HOME | STUDIEBIJBEL | BIJBELSTUDIES | BIJBELATLAS | BIJBELSEGESCHIEDENIS | NIEUWS

                                                                                                                                                     

Liederen in de Bijbel



Liederen, een steun voor nog steeds velen en echt niet alleen voor mensen die tot een bepaalde kerkgemeenschap behoren ! Ze zijn voortgekomen  uit de -hoogten en diepten- van het menselijk bestaan.

Exodus.  15,1-18........................Zegelied van Mozes

1 ¶ Toen zong Mozes met de Israelieten de Here dit lied en zij zeiden: Ik wil  de Here  zingen, want Hij is hoog verheven, het paard en zijn ruiter stortte Hij in de zee.
2 De Here is mijn kracht en mijn psalm, Hij is mij tot heil  geweest. Hij is mijn God, Hem verheerlijk ik, de God mijns vaders, Hem prijs  ik.
3 De Here is een krijgsheld; Here is zijn naam.
4 De wagens van Farao  en zijn legermacht wierp Hij in de zee; de keur van zijn wagenhelden werd in de Schelfzee gedompeld.
5 Watervloeden overdekten hen; in de diepte zonken zij als een steen.
6 Uw rechterhand, Here, heerlijk door kracht, uw rechterhand,  Here, verpletterde de vijand.
7 In uw grote majesteit vernietigdet Gij wie tegen U opstonden;  Gij liet uw toorngloed los, hij verteerde hen als  stoppels.
8 Door de adem van uw neus werden de wateren opgestuwd; als een dam  stonden de stromen; de watervloeden stolden in het hart der zee.
9 De vijand  zeide: Ik  achtervolg, haal in, deel de buit; ik koel mijn lust aan hen, trek mijn zwaard; mijn hand roeit hen uit.
10 Gij bliest met uw adem, de zee  overdekte hen; als lood zonken zij in geweldige wateren.
11 Wie is als Gij, onder de  goden, Here, wie is als Gij, heerlijk in heiligheid vreselijk in roemrijke daden, wonderbaar in uw doen?
12 Gij strektet uw rechterhand uit;  de aarde verzwolg hen.
13 Gij leiddet in uw goedertierenheid het volk dat Gij verlost hebt; Gij leiddet het door uw kracht naar uw heilige woonstede.
14 Volkeren hoorden het, zij sidderden; beving greep de bewoners van Filistea aan.
15 Toen verschrikten Edoms stamhoofden, huivering greep Moabs  machtigen aan; alle bewoners van Kanaan sidderden.
16 Ontzetting en schrik overviel hen, door uw geweldige arm verstarden zij als een steen, terwijl uw volk, Here,  doortrok, uw volk, dat Gij U hebt verworven, doortrok.
17 Gij brengt hen en plant hen op de berg die uw erfdeel is; de plaats die Gij, Here, tot uw woning gemaakt hebt; het heiligdom, Here, door uw hand gesticht.
18 De Here regeert voor altoos en eeuwig.

Deuteronomium.32,1-43..........Afscheidslied van Mozes

Toen sprak Mozes ten aanhoren van de gehele gemeente van Israel de woorden van dit lied  ten einde toe.
1 ¶ Neigt uw oor, gij hemelen, dan wil ik  spreken, en de aarde hore naar de woorden van mijn mond.
2 Mijn leer druipe als regen, mijn rede druppele als dauw, als regenbuien op het jonge groen, en  als regenstromen op het kruid;
3 want ik zal de naam des Heren uitroepen; geeft grootheid onze God,
4 de Rots, wiens werk volkomen is, omdat al zijn wegen recht zijn; een God van trouw, zonder onrecht, rechtvaardig en waarachtig is Hij.
5 Verderfelijk hebben tegen Hem gehandeld, die zijn zonen niet zijn, maar een schandvlek, een verkeerd en vals geslacht.
6 Vergeldt gij op deze wijze de Here, gij dwaas en onwijs volk? Is Hij niet uw Vader, die u  geschapen  heeft, die u gemaakt heeft en toebereid?
7 ¶ Gedenk aan de dagen van weleer let op de jaren van geslacht na geslacht; vraag uw vader, dat hij het u meedele, uw oudsten, dat zij het u zeggen.
8 Toen de Allerhoogste aan de volken hun erfenis toedeelde, toen Hij de mensenkinderen van elkander scheidde, heeft Hij  de grenzen der volken vastgesteld naar het aantal der zonen van Israel.
9  Want des Heren deel is zijn volk, Jakob het Hem toegemeten erfdeel.
10 Hij vond hem in een land van steppen, in een woest land van gehuil in de wildernis.  Hij beschutte hem, lette op hem, bewaarde hem als zijn oogappel.
11 Als een arend, die zijn broedsel opwekt, over zijn jongen zweeft, zijn wieken  uitspreidt, er een opneemt en draagt op zijn vlerken,
12 zo heeft hem de Here  alleen geleid, en geen vreemde god stond hem terzijde.
13 Hij deed  hem rijden over de hoogten der aarde, en eten de opbrengst van het veld; Hij deed  hem honig zuigen uit de rots, en olie uit het keihard gesteente.
14 Boter van runderen en melk van kleinvee, met vet van lammeren; en rammen van  Basan en bokken, met het vetste der tarwe; en druivebloed dronkt gij, schuimende  wijn.
15 ¶ Toen werd Jesurun vet, en sloeg achteruit, vet werd gij, dik en vet gemest, en hij verwierp God, die hem gemaakt had, hij minachtte de  Rots van  zijn heil.
16 Zij verwekten Hem tot naijver door vreemde goden, met gruwelen  krenkten zij Hem;
17 zij offerden aan de boze geesten, die geen goden zijn,  aan goden, die zij niet hebben gekend, nieuwe goden, die kort tevoren opgekomen  waren, voor welke uw vaderen niet gehuiverd hadden.
18 De Rots, die u verwekt  heeft, hebt gij veronachtzaamd en vergeten de God, die u heeft  voortgebracht.
19 ¶ Toen de Here dat zag, heeft Hij hen verworpen,  omdat Hij gekrenkt was door zijn zonen en dochteren;
20 Hij zeide: Ik wil mijn  aangezicht voor hen verbergen en zien, wat hun einde wezen zal, want zij zijn een verkeerd geslacht, kinderen, die geen trouw kennen.
21 Zij verwekten Mij tot naijver door wat geen god is, zij krenkten Mij met hun ijdelheden. Daarom  zal Ik hen tot naijver verwekken door wat geen natie is, door een dwaas volk zal  Ik hen krenken.
22 Want een vuur is in mijn toorn  ontstoken, het brandt tot in de diepten van het dodenrijk; het verteert de aarde met wat zij opbrengt en  verzengt de grondvesten der bergen.
23 Ik zal rampen over hen ophopen, al  mijn pijlen tegen hen afschieten.
24 Als zij uitgeput zijn van honger en verteerd van koortsgloed en dodelijke ziekte, dan zal Ik de tanden der wilde  dieren tegen hen loslaten, met het venijn van wat schuifelt in het stof.
25 Buitenshuis zal het zwaard verdelgen, en  binnenskamers de ontzetting: jongeling zowel als maagd, zuigeling en grijsaard.
26 ¶ Ik zou gezegd hebben: Ik zal  hen wegblazen, een einde maken aan hun gedachtenis onder de stervelingen,
27 indien Ik de hoon van de vijand niet gevreesd had, dat hun tegenstanders het zouden misverstaan en zeggen: onze hand was verheven, niet de Here heeft dit alles gedaan.
28 Want zij zijn een volk, dat elk begrip mist, en er is bij hen geen inzicht.
29 Indien zij wijs waren, zouden zij dit verstaan, zij zouden op hun einde letten.
30 Hoe zou een er duizend kunnen najagen en  zouden twee er tienduizend op de vlucht kunnen drijven, als niet hun Rots hen  verkocht en de Here hen prijsgegeven had.
31 Want hun rots is niet als onze  Rots; onze vijanden mogen zelf oordelen.
32 Waarlijk, hun wijnstok stamt uit  de wijnstok van Sodom en uit de wijngaarden van Gomorra; hun druiven zijn giftige druiven,  bitter zijn hun trossen.
33 Hun wijn is slangevenijn en wreed addervergif.
34 Is het niet bij Mij weggeborgen, verzegeld in mijn  schatkamers?
35 Mij komt de wraak toe en de vergelding tegen de tijd, dat hun voet zal  wankelen, want de dag van hun verderf is nabij, snel komt nader wat  over hen is beschikt.
36 Want de Here zal recht doen aan zijn volk en Zich ontfermen over zijn knechten; wanneer Hij ziet, dat hun kracht vergaan is, van hoog  tot laag allen hun einde gevonden hebben,
37 dan zal Hij zeggen: Waar  zijn hun goden, (de rots, waarbij zij schuilden)
38 die het vet van hun slachtoffers aten, de wijn van hun plengoffers dronken? Laat hen opstaan om u  te  redden, zodat gij bescherming vindt.
39 ¶ Ziet nu, dat Ik, Ik het ben,  daar is geen God, behalve Mij. Ik dood en doe herleven, Ik verbrijzel en Ik genees, en niemand is er die redt uit mijn macht.
40 Voorwaar, Ik hef mijn hand ten hemelen zeg: Zowaar Ik in eeuwigheid leef:
41 als Ik mijn bliksemend  zwaard wet, en mijn hand grijpt naar het gericht, dan zal Ik wraak oefenen aan  mijn tegenstanders, en vergelding brengen over  wie Mij haten.
42 Ik zal mijn pijlen dronken maken van bloed, en mijn zwaard zal vlees verslinden: het bloed der verslagenen en der gevangenen, de harige hoofden der vijanden.
43 Jubelt, gij natien, om zijn volk, want Hij  wreekt het bloed van zijn knechten, Hij  oefent wraak aan zijn tegenstanders en verzoent zijn land, zijn volk.

I  Samuel.2,1-10..........................Lied van Hanna

1 ¶ Toen bad Hanna en zeide: Mijn hart juicht in de Here, mijn hoorn is  verhoogd in de Here. Wijd opent zich mijn mond tegen mijn vijanden, want ik verheug mij in uw hulp.
2 Er is niemand heilig gelijk de Here, want niemand  is er buiten U, en er is geen rots gelijk onze God.
3 Spreekt toch niet  steeds zo hoogmoedig, geen verwaten taal kome uit uw mond. De Here immers is een  alwetend God en door Hem worden de daden getoetst.
4 De boog der helden is  verbroken, maar de wankelenden zijn met kracht omgord.
5 Wie verzadigd waren, verhuren zich om brood, maar wie hongerig waren, mogen rusten. Zelfs een onvruchtbare baart er zeven, maar wie rijk was aan kinderen, verwelkt.
6 De Here doodt en doet herleven, Hij doet naar het dodenrijk neerdalen en daaruit  opkomen.
7 De Here maakt arm en maakt rijk; Hij vernedert, ook verhoogt Hij.
8  Hij heft de geringe op uit het stof, Hij heft de arme omhoog uit het  slijk, om hem te doen zitten bij edelen, en een erezetel te doen verwerven. Want de grondvesten der aarde zijn des Heren; Hij heeft daarop het aardrijk gesteld.
9 De voeten zijner gunstgenoten behoedt Hij, maar de goddelozen  komen om in duisternis, want niet door kracht is een man sterk.
10 Wie met de  Here twisten, worden gebroken; over hen dondert Hij in de hemel. De Here richt  de  einden der aarde; Hij geeft sterkte aan zijn koning en verhoogt de hoorn van  zijn gezalfde.

I  Kronieken.29,10-18...............Dankgebed van David

10 ¶ Toen prees David de Here ten aanschouwen van de gehele gemeente, en David zeide: Geprezen zijt Gij, Here, God van onze vader Israel, van eeuwigheid  tot eeuwigheid.
11 Van U, o  Here, is de grootheid en de kracht, de  heerlijkheid, de roem en de majesteit, ja, alles wat in de hemel en op de aarde is; van U is de heerschappij, o Here, en Gij zijt als hoofd boven alles  verheven.
12 Want rijkdom en eer komen van U, en Gij heerst over alles; in uw  hand is sterkte en kracht, en Gij hebt het in uw macht een ieder groot en sterk te maken.
13 Thans loven wij U, o onze God, en prijzen wij uw heerlijke  naam.
14 Wie toch ben ik, en wat is mijn volk, dat wij in staat zouden zijn  zulke vrijwillige gaven te schenken? Want het komt alles van U, en wij geven het U uit uw hand.
15 Voorwaar, wij zijn vreemdelingen en bijwoners voor uw aangezicht, gelijk al onze  vaderen; als een schaduw zijn onze dagen op aarde,  zonder hoop.
16 Here, onze God, al deze rijkdom die wij bijeengebracht hebben om U een huis te bouwen voor uw heilige naam, komt uit uw hand; U behoort het  alles.
17 Ik weet,  mijn God, dat Gij het hart toetst en een welbehagen hebt  in oprechtheid; Ik heb in oprechtheid mijns harten U dit alles vrijwillig  gegeven; nu heb ik met vreugde gezien, hoe ook uw volk dat zich hier bevindt, U  vrijwillig gaven bracht.
18 Here, God van onze vaderen Abraham, Isaak en  Israel, houd deze gezindheid in het hart van uw volk voor altijd in stand, en  richt hun hart op U.

 Tobias.13,1-9............................Lied van Tobit

Tobias.13,10-15 + 17-19........Lied van Tobit II

Judit 16,15-19...........................Lied van  Judit

Wijsheid. 9,1-12.......................Gebed van Salomo

 Sirach.36,1-17..........................Gebed van Jezus Sirach

Jesaja.2,2-5...............................Sionslied van Jesaja

2 En het zal geschieden in het laatste der dagen: dan zal de berg van het  huis des Heren vaststaan als de hoogste der bergen, en hij zal verheven zijn boven de heuvelen. En alle volkeren zullen derwaarts heenstromen
3 en vele  natien zullen optrekken en zeggen: Komt, laten wij opgaan naar de berg des  Heren, naar het huis van de God Jakobs, opdat Hij ons lere aangaande zijn wegen en opdat wij zijn paden bewandelen. Want uit Sion zal de wet uitgaan en des Heren woord uit Jeruzalem.
4 En Hij zal richten tussen volk en volk en  rechtspreken over machtige natien. Dan zullen zij hun zwaarden tot ploegscharen omsmeden en hun speren  tot snoeimessen; geen volk zal tegen een ander volk het  zwaard opheffen, en zij zullen de oorlog niet meer leren.
5 Huis van Jakob,  komt, laten wij wandelen in het licht des Heren.

Jesaja.12,1-2  ,6..................Danklied. van Jesaja

¶ En gij zult te dien dage zeggen: Ik loof U, Here, omdat Gij toornig op mij zijt geweest; uw toorn heeft zich afgewend en Gij vertroost mij.
2 Zie, God is mijn heil, ik vertrouw en vrees niet, want mijn sterkte en mijn psalm is de Here Here, en Hij is mij tot heil geweest.
3 Dan zult gij met vreugde water scheppen uit de bronnen des heils.
4 ¶ En gij zult te dien dage zeggen: Looft de Here, roept zijn naam aan, maakt onder de volken zijn daden bekend, vermeldt,  dat zijn naam verheven is.
5  Psalmzingt de Here, want Hij heeft grootse  dingen gedaan; dit worde bekendgemaakt op de ganse aarde.
6 Juicht en jubelt,  inwoners van Sion, want groot in uw midden is de Heilige Israels.

Jesaja.26,1-12.................Jesaja's lied van vertrouwen

1 ¶ Te dien dage zal in het land Juda dit lied gezongen worden: Wij hebben een sterke  stad; Hij stelt heil tot muren en voorwal.
2 Opent de poorten,  opdat een rechtvaardig volk binnenga, dat zijn trouw bewaart.
3 Standvastige zin bewaart Gij in volkomen vrede, omdat men op U vertrouwt.
4 Vertrouwt op de Here voor immer, want de Here Here is een eeuwige rots.
5 ¶ Want Hij heeft de bewoners der hoogte, der ontoegankelijke veste neergeworpen, Hij vernedert  haar, vernedert haar tot de grond toe, doet haar tot in  het stof  neerstorten.
6 Voeten zullen haar vertreden: de voeten der ellendigen, de treden der geringen.
7 Het pad des rechtvaardigen is effen; Gij baant voor de rechtvaardige een effen spoor.
8 Ook in de weg uwer gerichten hebben wij U  verwacht, o Here; naar uw naam en naar uw gedachtenis ging ons zielsverlangen uit.
9 Van ganser harte verlang ik naar U in de nacht, ja, uit het diepst van mijn gemoed zoek ik U; want wanneer uw gerichten op de aarde zijn, leren de  inwoners der wereld gerechtigheid.
10 Al wordt de goddeloze genade bewezen, hij leert geen gerechtigheid; hij handelt slecht in een land van recht en de  majesteit des Heren ziet hij niet.
11 Here, uw hand is verheven, maar zij beseffen het niet; zij zullen het echter beseffen en beschaamd staan over uw  ijver voor het volk. Ja, het vuur over uw tegenstanders zal hen verteren.
12 ¶ Here, Gij zult vrede over ons beschikken, want ook  al onze daden hebt Gij voor ons verricht.

Jesaja.33,13-18.......................Jesaja's lied van de vrome

13 ¶ Hoort wat Ik doe, gij die verre zijt; gij die nabij zijt, erkent mijn macht.
14 De zondaars in Sion vrezen, beving grijpt de godvergetenen aan. Wie onzer kan verkeren bij een  verterend vuur; wie onzer kan verkeren bij een eeuwige gloed?
15 Hij, die in gerechtigheid wandelt en oprecht spreekt; die gewin, door afpersing verkregen, versmaadt; die zijn handen weerhoudt om een geschenk aan te nemen, zijn oor toestopt om niet naar een moordplan te horen en zijn ogen toesluit om het slechte niet aan te zien.
16 Die zal op hoogten  wonen; rotsvestingen zullen zijn burcht wezen; zijn brood is gewis, zijn water  verzekerd.
17 Uw  ogen zullen de Koning in zijn schoonheid aanschouwen; zij zullen een wijd uitgestrekt land zien;
18 uw hart zal de verschrikking  overpeinzen

 Jesaja.38,10-20......................Lied van Hizkia

10 Ik zeide: In de bloei mijner dagen moet ik heengaan door de poorten van het dodenrijk, ik zal derven  de rest mijner jaren.
11 Ik zeide: Ik zal de Here niet zien, de Here in het land der levenden; ik zal geen mens meer  aanschouwen onder de bewoners der wereld.
12 Mijn woning werd afgebroken en  van mij weggerukt als de tent  van een herder; ik wikkelde mijn leven samen als  een wever, Hij snijdt mij af van de drom.
13 Dag en nacht geeft Gij mij  prijs; tot aan de morgen zoek ik tot rust te komen. Als een leeuw, zo verbreekt Hij al mijn beenderen. Dag en nacht geeft Gij mij prijs.
14 Als een zwaluw, zo tjilp ik; ik kir als een duif. Mijn ogen smachten naar den hoge; o Here, ik ben angstig, wees borg voor mij.
15 Wat zal ik zeggen, daar Hij tot mij gesproken heeft en Hij  het ook gedaan heeft? Ik zal al mijn jaren voortschrijden na dit bittere zieleleed.
16 Here, bij deze dingen leeft men,  ja, in die alle is het leven van mijn geest: dat Gij mij zult gezond maken en doen leven.
17 Zie, mijn bittere beproeving werd tot heil. Gij toch zijt het,  die mijn leven gered hebt van de groeve der vernietiging, want Gij hebt al mijn  zonden achter uw rug geworpen.
18 Want het dodenrijk looft U niet, de dood  prijst U niet; wie in de groeve zijn neergedaald, hopen niet op uw trouw.
19 De levende, de levende, hij looft U, zoals ik heden doe; de vader maakt zijn zonen uw trouw bekend.
20 De Here is gereed om mij te verlossen. Daarom doen  wij het  snarenspel klinken al de dagen van ons leven in het huis des Heren.

Jesaja.40,10-17......................Jesaja's lied van de  Machtige

10 Zie, hier is uw God! Zie, de Here Here zal komen met kracht en zijn arm zal heerschappij oefenen; zie, zijn loon is bij Hem en zijn vergelding gaat voor Hem uit.
11 Hij zal als een herder zijn kudde weiden, in zijn arm de lammeren vergaderen en ze in zijn schoot dragen; de zogenden zal Hij zachtkens  leiden.
12 ¶ Wie mat de wateren met zijn holle hand, bepaalde de omvang der  hemelen met een span, vatte met  een maat het stof der aarde, woog de bergen met  een waag en de heuvelen met een weegschaal?
13 Wie bestuurde de Geest des  Heren en onderrichtte Hem als zijn raadsman?
14 Wie raadpleegde Hij, dat deze Hem inzicht zou geven,  het rechte pad zou leren, kennis bijbrengen en de weg  des verstands doen kennen?
15 Zie, volken zijn geacht als een druppel aan een emmer en als een stofje aan een weegschaal; zie, eilanden zijn als fijn stof,  dat uitgestrooid wordt;
16 de Libanon is niet toereikend als brandhout, en zijn wild gedierte niet ten brandoffer.
17 Alle volken zijn als niets voor Hem, zij worden door Hem beschouwd als nietig en ijdel.

Jesaja.42,10-16......................Loffied van Jesaja

10 Zingt de Here een nieuw lied, zijn lof van het einde der aarde, gij die de  zee bevaart  en haar volheid; gij kustlanden en hun bewoners.
11 Laten de  woestijn en haar steden de stem verheffen, de dorpen waar Kedar woont; laten de rotsbewoners jubelen, laten zij van de top der bergen juichen.
12 Laten zij de Here eer geven en zijn lof in de kustlanden vermelden.
13 ¶ De Here trekt uit als een held; als een krijgsman doet Hij de strijdlust ontbranden; Hij heft  de strijdkreet aan, ja schreeuwt die uit; Hij betoont Zich  een held tegen zijn vijanden.
14 Ik heb van oudsher gezwegen, Ik heb gezwegen en Mij ingehouden; nu zal Ik schreeuwen als een barende vrouw;
15 Ik zal snuiven en hijgen  tegelijk. Ik zal bergen en heuvels verschroeien en al  hun gewas zal Ik doen  verdorren; Ik zal rivieren tot land maken en plassen zal Ik doen opdrogen.
16 En Ik zal de blinden leiden op een weg die zij niet kenden; op paden die zij niet kenden, zal Ik hen doen treden; Ik zal de  duisternis voor hen uit tot licht maken en de oneffen plaatsen tot een vlakte. Dit zijn de dingen die Ik  doen zal en die Ik niet zal nalaten.

 Jesaja.45,15-25.....................Reddingslied van Jesaja

15 Voorwaar, Gij zijt een God, die Zich verborgen houdt, de God van Israel,  een Verlosser.
16 Zij staan beschaamd en zijn ook te schande geworden, allen  tezamen zijn zij smadelijk afgedropen, de makers van afgodsbeelden.
17 Israel  wordt door de Here verlost met een eeuwige verlossing; gij zult noch beschaamd  staan noch  te schande worden in alle eeuwigheid.
18 Want zo zegt de Here, die de hemelen geschapen heeft (Hij is God) die de aarde geformeerd en haar  gemaakt heeft, Hij heeft haar gegrondvest; niet tot een baaierd heeft Hij haar geschapen,  maar ter bewoning heeft Hij haar geformeerd: Ik ben de Here en er is geen ander.
19 Ik heb niet in het verborgene gesproken noch ergens in het  land der duisternis; Ik heb tot het nakroost van Jakob niet gezegd: Zoekt Mij tevergeefs. Ik, de Here, spreek wat recht is, verkondig wat rechtmatig is.
20 ¶ Vergadert u en komt, nadert tezamen, gij die uit de volken ontkomen zijt. Zij  hebben geen begrip, die hun houten beeld dragen en bidden tot een god  die niet  verlossen kan.
21 Verkondigt en voert gronden aan. Ja, laten zij tezamen  beraadslagen. Wie heeft dit vanouds doen horen, het van overlang verkondigd? Ben Ik het niet, de Here? En er is geen God behalve Ik, een rechtvaardige, verlossende God is er buiten Mij niet.
22 Wendt u tot Mij en laat u verlossen, alle einden der aarde, want Ik ben God en niemand meer.
23 Want Ik heb gezworen bij Mij zelf, waarheid is uit mijn mond uitgegaan, een woord dat  niet zal worden herroepen: dat voor Mij elke knie zich zal buigen, dat bij Mij elke tong zal zweren.
24 Alleen bij de Here, zal men van Mij zeggen, is  gerechtigheid en sterkte, tot Hem zal men komen; maar beschaamd  zullen staan  allen die tegen Hem in woede ontstoken zijn;
25 in de Here wordt het gehele nakroost van Israel gerechtvaardigd en zal het zich beroemen.

 Jesaja.49,7-13.......................Jesaja's lied van het  herstel

7 ¶ Zo zegt de Here, Israels Verlosser, zijn Heilige, tot de diep verachte,  de bij het volk verafschuwde, de knecht van heersers: Koningen zullen dit zien  en opstaan; vorsten, en zich nederbuigen, ter wille van de Here, die getrouw is,  de Heilige Israels, die u verkoren heeft.
8 Zo zegt de Here: Ten tijde des welbehagens heb Ik u verhoord, en ten dage des heils heb Ik u geholpen; Ik zal u  behoeden en u stellen tot een verbond voor het volk om het land weder te  herstellen, om verwoeste eigendommen weer tot een erfdeel te maken,
9 om tot de gevangenen te zeggen: Gaat uit! tot hen die in de duisternis zijn: Komt te  voorschijn! Aan de wegen zullen zij weiden, op alle kale heuvels zal hun weide  zijn;
10 zij zullen hongeren noch dorsten, woestijngloed noch  zonnesteek zal  hen treffen, want hun Ontfermer zal hen leiden en hen voeren aan waterbronnen.
11 En Ik zal al mijn bergen tot een weg maken en mijn heerbanen  zullen opgehoogd worden.
12 Zie, dezen komen uit de verte, genen  uit het noorden en het westen, weer anderen uit het land Sinim.
13 ¶ Jubelt, gij hemelen, en juich, gij aarde, breekt uit in gejubel, gij bergen, want de Here  heeft zijn volk getroost en Zich over zijn ellendigen ontfermd.

Jesaja.61,10-62,5.................Jesaja's lied van Gods beminde

10 ¶ Ik verblijd mij zeer in de Here, mijn ziel juicht in mijn God, want Hij heeft mij bekleed met de klederen des heils, met de mantel der gerechtigheid heeft Hij mij omhuld, gelijk een bruidegom, die zich als een priester het  hoofdsieraad ombindt, en gelijk een bruid, die zich met haar versierselen tooit.
11 Want zoals de aarde haar gewas voortbrengt en een hof zijn zaaisel  doet uitspruiten, zo zal de Here Here gerechtigheid en lof doen uitspruiten voor het oog van alle volken.
1 ¶ Om Sions wil zal ik niet zwijgen en om Jeruzalems wil zal ik niet rusten, totdat zijn heil opgaat als een lichtglans en  zijn verlossing als een brandende fakkel.
2 Volken zullen uw heil zien, alle koningen uw heerlijkheid en men zal u noemen met een nieuwe naam, die de mond des Heren zal bepalen;
3 gij zult een sierlijke kroon in de hand des Heren  zijn, een koninklijke tulband in de hand van uw God.
4 Men zal u niet meer  noemen: Verlatene, en men zal uw land niet meer noemen: Woestenij; maar gij zult  genoemd worden: Mijn Welgevallen, en uw land: Gehuwde. Want de Here heeft een  welgevallen aan u, en uw land wordt ten huwelijk genomen.
5 Want zoals een jongeling een maagd huwt, zullen uw zonen u huwen, en zoals de bruidegom zich  over de bruid verblijdt, zal uw God Zich over u verblijden.

Jesaja.66,10-14....................Vreugdelied van Jesaja

10 Verheugt u met Jeruzalem en juicht over haar, gij allen die haar liefhebt.  Verblijdt u over haar met blijdschap, gij allen die over haar treurt, opdat gij  zuigt  en u laaft aan haar vertroostende borst,
11 opdat gij met volle teugen  u laaft aan haar rijke moederborst.
12 Want zo zegt de Here: Zie, Ik doe haar  de vrede toestromen als een rivier en de heerlijkheid der volken als een  overvolle beek; dan zult gij zuigen, gij zult op de heup gedragen en op de knieen gekoesterd worden.
13 Zoals iemands moeder hem troost, zo zal Ik u  troosten, ja, in Jeruzalem zult gij getroost worden.
14 Als gij het ziet, zal uw hart zich verblijden, en uw gebeente zal gedijen als het jonge groen; de hand des Heren zal zich aan zijn knechten doen kennen en Hij zal toornen op zijn  vijanden.

 Jeremia.14,17-21.................Gebed van Jeremia

17 ¶ Spreek dus dit woord tot hen: Mijn ogen moeten van tranen vloeien nacht en dag zonder tot rust te komen, want met een grote breuk is de jonkvrouw, de  dochter mijns volks, gebroken, met een zeer zware slag.
18 Als ik uitga in het veld, ziedaar, de gevelden door het zwaard; als ik kom in de stad, ziedaar,  van honger  verkwijnenden! Ja, zelfs profeet en priester zwerven rond in het land en weten geen raad.
19 Hebt Gij Juda dan geheel en al verworpen? Heeft uw ziel een afkeer van Sion? Waarom hebt Gij ons geslagen, zodat er voor ons  geen genezing is? Hoop op vrede, maar er is niets goeds; op een tijd van  genezing, maar zie, verschrikking!
20 Wij kennen, Here, onze goddeloosheid, de ongerechtigheid onzer vaderen, dat wij tegen U gezondigd hebben.
21 Verwerp niet om uws naams wil, onteer niet uw heerlijke troon! Gedenk; verbreek  niet uw verbond met ons!

Jeremia.31,7-14...................Troostlied van Jeremia

7 Want zo zegt de Here: Jubelt van vreugd over Jakob, juicht om het hoofd der  volkeren, verkondigt, looft en zegt: de Here heeft zijn volk verlost, het overblijfsel van Israel.
8 Zie, Ik breng hen uit het land van het noorden en  verzamel hen van de einden der aarde; onder hen blinden en lammen, zwangeren en  barenden tezamen; in een grote schare zullen zij hierheen terugkeren.
9 Onder  geween zullen zij komen  en onder smeking zal Ik hen leiden; Ik zal hen voeren  naar waterbeken op een effen weg, waarop zij niet struikelen. Want Ik ben Israel  tot een vader, en Efraim, die is mijn eerstgeborene.
10 ¶ Hoort het woord des Heren, o  volken, verkondigt het in verre kustlanden en zegt: Hij, die Israel  verstrooide, zal het verzamelen en het behoeden als een herder zijn kudde.
11 Want de Here maakt Jakob vrij en verlost hem uit de macht van wie sterker is dan  hij.
12 Zo komen zij jubelend op de hoogte van Sion en stromen toe naar het goede des Heren, naar koren, most en olie, naar schapen en runderen; hun ziel zal zijn als een besproeide hof, zij zullen nooit meer versmachten.
13 Dan verheugt zich het meisje in de reidans, jongelingen en grijsaards tezamen. Ik verander hun rouw in vreugde. Ik troost en verblijd hen na hun smart.
14 Ik laaf de ziel der priesters met het vette en mijn volk wordt met het  goede  van Mij verzadigd, luidt het woord des Heren.

Ezechiel.36,24-28..............Ezechiels lied van genade

24 Ik zal u weghalen uit de volken en u bijeenvergaderen uit alle landen, en Ik zal u brengen naar uw eigen land;
25 ¶ Ik zal rein water over u sprengen,  en gij zult rein worden; van al uw onreinheden en van al uw afgoden zal Ik u reinigen;
26 een nieuw hart zal Ik u geven en een nieuwe geest in uw binnenste; het hart van steen zal Ik uit uw lichaam verwijderen en Ik zal u een  hart van vlees geven.
27 Mijn Geest zal Ik in uw binnenste geven en maken, dat gij naar mijn inzettingen wandelt en naarstig mijn verordeningen  onderhoudt.
28 Gij zult wonen in het land dat Ik uw vaderen gegeven heb; gij zult Mij tot een volk zijn en Ik  zal u tot een God zijn.

Daniel.3,26-45....................Gebed van Azarja

Daniel.3,52-90....................Lied van de drie jongemannen

Jona,2,3-10..........................Lied van Jona

2 Hij zeide: Ik riep uit mijn nood tot de Here en Hij antwoordde mij; uit de schoot van het  dodenrijk schreeuwde ik, Gij hoordet mijn stem.
3 Gij hadt mij geworpen in de diepte, in het hart der zee, en een waterstroom omving mij; al uw brandingen en uw golven gingen over mij heen.
4 En ik, ik zeide: verstoten ben ik  uit uw ogen, zou ik ooit weer uw heilige tempel  aanschouwen?
5 Wateren omringden mij, zij bedreigden mijn leven, de diepte  omving mij, met zeewier was mijn hoofd omwonden.
6 Tot de grondvesten der bergen zonk ik neer; de grendelen der aarde waren voor altoos achter mij. Toen trokt Gij mijn leven uit de groeve omhoog, o, Here, mijn God!
7 Toen mijn  ziel in mij versmachtte, gedacht ik de Here, en mijn gebed kwam tot U in uw heilige tempel.
8 Zij die nietige afgoden dienen, geven Hem prijs, die hun goedertieren is.
9 Maar ik, met lofzegging wil ik aan U offeren; wat ik beloofd heb, wil ik betalen; de redding is des Heren.

Habakuk.3,2-19.................Lied  van Habakuk

2 Here, ik heb de tijding aangaande U vernomen, ik ben, Here, met vreze voor uw werk vervuld;  roep het in het leven in de loop der jaren, maak het openbaar  in de loop der jaren; gedenk in de toorn aan ontfermen!
3 ¶ God komt van Teman en de Heilige van het gebergte Paran. sela Zijn majesteit bedekt de  hemelen, en de  aarde is vol van zijn lof.
4 Er is een glans als van  zonlicht, lichtstralen heeft Hij aan zijn zijde en daar is het omhulsel zijner  kracht.
5 Voor Hem uit gaat de pest en koortsgloed volgt Hem op de voet.
6  Hij staat en doet de aarde schudden; Hij ziet rond en doet de volken van schrik opspringen, de aloude bergen liggen verpletterd, de eeuwige heuvelen zinken  ineen; de eeuwenoude wegen zijn zijne.
7 Ik zie de tenten van Kusan onder druk, de  tentkleden van het land van Midjan sidderen.
8 Is tegen de  rivieren, o Here, is tegen de rivieren uw toorn ontbrand, of tegen de zee uw  verbolgenheid, dat Gij rijdt op uw paarden, op uw zegewagens?
9 Reeds is uw  boog ontbloot, Gij hebt U voorzien van pijlen in overvloed. sela Gij splijt de  aarde tot rivieren,
10 de bergen zien U, zij beven, stromen van water trekken  voorbij, de watervloed verheft zijn stem, hij steekt zijn handen omhoog.
11 De zon, de maan treden terug in haar woning, wegens het licht van uw voortsnellende pijlen, wegens de glans uwer bliksemende speer.
12 In  gramschap doorschrijdt Gij de aarde, in toorn dorst Gij de volkeren.
13 Gij trekt uit tot redding van uw volk, tot redding van uw gezalfde. Gij verbrijzelt  het bovenste van des goddelozen huis en ontbloot het fundament tot de laatste steen. sela
14 Gij doorsteekt met zijn eigen pijlen het hoofd zijner krijgslieden, die aanstormen om mij te verstrooien met een gejuich, alsof zij de  ellendige in een schuilhoek verslonden.
15 Gij betreedt met uw paarden de  zee, de schuimende vloed der grote wateren.
16 ¶ Toen ik het hoorde, beefde  mijn binnenste; op het gerucht daarvan sidderden mijn lippen; bederf kwam in mijn gebeente en ik beefde op de plaats waar ik stond; toch zal ik rustig  afwachten de dag der benauwdheid, wanneer die aanbreken zal voor het volk  dat  met benden ons aanvalt.
17 Al zou de vijgeboom niet bloeien, en er geen  opbrengst aan de wijnstokken zijn, de vrucht van de olijfboom teleurstellen; al  zouden de akkers geen spijs opleveren, de schapen uit de kooi verdreven  zijn en  er geen runderen in de stallingen zijn,
18 nochtans zal ik juichen in de Here, jubelen in de God van mijn heil.
19 De Here Here is mijn kracht; Hij  maakt mijn voeten als die der hinden, Hij doet mij treden op mijn  hoogten. Voor  de koorleider. Met snarenspel.

Lucas  1,46-55........................Lied van Maria

 46 En Maria zeide: Mijn ziel maakt groot de Here,
47 en mijn geest heeft zich verblijd over God, mijn Heiland,
48 omdat Hij heeft omgezien naar de  lage staat zijner dienstmaagd. Want zie, van nu aan zullen mij zalig prijzen  alle geslachten,
49 omdat grote dingen aan mij gedaan heeft de Machtige. En heilig is zijn naam,
50 en zijn barmhartigheid van geslacht tot geslacht voor wie Hem vrezen.
51 Hij heeft een krachtig werk gedaan door zijn arm, en Hij  heeft hoogmoedigen in de overlegging huns harten verstrooid;
52 Hij heeft machtigen van de troon gestort en eenvoudigen verhoogd,
53 hongerigen heeft  Hij met goederen vervuld en rijken heeft Hij ledig weggezonden.
54 Hij heeft Zich Israel, zijn knecht, aangetrokken, om te gedenken aan barmhartigheid,
55 (gelijk Hij gesproken heeft tot onze vaderen) voor Abraham en zijn nageslacht in eeuwigheid.

Lucas. 1,68-79...................Lied van Zacharias

68 Geloofd zij de Here, de God van Israel, want Hij heeft omgezien naar zijn volk en heeft het verlossing gebracht,
69 en heeft ons een hoorn des heils  opgericht, in het huis van David, zijn knecht,
70 (gelijk Hij gesproken heeft door de mond zijner heilige profeten van oudsher)
71 om ons te redden van  onze vijanden en uit de hand van allen, die ons haten,
72 om barmhartigheid te betonen aan onze vaderen en zijn heilig verbond te gedenken,
73 de eed, die Hij zwoer aan Abraham, onze vader,
74 dat Hij ons zou geven, zonder vreze, uit de hand der vijanden verlost,
75 Hem te dienen in heiligheid en  gerechtigheid voor zijn aangezicht, al onze dagen.
76 En gij, kind, zult een  profeet des Allerhoogsten heten; want  gij zult uitgaan voor het aangezicht des Heren, om zijn wegen te bereiden,
77 om aan zijn volk te geven kennis van  heil in de vergeving hunner zonden,
78 door de innerlijke barmhartigheid van onze God, waarmede de Opgang uit  de hoogte naar ons zal omzien,
79 om hen te beschijnen, die gezeten zijn in duisternis en schaduw des doods, om onze voeten  te richten op de weg des vredes.

 Lucas.2,29-32....................Lied van Simeon

29 Nu laat Gij, Here, uw dienstknecht gaan in vrede, naar uw woord,
30 want mijn ogen hebben uw heil gezien,
31 dat Gij bereid hebt voor het  aangezicht van alle volken:
32 licht tot openbaring voor de heidenen en  heerlijkheid voor uw volk Israel.

Kolossensen. 1, 12-20....Lied van de verlossing

12 ¶ en dankt gij met blijdschap de Vader, die u toebereid heeft voor het  erfdeel der heiligen in  het licht.
13 Hij heeft ons verlost uit de macht der  duisternis en overgebracht in het Koninkrijk van de Zoon zijner liefde,
14 in  wie wij de verlossing hebben, de vergeving der zonden.
15 Hij is het beeld  van de onzichtbare God, de eerstgeborene der ganse schepping,
16 want in Hem zijn alle dingen geschapen, die in de hemelen en die op de aarde zijn, de  zichtbare en de onzichtbare, hetzij tronen, hetzij heerschappijen, hetzij  overheden, hetzij machten; alle dingen zijn door Hem en tot Hem geschapen;
17 en Hij is voor alles en alle dingen hebben hun bestaan in Hem;
18 en Hij is het hoofd van het lichaam, de gemeente. Hij is  het begin, de eerstgeborene uit  de doden, zodat Hij onder alles de eerste geworden is.
19 Want het heeft de ganse volheid behaagd in Hem woning te maken,
20 en door Hem, vrede gemaakt  hebbende door het bloed zijns kruises, alle dingen weder met Zich te verzoenen, door Hem, hetzij wat op de aarde, hetzij wat in de hemelen is.

Efeziers. 1,3-10................Lied van Gods kinderen.

3 ¶ Gezegend zij de God en Vader van onze Here Jezus Christus, die ons met allerlei geestelijke zegen in de hemelse gewesten gezegend heeft in Christus.
4 Hij heeft ons immers in Hem  uitverkoren voor de grondlegging der  wereld, opdat wij heilig en onberispelijk zouden zijn voor zijn aangezicht.  (1-5) In liefde
5 heeft Hij ons tevoren ertoe bestemd als zonen van Hem te worden aangenomen door Jezus Christus,  naar het welbehagen van zijn wil,
6  tot lof van de heerlijkheid zijner genade, waarmede Hij ons begenadigd heeft in de Geliefde.
7 En in Hem hebben wij de verlossing door zijn bloed, de vergeving van de overtredingen, naar de rijkdom zijner genade,
8 welke Hij  ons overvloedig heeft bewezen in alle wijsheid en verstand,
9 door ons het geheimenis van zijn wil te doen kennen, in overeenstemming met het welbehagen, dat Hij Zich in Hem had voorgenomen,
10 om, ter voorbereiding van de volheid  der tijden, al wat in de hemelen en op de aarde is onder een hoofd, dat is Christus, samen te vatten,

 Filippenzen 2,6-ll...................Lied van de verheffing

5 Laat die gezindheid bij u zijn, welke ook in Christus Jezus was,
6 die, in de gestalte Gods zijnde, het Gode gelijk zijn niet als een roof heeft geacht,
7 maar Zichzelf ontledigd heeft, en de gestalte van een dienstknecht heeft aangenomen, en aan de mensen gelijk geworden is.
8 En in zijn uiterlijk als een mens bevonden, heeft Hij Zich vernederd en is gehoorzaam geworden tot de dood, ja, tot de dood des kruises.
9 Daarom heeft God Hem ook uitermate verhoogd en Hem de naam boven alle naam geschonken,
10 opdat in de naam van  Jezus zich alle knie zou buigen van hen, die in de hemel en die op de aarde en  die onder de aarde zijn,
11 en alle tong zou belijden: Jezus Christus is  Here, tot eer van God, de Vader!

 

 READ THE BOOK - THE BIBLE CHANGE YOUR LIFE

       

Heer, wees mijn Gids  -  Come, Now Is The Time To Worship

                                

INFO: DE WEG - DE WAARHEID HET LEVEN FILM

Handige Bijbel

Remember all victims of violence worldwide   

GEBED  LEEFREGEL  BELIJDENIS  

DE WEG | DE WAARHEID HET LEVEN | FILM | AUDIO

CREATOR

HOLYHOME.NL USE NO COOKIES - REPORT DEAD LINKS

Waard om te weten :

Een hartelijk welkom op de site
Deze pagina printen
Sitemap

Wie zoekt zal vinden

FAQ - HELP

Kerk
Zondag
Advent
Kerstfeest
Driekoningen
Vastentijd
Goede Vrijdag
Aswoensdag
Palmzondag
Palmpasen
De stille week
Witte donderdag
Stille zaterdag
Paaswake
Pasen - Paasfeest
Hemelvaartsdag
Pinksteren
Biddag
Dankdag
Avondmaal
Doop
Belijdenis
Oudjaarsdag
Nieuwjaarsdag
Sint Maarten
Sint Nicolaas
Halloween
Hervormingsdag
Dodenherdenking
Bevrijdingsdag
Koningsdag / Koninginnedag
Gebedsweek
Huwelijk
Begrafenis
Vakantie
Recreatie
Feest- en Gedenkdagen
Symbolen van herkenning
 
Leerzame antwoorden op levens- en geloofsvragen


Hebreeën 4:12 zegt: "Want levend en krachtig is het woord van God, en scherper dan een tweesnijdend zwaard: het dringt diep door tot waar ziel en geest, been en merg elkaar raken, en het is in staat de opvattingen en gedachten van het hart te ontleden"Lees eens: Het zwijgen van God

God heeft zoveel liefde voor de wereld, dat Hij Zijn enige Zoon heeft gegeven; zodat ieder die in Hem gelooft, niet verloren gaat maar eeuwig leven heeft.
Lees eens:  God's Liefde

Schat onder handbereik


Bemoediging en troost

Bible-people - stories of famous men and women in the Bible
Bible-archaeology - archaeological evidence and the Bible
Bible-art - paintings and artworks of Bible events
Bible-top ten - ways to hell, films, heroes, villains, murders....
Bible-architecture - houses, palaces, fortresses
Women in the Bible -
 great women of the Bible
The Life of Jesus Christ - story, paintings, maps

Read more for Study  
Apocrypha, Historic Works
 GELOOF EN LEVEN een
          KLEINE HULP VOOR  ONDERWEG
 

Wie zoekt zal vinden           


www Holyhome.nl

Boeiende Series :

Bijbelvertalingen
Bijbel en Kunst

Bijbels Prentenboek
Biblische Bildern
Encyclopedie
E-books en Pdf
Prachtige Bijbelse Schoolplaten

De Heilige Schrift
Het levende Woord van God
Aan de voeten van Jezus
Onder de Terebint
In de Wijngaard

De Bergrede
Gelijkenissen van Jezus
Oude Schoolplaten
De Zaligsprekingen van Jezus

Goede Vruchten
Geestesgaven

Tijd met Jezus
Film over Jezus
Barmhartigheid

Catechese lessen
Het Onze Vader
De Tien Geboden
Hoop en Verwachting
Bijzondere gebeurtenissen

De Bijbel is boeiend
Bijbelverhalen in beeld
Presentaties en Powerpoints
Bijbelse Onderwerpen

Vrede van God voor jou
Oude bijbel tegels

Informatie over alle kerken in Nederland: Kerkzoeker
 
Bible Study: The Bible alone!
L'étude biblique: Rien que la Bible!
Bibelstudium: Allein die Bibel!  

Materiaal voor het Digibord
Werkbladen Bijbelverhalen Bijbellessen
OT Hebreeuws-Engels
NT Grieks-Engels

Naslagwerken
Belijdenissen
Een rijke bron

Missale Romanum + Afbeeldingen
Stripboek over Jezus
Christelijke Symbolen
Plaatjes Afbeeldingen Clipart
Evangelie op Postzegels

Harmonium Huisorgel
Godsdiensten en Religies
Herinnering aan Kerken

Christian Country Music
Muzikale ontspanning
Software voor Bijbelstudie
Hartverwarmende Klanken
Read and Hear the Holy Bible
 Luisterbijbel

Bijbel voor Slechtzienden Begrippenlijst   -1-   -2-

Meer weten over de Psalmen, gezangen, liturgieën, belijdenisgeschriften: Catechismus, Dordtse Leerregels en veel andere informatie? . Kijk opOnline-bijbel.nl
         
  (
What's good, use it)