan het hoofd van een aantal Arabische stammen die woonden ten zuiden van de Dode zee.

Nehemia’s leiderschap blijkt ook uit zijn aanpak van het sociale onrecht waar Nehemia 5 over spreekt. Arme en rijke joden bouwen schouder aan schouder aan de muren van Jeruzalem, hele dagen van ‘s morgens vroeg tot ‘s avonds laat. Daarom is er geen tijd om in de onderhoud voor het gezin te voorzien. De rijken houden het nog wel een poosje uit, maar de armen dreigen eraan ten onder te gaan. Nehemia hoort hun klachten aan en pakt het probleem resoluut aan. Hij spreekt de rijken aan op deze oneerlijke ongelijkheid. En geeft zelf het goede voorbeeld.

Het was Nehemia niet alleen maar te doen om herstel van een stad en evenmin om herstel van een nationale volk. Het ging Nehemia om het geestelijke herstel van het volk van God in de stad van God dichtbij het huis van God. Daarom dat naast de herbouw van de muren ook de vernieuwing van de dienst aan Jahwe wordt opgepakt. De aloude wet van Mozes wordt het volk weer voorgelezen en uitgelegd (Nehemia 8) Het oude verbond tussen God en het volk wordt vernieuwd (Nehemia 9-10) Nehemia maakt zich ook druk om de bewoning van Jeruzalem. (Nehemia 7:4 en 11:1-36) Blijkbaar was er een trek naar het platteland, maar om de dienst aan de Heer in Jeruzalem goed te laten verlopen, heeft Jeruzalem inwoners nodig. Via het lot wordt één op de tien families aangewezen om zich in Jeruzalem te vestigen.

Na 12 jaar keert Nehemia terug naar Susan – zoals hij zelf de koning heeft beloofd (Neh 2:6). Bij zijn afwezigheid zie je in Jeruzalem de dingen weer misgaan. Daarom dat Nehemia de koning een tweede keer toestemming vraagt om naar Jeruzalem te gaan. Over deze tweede periode gaat Nehemia 13. Hoe teleurstellend moet het voor Nehemia geweest zijn om te merken dat al zijn inspanningen van 12 jaren zo weinig hebben opgeleverd. Het lijkt of we weer terug bij af zijn. De Grote Hervormers moeten nog komen.

Bijzonderheden uit het boek Nehemia

Restauratie en reformatie van de dienst aan de Heer

Ezra-Nehemia gaat over de periode na de ballingschap. Het is voor ons nauwelijks voor te stellen hoeveel impact de ballingschap gehad moet hebben op het geloof van de Israëlieten. Het verbond tussen Jahwe en Israël leek onschendbaar. God heeft Israël uitgekozen als zijn oogappel; zij mochten wonen in het beloofde land. God woonde te midden van zijn volk in de tempel in de Godsstad. Aan dat alles leek met de ballingschap een einde gekomen te zijn. Tempel en Godsstad zijn verwoest en het volk gedeporteerd. 

Ondertussen is voor de meeste gelovige Joden wel duidelijk geworden dat het een straf van God is op de verbreken van het verbond door Israël. En gelukkig heeft God ook tijdens de ballingschap profeten gestuurd die het volk ook weer uitzicht gaf. Bijvoorbeeld Jeremia: Dit zegt de Heer: als er in Babel zeventig jaar voorbij zijn, zal ik naar jullie omzien. Dan zal ik mijn beloften gestand doen door jullie naar Jeruzalem te laten terugkeren. (Jer 29:10) De steden zullen uit het as herrijzen … Jullie zullen mijn volk zijn en ik zal jullie God zijn. (Jer 30:18 en 22)

Onder Ezra en Nehemia gaan deze beloften in vervulling

Tempel en Godsstad worden herbouwd. Het doel is niet om weer de joodse nationaliteit te herstellen of zelfstandigheid terug te krijgen. Ezra en Nehemia geven leiding aan de restauratie van de dienst aan de Heer. God wil weer wonen te midden van zijn volk. Dan moet er een Godshuis gebouwd worden en een Godsstad waar zijn volk kan wonen. En het allerbelangrijkste: Gods wetten moeten weer gehoord, geleerd en gehoorzaamd worden.

Om de eigen identiteit te bewaren is het nodig dat er een strikte scheiding blijft tussen allen die de Heer trouw willen dienen en de rest. Die scheiding liep in de tijd van Ezra en Nehemia tussen het volk van God en de oorspronkelijke bevolking van Juda en Samaria. De oorspronkelijke bevolking was niet blij met de komst van de ballingen. Wanneer blijkt dat het toch niet tegen te houden is, willen ze mengen met de joden. Maar hun godsdienst is een mengelmoes van invloeden. Om de dienst aan de Heer zuiver te houden mag er geen vermenging komen tussen Joden en de oorspronkelijke bevolking. Dat is niet ingegeven vanuit nationalisme, maar vanuit godsdienstige motieven.

Gods volk in bezettingstijd

Na de ballingschap krijgt het volk niet meer zijn zelfstandigheid terug. Dat betekende voor de joden een nieuwe situatie: leven in bezettingstijd. Ezra en Nehemia roepen niet op om tegen vreemde heersers in opstand te komen. Nee, Perzische koningen blijken instrumenten in Gods hand te zijn. Spreuken 21:1 “De gedachten van de koning zijn als waterstromen in de macht van de Heer, Hij leidt ze waarheen Hij maar wil.” Dat maakt een gelovig leven onder vreemde heersers toch mogelijk.

Aansluiting bij de vaderen

Een ander belangrijk onderwerp is het legitimeren van de ‘nieuwe’ godsdienst in Jeruzalem. Ezra en Nehemia doen er alles aan om te laten zien dat zij in de lijn staan van Mozes. Zij komen niet met iets nieuws, maar zij willen alleen maar de aloude dienst aan de Heer herstellen. Lees maar na in de wetten van Mozes. Daarmee laten zij zien dat zij een voortzetting zijn van het pre-exilischei volk recht hebben op het land. De terugkeer uit ballingschap is een 2de exodus. Daarom dat er ook zoveel aandacht is voor de genealogische afkomst van de ballingen: zij zijn genealogisch verbonden met de voorvaderen.

Verwachting?

Het lijkt op het eerste gezicht dat Ezra en Nehemia vooral gericht zijn op het restaureren van de dienst aan de Heer – het hier en nu - en dat de verwachting van Gods ingrijpen in de toekomst, de verwachting van de Messias, die zo kenmerkend is voor het Joodse geloof, ontbreekt. Dat is maar ten delen waar. Op twee plaatsen in Nehemia zie je dat de verwachting levend is. In het gebed van Nehemia 9, wanneer het verbond tussen God en het volk wordt vernieuwd, wordt de spanning tussen Gods vrijheid en de huidige situatie van het volk aan God voorgelegd (Neh 9:36-37). Maar met name het slot van het bijbelboek Nehemia is een roep om de Grote Hervormers. In Nehemia 13 blijkt hoe weinig de reformatie van Ezra en Nehemia teweeg heeft gebracht onder het volk. Hebben zij dan gefaald? Nee, er is veel bereikt, maar de volmaaktheid nog lang niet. Het gebed om de vervulling van al Gods beloften blijft nodig.

Drie dingen valt op wanneer we op het gebed van Nehemia letten

Hij doet eerst schuldbelijdenis – er zijn natuurlijk allerlei sociologische verklaringen te geven voor de terugval van de kerk in onze tijd. Maar Nehemia leert ons dat wij onszelf daarbij niet mogen overslaan. Gods volk is nooit alleen maar slachtoffer, maar ook zondaar. Ook door ons eigen falen gaat het slecht met de kerk. Daarom begint elke opwekking met verootmoediging en berouw over eigen zonden. En ook al heeft het zich in het verleden afgespeeld, je bent er onderdeel van. Nehemia bidt: ook ik en mijn familie. Hij neemt geen afstand, maar weet zich onderdeel van Gods volk en daarom mede-zondaar. Hij verheerlijkt het verleden niet, maar geeft er ook niet op af. 

Hij beroept zich op Gods beloften – Maarten Luther schijnt ooit gezegd te hebben dat wij de volle zak van Gods beloften voor zijn aangezicht moeten leegschudden. Dat is niet oneerbiedig, maar een teken van een levend geloof. Geloven is niets anders dan je voortdurend weer richten op de beloften van God.

Hij vraagt veel – Nehemia aarzelt dan niet om aan God veel te vragen, zelfs het onmogelijke. Hij heeft een groot vertrouwen in de God van de hemel, de machtige en ontzagwekkende God (1:5) Verlamming en angst als het gaat om de toekomst van de kerk past niet bij een gelovige. Dat kun je beter vertalen in een gebed waarin je voor je gevoel het onmogelijke van God vraagt. Een gebed mist zijn uitwerking niet (Jakobus 5).

Het uitzonderlijke van Nehemia

Nehemia had een enorm vertrouwen had en dat hij een uitstekende leider was die al zijn plannen in afhankelijkheid van God ondernam (zijn voorbeeld schijnt zelfs verwerkt te zijn tot een boekje over leiding geven!).
 
Het bijbelboek Nehemia tekent hem als iemand die gevoelig is en zich intens verbonden voelt met de inwoners van Jeruzalem (Neh. 1:4vv), die bidt tot God (1:5-11 en 2:4), de moed heeft de koning uit te leggen waarom hij verdrietig is (2:3), maar hem ook durft te vragen wat hij nodig denkt te hebben (2:5-8). De koning geeft Nehemia de tijd om naar Jeruzalem af te reizen om muren en poorten te herstellen. In een geheime nachtelijke expeditie inspecteert Nehemia vervolgens de staat van de muren (zie tekening van Gustave Doré) en roept de bewoners op die te her­bouwen (2:17). Het werk ondervindt de weerstand van vijanden en dwingt Nehemia tot maatregelen. Terwijl het ene deel van de knechten aan het bouwen is, zorgt de andere helft voor de veiligheid. Lastdragers werken met maar één hand, terwijl de andere hand een werpspies vasthoudt (4:17). Geslapen wordt er niet en voortvarend wordt de klus in 52 dagen voltooid (6:15).

Meer dan de helft van Nehemia gaat over de herbouw van de muur

Maar waarom was dat nu eigenlijk zo belangrijk? Sinds de terugkeer van Joden uit de ballingschap van Babylon en onder invloed van vooral Haggai was de opbouw van de stad al begonnen. Dat ging ook toen gepaard met tegenstand, zoals Ezra 3:8vv zegt. Haggai spreekt daar echter geen woord over, maar verwijt het volk te dralen met de herbouw (Haggai 1:2.4v). Uiteindelijk komt er toch een nieuwe tempel, al is die niet erg indrukwekkend en niet te vergelijken met de tempel van Salomo. Maar dan, zo’n 80 jaar later, verschijnen na elkaar Ezra en Nehemia op het toneel. De eerste als priester en geleerde, de tweede als de bouwondernemer.
 
Vanwaar toch de obsessie met die muur?

Een echte reden daarvoor wordt niet gegeven in het boek. Er is een emotio­neel argument; Jeruzalem is de stad van de graven van de vaderen. Elders wordt de vervallen staat van de stad in één adem genoemd met de rampspoed van de bevolking. Veiligheid lijkt dus ook een rol te spelen. Maar daarnaast wordt meerdere keren de spot van de tegenstanders genoemd (2:13.17, 3:13). Opnieuw vooral emotioneel. De tegenstanders zinspelen erop dat de herbouw het begin van een opstand tegen de koning is (2:19, 6:6). Dat laatste ontkent Nehemia aan de ene kant met klem (6:7v). Aan de andere kant reageert hij door te zeggen dat God de plannen zal doen lukken en dat de vijanden “deel noch recht noch gedachtenis in Jeruzalem hebben” (2:20). Dat is een argument dat ook in het Jeruzalem van 2009 nog weleens klinkt en natuurlijk weinig tolerant is.
 
De herbouw van de stad moet dus wel te maken hebben veiligheid, maar ook met de wens om iets van de vroegere glorie van Jeruzalem te herstellen, de plaats waar God zijn naam doet wonen temidden van zijn volk (1:9).
 
In de rabbijnse traditie worden Ezra en Nehemia gezien als één boek in twee delen

Van een strikte taakverdeling lijkt ook niet altijd sprake. Het tweede deel van Nehemia gaat immers niet meer over de muur, maar over het leven met God - zoals ook Ezra. De stad kan weer herbouwd zijn, dat neemt niet weg dat er ook een innerlijke vernieuwing nodig is. In hun tijd wezen Haggai en Zacharia op de noodzaak van reinheid. Ezra leest, vergezeld van Nehemia en Levieten, het volk de Thora voor en legt deze uit (Neh. 8:9). Als er later een aantal maatregelen worden genomen, zoals tegen gemengde huwelijken (opnieuw niet erg tolerant!) of om de schulden van armen kwijt te schelden (bepaald vooruit­strevend en sociaal!), zijn het Ezra en Nehemia die samen de leiding nemen. Een bijzondere beslissing is, dat één op de tien mensen wordt verplicht om in Jeruzalem te gaan wonen, blijkbaar om het inwonerpeil omhoog te brengen (11:1v). Pas na al deze gebeurtenissen is het zover dat de muur ook echt kan worden ingewijd, wat met veel feeste­lijkheden gepaard gaat. De muur symboliseert dus vooral de vernieuwing van het verbond door een volk in een kwets­bare situatie.
 
Karakteristiek voor Nehemia is misschien wel vooral wat in het laatste hoofdstuk van het boek te lezen is

Nehemia is teruggekeerd naar Perzië maar brengt later een tweede bezoek aan Jeruzalem. Als hij ontdekt dat veel voorschriften helemaal niet nageleefd worden en de tempel verontreinigd is, begint hij onvermoeibaar als altijd met een nieuwe poging orde op zaken te stellen en het volk aan te moedigen naar de Thora te leven.
 
Het boek Nehemia heeft een open einde

Of Nehemia geslaagd is in zijn missie? Misschien moeten we zijn intentie en inzet leren zien als zijn missie.
 
In die lijn interpeteert rabbijn David Hartman de betekenis van Ezra en Nehemia in zijn boek A Living Covenant. Beide nemen persoonlijk initiatief, zonder dat God hen bepaalde opdrachten geeft, stelt Hartman. Ze hebben dan ook geen enkele garantie dat ze zullen slagen. Een tekst waarnaar Hartman verwijst is Nehemia 9:38, waar het volk het verbond met God vernieuwt, terwijl het erkent een volk van slaven te zijn (9:36). Hartman concludeert hieruit dat Israël zelfs ten tijde van onderdrukking toch de verantwoordelijkheid heeft te leven met de Thora. Ook als de kloof tussen belofte en werkelijkheid niet groter zou kunnen zijn. De stichting van de staat Israël is voor Hartman zo'n poging. Een uit­daging zonder goddelijke garanties.
 
Daar sluit de uitleg van een ander vers op aan. De Joodse traditie vraagt zich af waarom Ezra God aanspreekt als de grote, sterke en geduchte God (9:32; bJoma 69b). Mozes gebruikte dezelfde namen in Deuteronomium 10:17. Jeremia en Daniël weken hiervan echter af. Jeremia maakte de verwoesting van de tempel mee en gaf aan dat hij daarom niet langer van de ontzagwekkende God kon spreken (zie Jer. 32:18). Daniël maakte de ballingschap van het volk mee en kon niet langer van de macht van God spreken (zie Dan. 9:4). Dat Ezra weer wel de drie namen gebruikt komt doordat hij God op nieuwe wijze heeft leren kennen, zeggen de rabbijnen. Gods macht en geduchte daden worden zichtbaar in zijn lankmoedigheid, in het niet-uitoefenen van wraak tegenover vijanden.

Vasthouden aan Gods macht en grootheid 

Ten tijde van machteloosheid en vernedering, verstrooid onder de volken, bleef Israël vasthouden aan Gods macht en grootheid. De lijn wordt in het Avot 4:1 doorgetrokken naar het gedrag van mensen: Wie is machtig? Hij die zijn instinct onderdrukt, zoals gezegd is “De lankmoedige is beter dan de sterke; en die heerst over zijn geest, dan die een stad inneemt” (Spr. 16:33).

 Terug naar startpagina van deze serie

   Bekijk hier de dia-show van de prenten   

                                

INFO: DE WEG - DE WAARHEID HET LEVEN FILM

Handige Bijbel

Remember all victims of violence worldwide   

GEBED  LEEFREGEL  BELIJDENIS  

DE WEG | DE WAARHEID HET LEVEN | FILM | AUDIO

CREATOR

HOLYHOME.NL USE NO COOKIES - REPORT DEAD LINKS

Waard om te weten :

Een hartelijk welkom op de site
Deze pagina printen
Sitemap

Wie zoekt zal vinden

FAQ - HELP

Kerk
Zondag
Advent
Kerstfeest
Driekoningen
Vastentijd
Goede Vrijdag
Aswoensdag
Palmzondag
Palmpasen
De stille week
Witte donderdag
Stille zaterdag
Paaswake
Pasen - Paasfeest
Hemelvaartsdag
Pinksteren
Biddag
Dankdag
Avondmaal
Doop
Belijdenis
Oudjaarsdag
Nieuwjaarsdag
Sint Maarten
Sint Nicolaas
Halloween
Hervormingsdag
Dodenherdenking
Bevrijdingsdag
Koningsdag / Koninginnedag
Gebedsweek
Huwelijk
Begrafenis
Vakantie
Recreatie
Feest- en Gedenkdagen
Symbolen van herkenning
 
Leerzame antwoorden op levens- en geloofsvragen


Hebreeën 4:12 zegt: "Want levend en krachtig is het woord van God, en scherper dan een tweesnijdend zwaard: het dringt diep door tot waar ziel en geest, been en merg elkaar raken, en het is in staat de opvattingen en gedachten van het hart te ontleden"Lees eens: Het zwijgen van God

God heeft zoveel liefde voor de wereld, dat Hij Zijn enige Zoon heeft gegeven; zodat ieder die in Hem gelooft, niet verloren gaat maar eeuwig leven heeft.
Lees eens:  God's Liefde

Schat onder handbereik


Bemoediging en troost

Bible-people - stories of famous men and women in the Bible
Bible-archaeology - archaeological evidence and the Bible
Bible-art - paintings and artworks of Bible events
Bible-top ten - ways to hell, films, heroes, villains, murders....
Bible-architecture - houses, palaces, fortresses
Women in the Bible -
 great women of the Bible
The Life of Jesus Christ - story, paintings, maps

Read more for Study  
Apocrypha, Historic Works
 GELOOF EN LEVEN een
          KLEINE HULP VOOR  ONDERWEG
 

Wie zoekt zal vinden           


www Holyhome.nl

Boeiende Series :

Bijbelvertalingen
Bijbel en Kunst

Bijbels Prentenboek
Biblische Bildern
Encyclopedie
E-books en Pdf
Prachtige Bijbelse Schoolplaten

De Heilige Schrift
Het levende Woord van God
Aan de voeten van Jezus
Onder de Terebint
In de Wijngaard

De Bergrede
Gelijkenissen van Jezus
Oude Schoolplaten
De Zaligsprekingen van Jezus

Goede Vruchten
Geestesgaven

Tijd met Jezus
Film over Jezus
Barmhartigheid

Catechese lessen
Het Onze Vader
De Tien Geboden
Hoop en Verwachting
Bijzondere gebeurtenissen

De Bijbel is boeiend
Bijbelverhalen in beeld
Presentaties en Powerpoints
Bijbelse Onderwerpen

Vrede van God voor jou
Oude bijbel tegels

Informatie over alle kerken in Nederland: Kerkzoeker
 
Bible Study: The Bible alone!
L'étude biblique: Rien que la Bible!
Bibelstudium: Allein die Bibel!  

Materiaal voor het Digibord
Werkbladen Bijbelverhalen Bijbellessen
OT Hebreeuws-Engels
NT Grieks-Engels

Naslagwerken
Belijdenissen
Een rijke bron

Missale Romanum + Afbeeldingen
Stripboek over Jezus
Christelijke Symbolen
Plaatjes Afbeeldingen Clipart
Evangelie op Postzegels

Harmonium Huisorgel
Godsdiensten en Religies
Herinnering aan Kerken

Christian Country Music
Muzikale ontspanning
Software voor Bijbelstudie
Hartverwarmende Klanken
Read and Hear the Holy Bible
 Luisterbijbel

Bijbel voor Slechtzienden Begrippenlijst   -1-   -2-

Meer weten over de Psalmen, gezangen, liturgieën, belijdenisgeschriften: Catechismus, Dordtse Leerregels en veel andere informatie? . Kijk opOnline-bijbel.nl
         
  (
What's good, use it)