De prachtige jas van Jozef
Genesis 37



Jozef was een van Jakobs twaalf
zonen. Jakob hield meer van Jozef
dan van al zijn andere zonen.

Jakob lief een kleurige jas voor Jozef
maken. Zijn broers waren heel jaloers.
Zij wilden ook wel zo'n mooie jas. En
zij wilden net zoveel liefde van hun
vader krijgen als Jozef.

Jozef vertelde een droom aan zijn familie.
Hij zei: 'Wij haalden samen graan van het
veld. Jullie bundels met graan bogen zich
neer voor mijn graanbundels.'

Daarna had Jozef nog een droom. Hij zie:
'In deze droom bogen de zon, de maan en
elf sterren voor mij neer.'Zijn vader vroeg:
'Betekent dit soms dat wij op een dag allemaal
voor jou zullen buigen?'

Nu waren Josefs broers nóg bozer.
Ze gooiden Jozef in een droge put.

Er kwamen een paar handelaars langs.
Jozef werd door zijn broers als slaaf aan
hen verkocht.

Tegen hun vader logen de broers
over jozef. Ze zeiden dat hij door
een wild dier gedood was.
Maar God liet Jozef niet alleen.